In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Het hormoonstelsel
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel
* Je kunt de bouw en functie van het hormoonstelsel beschrijven en je kunt in een afbeelding de belangrijkste hormoonklieren benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Hormoonstelsel
Hormonen regelen langzame processen:
groei,
ontwikkeling,
stofwisseling
voortplanting
Slide 3 - Tekstslide
Hormonen
chemische stof
specifieke werking
regulerende stoffen
hormoonklieren maken hormonen
Slide 4 - Tekstslide
Verschil hormoonklier/ verteringsklier
Verteringsklier:
maakt verteringssap
heeft een afvoerbuis om het verteringssap af te voeren
Hormoonklier:
maakt hormonen
Heeft geen afvoerbuis: geeft hormonen af aan het bloed
Slide 5 - Tekstslide
Hypofyse
De hypofyse is een hormoonklier in de hersenen.
Het maakt het groeihormoon
De hypofyse beïnvloedt andere hormoonklieren (zoals de geslachtsorganen)
Slide 6 - Tekstslide
Hypofyse: productie van hormonen voor regeling groei, beïnvloeden van andere hormoonklieren
9.1
Slide 7 - Tekstslide
De schildklier
de schildklier
Maakt het schildklierhormoon.
Regelt de stofwisseling: stimuleert de verbranding in de cellen.
Slide 8 - Tekstslide
Schildklier
De schildklier maakt schildklierhormoon:
Schildklierhormoon regelt verbranding in de cellen
Te weinig schildklierhormoon: Je bent koud en moe en wordt dikker.
Te veel schildklierhormoon: Je hebt het warm, bent bewegelijk, valt af.
Slide 9 - Tekstslide
wat gebeurt er wanneer de schildklier te veel schildklierhormoon aanmaakt?
A
de persoon krijgt veel meer honger
B
persoon wordt rusteloos en vermagert
C
de persoon krijgt minder honger
D
de persoon wordt rustig en komt aan
Slide 10 - Quizvraag
Wat is de functie van de schildklier ?
A
Stofwisseling, Hersengroei , Spijsvertering
B
Stofwisseling, Spijsvertering, Groeien
C
Stofwisseling, Groeien, Ontwikkeling
D
Spierenontwikkeling, Groeien, Hersengroei
Slide 11 - Quizvraag
De bijnier
De bijnier ligt boven de nier
De bijnier maakt adrenaline
Adrenaline = paniekhormoon
Zorgt voor:
=> snellere hartslag
=> snellere ademhaling
=> meer verbranding
Dus meer energie
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Liggen de bijnieren in de borstholte?
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Geslachthormonen vrouw
aangestuurd door hypofyse
gemaakt in de eierstokken
Zorgen voor de secundaire geslachtsorganen
regelen menstruatie
Slide 15 - Tekstslide
Geslachthormonen man
aangestuurd door hypofyse
gemaakt in de teelballen
Zorgen voor de secundaire geslachtsorganen (zoals zwaardere spieren)
maakt hormoon: testosteron
Slide 16 - Tekstslide
Eilandjes van Langerhans (insuline en glucagon)
Slide 17 - Tekstslide
Alvleeskleir --> eilandjes van Langerhans
Deze maakt de hormonen insuline en glucagon
Deze hormonen hebben invloed op de glucose- concentratie in het bloed
Glucose <--> glycogeen
Slide 18 - Tekstslide
Eilandjes van Langerhans
Bloedsuikerspiegel
Insuline
Glucagon
Glycogeen
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Als je verliefd wordt, ontstaan in de hypofyse hormonen.
Met welk nummer van de afbeelding is de hypofyse aangegeven?
A
Nummer 1
B
Nummer 2
C
Nummer 3
Slide 21 - Quizvraag
wat gebeurt er wanneer de schildklier te veel schildklierhormoon aanmaakt?
A
de persoon krijgt veel meer honger
B
persoon wordt rusteloos en vermagert
C
de persoon krijgt minder honger
D
de persoon wordt rustig en komt aan
Slide 22 - Quizvraag
Door welk hormoon daalt de bloedsuikerspiegel?
A
Glucose
B
Glycogeen
C
Insuline
D
Glucagon
Slide 23 - Quizvraag
Na het eten gaat de bloedsuikerspiegel
A
omhoog
B
omlaag
Slide 24 - Quizvraag
Door insuline wordt de bloedsuikerspiegel
A
Hoger
B
Lager
Slide 25 - Quizvraag
Welke twee hormonen regelen je bloedsuikerspiegel?
A
Glucose en glycogeen
B
Insuline en glycogeen
C
Glucagon en glucose
D
Glucagon en insuline
Slide 26 - Quizvraag
Bloedsuikerspiegel
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Video
Hormoonklieren hebben een afvoerbuis
A
goed
B
fout
Slide 29 - Quizvraag
Hoe noemen de hormoonklier die andere hormoonklieren regelt?
A
Schildklier
B
Teelballen
C
Bijnieren
D
Hypofyse
Slide 30 - Quizvraag
Welke klier kan een hormoonklier zijn?
A
klier 1
B
klier 2
C
geen van beiden
D
allebei
Slide 31 - Quizvraag
Wat is de functie van hormonen?
A
Hormonen verwerken de impulsen die van spieren afkomen
B
Hormonen zorgen voor het voedsel van het hormoonstelsel
C
Hormonen zorgen voor snelle reacties op prikkels
D
Hormonen regelen de werking van organen die er gevoelig voor zijn.
Slide 32 - Quizvraag
Welk hormoon produceren de zaadballen?
A
Oestrogeen
B
Testosteron
C
Adrenaline
D
Insuline
Slide 33 - Quizvraag
Adrenaline wordt gemaakt in
A
Alvleesklier
B
Schildklier
C
Hypofyse
D
Bijnieren
Slide 34 - Quizvraag
In welk van de aangegeven organen wordt adrenaline geproduceerd?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 35 - Quizvraag
Wat regelen de hormonen uit de alvleesklier (eilandjes van Langerhans)?
A
Adrenaline in je bloed
B
Hoeveelheid suiker in je bloed
C
Geven hormonen af
D
Zorgen voor verbranding
Slide 36 - Quizvraag
Welke hormoonklier is dit?
A
Kleine hersenen
B
Eilandjes van Langerhands
C
Hypofyse
D
Schildklier
Slide 37 - Quizvraag
Nr. 2 (bij de keel) Hormoonklier
A
Hypofyse
B
Eierstok
C
Bijnier
D
Schildklier
Slide 38 - Quizvraag
Nr. 3 Hormoonklier Functie
A
Hypofyse
invloed op de groei
B
Schildklier
invloed op de stofwisseling
C
Bijnier
sneller kunnen reageren
D
Alvleesklier
invloed op hoeveelheid suiker in het bloed
Slide 39 - Quizvraag
Waar bevindt zich de schildklier?
A
Boven op de nieren
B
In de voortplantingsorganen
C
In de hals tegen de luchtpijp aan
D
In de alvleesklier
Slide 40 - Quizvraag
Een leerling krijgt tijdens het houden van een presentatie voor de klas een rode kleur. Zijn hartslag en ademhaling zijn versneld. Al deze effecten worden veroorzaakt door een hormoon. Welk hormoon veroorzaakt dit?.
A
Adrenaline
B
Schildklierhormoon
C
Insuline
D
Hypofyse hormoon
Slide 41 - Quizvraag
Sleep de hormoonklieren naar de juiste plek
testikels
hypofyse
schildklier
alvleesklier
bijnieren
Slide 42 - Sleepvraag
1. Het hormoonstelsel regelt processen in het lichaam door hormonen af te geven
2. Het zenuwstelsel regelt processen in het lichaam door impulsen