Debat

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Discussie & debat

Debat

• scherp geformuleerde stelling

• overtuigen jury

• duidelijke regels

• eindoordeel op basis van vooraf afgesproken criteria

Discussie

• een gesprek waarin je verschillende meningen en argumenten uitwisselt.

• overtuigen gesprekspartner

• afsluiten met oplossing, compromis, gedeelde mening

Het debat

Sprekers krijgen in een debat de tijd om hun mening toe te lichten. 

Het doel van een debat is om het publiek/de jury te overtuigen.

Het gaat dan niet om wie gelijk heeft, maar om wie het beste zijn mening kan onderbouwen / het overtuigendst is.

Een debat is een discussie met regels.

Fase 1: voorbereiden

Fase 1: voorbereiden

1. Maak groepen van vier à vijf leerlingen; 

2. Kies minstens 3 stellingen en bepaal wie voor en wie tegen is. 

3. Zoek filmpjes en/of krantenartikelen waaruit je informatie over je onderwerp kunt vinden. 

4. Bedenk vier argumenten voor & vier tegen bij de stelling. 

5. Lever de voorbereiding in in Teams

Voorbeeld stellingen 

0

Hoe bouw je een argument op?

A - Argument

U - Uitleg

B - Bijvoorbeeld

 Debatrondes

opzetbeurt (3 min): de voorstanders presenteren de stelling en noemen hun argumenten; 

opzetbeurt (3’): de tegenstanders verwerpen de stelling en noemen hun argumenten

1 minuut overleg 

verweerbeurt (2 min): de voorstanders verweren zich tegen de tegenstanders; 

verweerbeurt (2’): de tegenstanders verweren zich tegen de voorstanders

 1 minuut overleg

vrije ronde (3 min): beide partijen kunnen vrij op elkaar reageren  

1 minuut overleg

slotbeurt (2 min): tegenstanders richten zich tot de jury met samenvatting van argumenten;

slotbeurt (2 ): voorstanders richten zich tot de jury met samenvatting van argumenten

Regels in een debat
Regel 1

Richt je tot de jury en tot het publiek. Het is een spel. Probeer de jury te overtuigen van je gelijk.

Regel 2

Spreek nooit direct tegen de tegenpartij. (Jullie zeiden dat..)

Zeg: Mijn tegenstander(s) zeiden dat... U hoorde net de tegenstanders zeggen...

Regel 3

Je mag elkaar niet onderbreken. Reageren mag alleen in je eigen beurt. 

Fase 3: nabespreken

Observatiepunten tijdens debat

1. Presentatie

• Ogen: Richt de debater zich op de jury en het publiek?
• Stem: Zijn het tempo en het volume passend en overtuigend?
• Houding: Staat de debater stevig en maakt hij ondersteunende handgebaren?
• 'Be the argument': Gelooft de debater zelf in wat hij zegt?

 

Observatiepunten tijdens debat

2. Argumentatie

• Argumenteren: Legt de debater het argument goed uit en geeft hij er voorbeelden bij?
• Luisteren: Luistert de debater goed naar wat anderen hebben gezegd?
• Reageren: Reageert de debater goed op de tegenpartij?
• Structureren: Is de debater goed te volgen in zijn verhaal (door structuur)

 

Observatiepunten tijdens debat

3. Samenwerken

• Participatie: Komen alle leerlingen van het team aan het woord?
• Ondersteuning: Helpen de teamleden elkaar?
• Aansluiting: Sluiten de verschillende fases op elkaar aan?