4.3 Vruchtbaar worden 2HV

B3 Vruchtbaar worden
  • Jas in de kluist
  • Spullen op tafel
       Laptop/Leerwerkboek
       Schrift
  • Tas van tafel
  • Lees blz. 25 t/m 28
timer
5:00
  Kennen/Kunnen
  • Je kunt uitleggen hoe zaadcellen en eicellen worden gevormd.
  • Je kunt de menstruatiecyclus beschrijven
Huiswerk T4 B3
Opdr. 1 t/m 8, 5k
OF uitdaging
Opdr. 6 t/m 10 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

B3 Vruchtbaar worden
  • Jas in de kluist
  • Spullen op tafel
       Laptop/Leerwerkboek
       Schrift
  • Tas van tafel
  • Lees blz. 25 t/m 28
timer
5:00
  Kennen/Kunnen
  • Je kunt uitleggen hoe zaadcellen en eicellen worden gevormd.
  • Je kunt de menstruatiecyclus beschrijven
Huiswerk T4 B3
Opdr. 1 t/m 8, 5k
OF uitdaging
Opdr. 6 t/m 10 

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerkrad
Ga vast naar Lessonup.app en gebruik deze code
Beloning
Straf
Beloningen
+1 cm2 spiekbriefje = Je mag een spiekbriefje maken voor een toets. Deze begint 1 bij 1 cm groot, per keer dat je dit verdient wordt dat 1 cm meer, tot een max van 4 bij 4 cm groot.
1/3 +0.5 = Als je deze 3 keer verdiend mag je 0,5 optellen bij een biologiecijfer naar keuze.
Snitch = Je mag een klasgenoot kiezen die ook wordt gecontroleerd. Je krijgt zelf 2 V's (3 V's levert een 1/3 +0,5 op)
Helaas = Je krijgt maar 1 V.
Straffen
45 min bijwerken= Na school kom je huiswerk maken, dit duurt 45 min of totdat je opgegeven taak af is.
Kleurplaat = Je kiest een kleurplaat, deze kleur je in en je maakt de opdracht die erbij hoort. De eerstvolgende les moet je deze inleveren. niet gedaan is 2 kruisjes.
2/1 kruisjes = Een kruisjes is een X, als je hier 3 van hebt, krijg je automatisch de 45 min bijwerken
Snitch = Je mag een klasgenoot kiezen die ook wordt gecontroleerd.
Niks! = Je krijgt geen straf

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent geslachtsrijp?

Slide 3 - Open vraag

Door welk hormoon ontstaan vrouwelijke secundaire geslachtskenmerken?
A
Hypofyse
B
Testosteron
C
Melanine
D
Oestrogeen

Slide 4 - Quizvraag

De baard in de keel is een voorbeeld van een ..?.. geslachtskenmerk (1 woord)

Slide 5 - Open vraag

De meeste mensen vinden personen met: een gladde, soepele huid, een gezond en goed functionerend lichaam en veerkrachtig haar aantrekkelijk.
Kun je biologisch verklaren wat hier de voordelen van zijn?

Slide 6 - Open vraag

In welk deel van het mannelijk voortplantingsstelsel worden zaadcellen gemaakt?
A
Teelballen
B
Eierstokken
C
Bijballen
D
Zaadleiders

Slide 7 - Quizvraag

Zaadcellen en sperma
  • Teelballen maken elke dag miljoenen zaadcellen
  • Sperma is een combinatie van: 
zaadcellen + vocht uit zaadblaasjes + vocht uit prostaat
  • Bij een zaadlozing/ejaculatie komt sperma uit de penis 
        via de urinebuis


Een zaadcel
zaadcellen en een eicel (achtergrond)
Teelbal
Teelballen maken elke dagen miljoenen zaadcellen.
Dit begint vanaf ongeveer 13 jaar oud en gaat door tot op hoge leeftijd.
1
Bijbal
Bijballen bewaren gemaakte zaadcellen.
Tijdens een zaadlozing gaan zaadcellen uit de bijballen de zaadleiders in
2
Zaadleider
Zaadleiders verplaatsen zaadcellen uit de bijballen langs de zaadblaasjes en prostaat, naar de urinebuis
3
Zaadblaasje
Zaadblaasjes maken vocht dat ze toevoegen aan de zaadcellen.
Dit vocht bevat voedingstoffen voor de zaadcellen.
Zaadcellen gaan niet in de zaadblaasjes!
4
Prostaat
De prostaat maakt vocht dat wordt toegevoegd aan de zaadcellen.
Dit vocht bevat voedingstoffen voor de zaadcellen.
Na het toevoegen van vocht door zaadblaasjes en prostaat noem je de vloeistof sperma

5
Urinebuis
Tijdens een zaadlozing gaat sperma door de urinbuis naar buiten. Tijdens de seks komt dit dan terecht in de vagina.
Als een man naar de wc gaat, komt urine door dezelfde buis
6

Slide 8 - Tekstslide

1
Zaadcellen komen binnen bij de vagina
2
Zaadcellen zwemmen door de baarmoeder, naar de eileiders
3
1 zaadcel bevrucht de eicel in de eileider.
Zonder eicel gaan de zaadcellen dood
1
Eicel komt vrij uit de eierstok = ovulatie/eisprong
2
Eicel wordt bevrucht door zaadcel en gaat delen 
OF
Eicel wordt niet bevrucht gaat dood
3
Eerste delingen bevruchte eicel
4
Innesteling van de bevruchte eicel, ontwikkelt zich tot embryo
ovulatie
Het moment waarop een eicel vrijkomt uit een eierstok.
Ook wel eisprong genoemd

bevruchting
Het moment waarop een eicel versmelt met een zaadcel.
Hierdoor onstaat een bevruchte eicel, die verder ontwikkelt tot embryo

Slide 9 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
  • Tussen 2 ovulaties zit ongeveer 4 weken
  • Baarmoeder maakt baarmoederslijmvlies
  • Menstruatie = verwijderen van dit slijmvlies.
  • Maken en verwijderen wisselen elkaar af
Het baardmoederslijmvlies verandert tijdens een zwangerschap in de placenta. Het zorgt er voor dat een bevruchte eicel kan uitgroeien tot baby door het zuurstof en voedingsstoffen te geven.

Slide 10 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
Menstruatie
Baarmoeder breekt slijmvlies af en voert dit af via de vagina.
Dit duurt gemiddeld 4 dagen (maar kan ook korter of langer!)
Baarmoeder gaat opnieuw slijmvlies aanmaken.
Dit wordt langzaamaan weer dikker
Ovulatie
(ongeveer) 14 dagen na het begin van de menstruatie komt er een nieuwe eicel vrij uit de eierstok
14
Baarmoederslijmvlies blijft dikker worden
Volgende menstruatie
(ongeveer) 28 dagen na, het begin van, de vorige menstruatie is er opnieuw menstruatie. 
Dit gebeurt alleen als de eicel niet is bevrucht
Cyclus herhaalt zich opnieuw
menopauze
Tussen de 40 en 60 jaar neemt de productie van oestrogeen af. Daardoor gaat een vrouw in de overgang.
Uiteindelijk stopt de menstruatiecyclus.
Er rijpen dan geen eicellen meer.
Een vrouw wordt niet meer ongesteld
Dit noem je de menopauze.

Slide 11 - Tekstslide

Wat zou er gebeuren als na bevruchting, menstruatie gewoon door zou gaan?

Slide 12 - Open vraag

Welke middelen kunnen vrouwen gebruiken tijdens de menstruatie?

Slide 13 - Woordweb

Ga aan de slag met: T4 B3
  • Blz. 25 t/m 26
  • Opdr. 1 t/m 8, 5k
OF uitdaging
  • Opdr. 6 t/m 10 

Klaar met het bovenstaande?
  • Verder werken/lezen
  • Samenvatten
  • Ander huiswerk
  • Boek lezen
Zs = Werken in stilte
  • Geen vinger opsteken
  • Aan het werk
  • Stil en stoor niemand
  • Blijf op je plek
timer
6:00

Slide 14 - Tekstslide

Ga aan de slag met: T4 B3
  • Blz. 16 t/m 26
  • Opdr. 1 t/m 8, 5k
OF uitdaging
  • Opdr. 6 t/m 10 

Klaar met het bovenstaande?
  • Verder werken/lezen
  • Samenvatten
  • Ander huiswerk
  • Boek lezen
Zf = Werken met fluisteren
  • Geen vinger opsteken
  • De docent komt langs
  • Aan het werk
  • Fluister alleen met de persoon naast je
  • Blijf op je plek

Slide 15 - Tekstslide

Sommige mensen noemen de ovulatie ook wel eisprong.
Klopt dat wel?
A
Ja, ze zijn hetzelfde
B
Nee ze zijn totaal verschillend
C
Nee, het verschil is klein, maar is er wel

Slide 16 - Quizvraag

Stel een eicel wordt niet bevrucht na de ovulatie.
Wat gebeurt er dan?
A
Eicel gaat dood in de eierstok
B
Eicel gaat dood in de eileider
C
Eicel gaat dood in de baarmoeder
D
Eicel gaat dood in de vagina

Slide 17 - Quizvraag

Opruimdienst
Elke les 3 andere leerlingen
  • Tafels: recht en leeg
  • Stoelen: aangeschoven OF eind dag: op de tafels
  • Vloer: geen afval

Slide 18 - Tekstslide