Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Vraagzin Klas 2
De Franse vraagzin
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
De Franse vraagzin
Slide 1 - Tekstslide
Hoe doen we dat in het NL?
Jij
gaat
naar het zwembad.
vraag:
Ga
jij
naar het zwembad?
INVERSIE
Slide 2 - Tekstslide
FRANS: gewone zin:
Tu vas à la piscine.
Slide 3 - Tekstslide
Hoe maken we hier een vraagzin van?
Vas tu à la piscine?
A
Vrai
B
Faux
Slide 4 - Quizvraag
Vraagzin manier 1:
Tu vas à la piscine .
Tu vas à la piscine
?
Slide 5 - Tekstslide
Vraagzin manier 2:
Est-ce que
tu vas à la piscine
?
Slide 6 - Tekstslide
Vous aimez le sport
Maak de zin vragend.
A
Vous est-ce que aimez le sport?
B
Qu'est-ce que vous aimez le sport?
C
Vous aimez le sport qu'est-ce que?
D
Est-ce que vous aimez le sport?
Slide 7 - Quizvraag
Dus om een zin vragend te maken, kun je beginnen met:
A
qu'est-ce
B
est-ce que
C
qu'est-ce que
D
est-ce
Slide 8 - Quizvraag
Il est malade?
of: ...
A
Est-ce qu'il est malade?
B
Est-ce que il est malade?
Slide 9 - Quizvraag
Een vraag stellen met een vraagwoord
Wie? Hoe? Waar? Wanneer?
Waarom? Wat? Hoeveel?
Slide 10 - Tekstslide
wordwall.net
Slide 11 - Link
Het vraagwoord begin / einde zin?
* beide
* begin zin alleen met inversie / est-ce que
* inversie mag je even vergeten voorlopig
Slide 12 - Tekstslide
Wat denk je, hoe is de vraagzin correct:
Hoe ga je naar school?
A
Comment est-ce que tu vas au collège?
B
Est-ce que comment tu vas au collège?
C
Est-ce que tu vas au collège comment?
D
Comment tu vas au collège?
Slide 13 - Quizvraag
Dus:
Vraagwoord
+
est-ce que / est-ce qu'
+
rest van de zin
Slide 14 - Tekstslide
Voorbeeld......
Slide 15 - Tekstslide
Wanneer ga je naar het strand?
A
Quand tu vas à la plage?
B
Tu vas à la plage?
C
Est-ce que tu vas à la plage?
D
Quand est-ce que tu vas à la plage?
Slide 16 - Quizvraag
En nu de vraagwoorden...
Slide 17 - Tekstslide
Tu t'appelles ........ ?
A
combien
B
comment
C
pourquoi
D
qui
Slide 18 - Quizvraag
.... tu fais? Arrête!!
A
qu'est-ce que
B
pourquoi
C
quand
D
est-ce que
Slide 19 - Quizvraag
Tu vas à la boulangerie ..... ?
Dans le centre-ville!
A
quand
B
comment
C
qui
D
où
Slide 20 - Quizvraag
Ton prof de maths, c'est ........ ?
C'est monsieur Pythagoras.
A
où
B
comment
C
qui
D
combien
Slide 21 - Quizvraag
Vous allez à Amsterdam .... ?
Nous allons en train.
A
comment
B
combien
C
quand
D
où
Slide 22 - Quizvraag
Tu as ..... de frères?
J'ai 3 frères.
A
comment
B
combien
C
qui
D
qu'est-ce que
Slide 23 - Quizvraag
... est-ce que tu vas au docteur ?
Je suis malade!
A
où
B
comment
C
quand
D
pourquoi
Slide 24 - Quizvraag
..... est-ce que tu fais du foot ?
Le mercredi et le samedi.
A
où
B
quand
C
comment
D
pourquoi
Slide 25 - Quizvraag
wordwall.net
Slide 26 - Link
Meer lessen zoals deze
Vraagzin
Juni 2019
- Les met
14 slides
Les questions: Vragen stellen
Oktober 2022
- Les met
10 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2b3 CH5 gram H herhaling
Mei 2023
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Vragende zin
Januari 2022
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
havo
CH5 gram H herhaling
Maart 2023
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2havo/vwo _een vraagstellen
Juni 2019
- Les met
12 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
La question
Januari 2024
- Les met
46 slides
Frans
Secundair onderwijs
La question
Mei 2023
- Les met
45 slides
Frans
Secundair onderwijs