Debat. mini debat houden

Debat les 4
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Debat les 4

Slide 1 - Tekstslide

                                         Welkom!
              Voordat de les is begonnen, heb jij:
Laptop in de tas 

Slide 2 - Tekstslide

Maak 4 groepjes
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide


  • Waar is jouw cijfer op gebaseerd
  • Het (AUB-model) goed uitleggen
  • Leren hoe je op de juiste manier reageert op iemands argument. 
  • Kun jij reageren volgens het AUB - Model.
  • Leer je goed luisteren naar een ander
  • Leer je dat je meer argumenten kunt geven op 1 stelling
      Wat gaan we vandaag doen?

Slide 4 - Tekstslide

Waar is jouw cijfer op gebaseerd?
1) Jouw uitgeschreven AUB- model in Teams opdrachten (= voorbereiding)
2) Inzet tijdens de lessen en opdrachten
3) De uitvoering tijdens het einddebat
4) Je hanteert het AUB- MODEL tijdens het einddebat
5) Jouw reactie: je vat eerst samen, daarna geef je pas jouw mening en argument
6) De samenwerking tijdens het einddebat
7) Luisteren naar elkaar
8) Non - verbale communicatie. Hoe overtuigend ben je?
9) Feedback tijdens de lessen

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het A-U-B-MODEL?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Herinnering
Deadline inschrijven herkansing

Slide 9 - Tekstslide

Stelling
‘Roken moet verboden worden’

Slide 10 - Tekstslide

ARGUMENT 
   Gebruik altijd de woorden want of omdat na de stelling.                      

 ‘Roken moet verboden worden’ want…

Het is slecht voor je gezondheid.

Slide 11 - Tekstslide

UITLEG 
Licht het argument toe, stel daarbij de volgende vraag/vragen:
  • Wat bedoel je er mee? Waarom is dat zo?
  • Waarom is dat belangrijk?
  • Waarom is dat goed of slecht?

Slide 12 - Tekstslide

BIJVOORBEELD



Mijn oom heeft twee keer een hartinfarct gehad. De eerste keer is hij gedotterd, maar de tweede keer had hij een bypass nodig. Ook hij heeft sinds een paar jaar COPD en dat wordt steeds erger. Als hij nu van de woonkamer naar het toilet loopt, is hij al buiten adem. Hij komt daardoor bijna niet meer buiten. Hij voelt zich eenzaam en depressief, omdat hij niet veel mensen meer ziet.  

Slide 13 - Tekstslide

  • Argument: Ik ben een tegenstander hiervan, omdat je in dierentuinen dingen leert over de natuur.


  • Uitleg:                                                                                                                                                                           Want, in een dierentuin kun je veel meer dan alleen dieren zien. Je kan informatieborden lezen en naar presentaties over de dieren luisteren. Daar leer je veel van. Dat is goed, want als veel mensen leren over de natuur, zullen zij ook voorzichtiger met de natuur omgaan.’
   Dierentuinen moeten verboden worden.

Slide 14 - Tekstslide

De voorbereiding
1) Eerst nadenken 
2) Dan uitschrijven voor jezelf --> volgens het AUB-Model

AUB- MODEL
Op het vwo moeten ze meer praktijkvakken krijgen:
Argument
Uitleg
Bijvoorbeeld

Slide 15 - Tekstslide

De stelling is:
           Sportteams moeten altijd gemixt worden
AUB- MODEL
Op het vwo moeten ze meer praktijkvakken krijgen:
Argument
Uitleg
Bijvoorbeeld

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Hoe organiseer je dit goed met jouw groepje?
1. Eerst als groepje alle argumenten verzamelen
2. Daarna de argumenten per persoon verdelen
3. Daarna zelf uitwerken: de UB moet nog worden gegeven (Uitleg en een Bijvoorbeeld)

Slide 18 - Tekstslide

                 Voorstander
Argument:


Uitleg:


Bijvoorbeeld:


timer
5:00
  Stelling:  Sportteams moeten altijd gemixt worden

Slide 19 - Tekstslide

                Tegenstander
Argument: 


Uitleg:


Bijvoorbeeld:




timer
5:00
  Stelling:  Sportteams moeten altijd gemixt worden

Slide 20 - Tekstslide

Reageren op iemands argument
1) Vat het argument samen van de vorige spreker. 
2) 'Ik ben het daar niet/ wel mee eens, omdat...... 
3) Sluit af met: Dus, en dan volgt kort jouw mening.

Hoe reageer je op iemands argument?

Slide 21 - Tekstslide

De regels:
  • De voorstander begint altijd als eerste.
  • Je laat elkaar uitspreken
  • Als je wilt reageren, ga je staan.
  • De voorzitter geeft de beurt.
  • Je herhaalt wat de ander zijn argument was, voordat je zelf reageert. 

Slide 22 - Tekstslide

Mini- debat

Slide 23 - Tekstslide


  • Waar is jouw cijfer op gebaseerd
  • Het (AUB-model) goed uitleggen
  • Leren hoe je op de juiste manier reageert op iemands argument. 
  • Kun jij reageren volgens het AUB - Model.
  • Leer je goed luisteren naar een ander
  • Leer je dat je meer argumenten kunt geven op 1 stelling
      Wat gaan we vandaag doen?

Slide 24 - Tekstslide

Hoe ging het?

Slide 25 - Tekstslide

Einde 
Bedankt voor jullie aandacht!

Slide 26 - Tekstslide

De groepjes: (1B1).  
Groepje
                  Namen 
Bot, Liam, Duby, 
2
Dinand, Nathan,
3
Chloe, Soraya, Livia, 
4
Nardos, Siomaris en Roza
5
Jayson en Damian
6
Kris en Milo 

Slide 27 - Tekstslide

De groepjes: (1M3).  
Groepje
                  Namen 
2
3
4
5

Slide 28 - Tekstslide

De groepjes: (2B1)
1b
Groepje
                  Namen 
1
Samaar, Nisa, Jayda
2
Chase, Marouan, Andres
3
Emmanuella, Dina, Abby en Mellak
4
Mudasir, Kas, Avelon
5
Sirage en Ryan
6
Tymon en Adam

Slide 29 - Tekstslide

De groepjes: (2m2)
Groepje
                  Namen 
1
Lorenzo, Mette, Christaan W. en Senna
2
Tymek, Noel, Julia en Joelle 
3
Aya, Julian, Younes en Anissa
4
Sjors, Danilo, Christiaan P, 
5
Danielle, Dion, Yousra, Jill
6
Dominic, Collin, Larse

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

       Volgende les
         Huiswerk

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video