Persoonvormen in een samengestelde zin

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Lessenreeks:	Datum:
Lesson up (introductie)	24-11-23
Poster opdracht (verwerking)	27-11-23
Test (afsluiting)	04-12-23

Indeling les	Dia:
Theorie (Nieuw Nederlands)	3 t/m 5
Quiz vragen	6 t/m 18
Afsluiting: Evalueren	19 t/m 20

Wat is een persoonsvorm?

Bente finishte als eerste bij de hardloopwedstrijd, want ze had veel getraind.

1. finishte
2. had
3. als
4. getraind

De hond blaft luid, wanneer zijn baas hem vasthoud.

1. luid
2. vasthoud
3. blaft
4. wanneer

Vlogger Bibi legt in dit filmpje uit hoe je in vijf minuten jezelf kunt opmaken.

1. legt
2. jezelf
3. Bibi
4. opmaken

Omar vulde het formulier in dat de ambtenaar hem had overhandigd.

1. overhandigd
2. ambtenaar
3. vulde
4. formulier

Terwijl de toeschouwers de circustent verlieten, werd de vloer aangeveegd.

Katja gaat vanavond naar Mama Mia, hoewel ze deze musical al twee keer heeft gezien.

Terwijl wij naar school rijden, overhoort mijn moeder me voor de toets.

Fabian legt zijn telefoon weg, zodat hij zijn huiswerk kan gaan maken.

De hond (blaffen) luid, toen zijn baas hem (vasthouden)

Als jij geld hebt (verdienen), (besteden) jij dat dan allemaal aan kleding?

De kok (ontdooien) het brood, nadat hij de soep heeft (bereiden).

Yara (spelen) vroeger graag met poppen, die ze (aankleden) met jurkjes.

Wat heb je geleerd?
&
Wat vond je van de 1e les?