Kunstenaars en hun leven: 1.4 kunstenaars in de middeleeuwen

Kunst en leven: 
1.4 Kunstenaars in de middeleeuwen (500-1500)
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Kunst en leven: 
1.4 Kunstenaars in de middeleeuwen (500-1500)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema: Kunst en Leven
Probleemstellingen
  1. In hoeverre verschilt de beroepspraktijk van een moderne kunstenaar uit de 20ste of 21ste eeuw met die van een kunstenaar uit de Middeleeuwen of 19e eeuw?
  2. In hoeverre is in de loop van de tijd de maatschappelijke status en de sociaal-economische positie van de kunstenaar veranderd?
  3. Hoe en waarom presenteert een kunstenaar zich op een bepaalde manier in zijn werk (bijv een zelfportret)?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les weet je hoe het gilde-systeem werkte en hoe kunstenaars leefde in de middeleeuwen.  

Slide 3 - Tekstslide

Introduceer het doel van de les en leg uit wat de studenten aan het einde van de les zullen leren.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het leven van schilders in de middeleeuwen
Schilders in de middeleeuwen waren vaak lid van een gilde en werkten in opdracht van de kerk of rijke kooplieden. Ze leefden een bescheiden leven en hadden weinig artistieke vrijheid.

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijf het leven van middeleeuwse schilders en hoe het gilde-systeem hun werk beïnvloedde.
Status van de kunstenaar:
  • ze werden beschouwd als ambachtslieden
  • in de steden hadden ze een lager aanzien dan kooplieden 
  • op het platteland dezelfde status als rijke boeren  

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kunst werd vooral in de vroege middeleeuwen gemaakt in de kloosters. Ze werkt in een scriptorium. Wat is dat?
A
een goudsmederij
B
de plek waar sieraden werken gemaakt
C
de plek waar boeken werden overgeschreven
D
de houtwerkplaats

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

de werkplaats van kunstenaars in de stad was vooral....?
A
in een kerk
B
in een klooster
C
in hun eigen huis
D
in de openlucht

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkte het gilde-systeem?
Om lid te worden van een gilde, moest een leerling eerst in de leer bij een meester. Na jaren van training en een meesterproef kon de leerling toetreden tot het gilde als volwaardig lid.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit hoe het gilde-systeem werkte en welke stappen een leerling moest doorlopen om lid te worden.
Wat zijn gildes?
Gildes waren organisaties van ambachtslieden die dezelfde vaardigheden deelden. Ze stelden regels op voor hun leden en zorgden ervoor dat hun ambachten op hoog niveau werden uitgevoerd.

Slide 11 - Tekstslide

Geef de studenten een korte introductie over gildes.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

kunstenaars in de middeleeuwen verdiende genoeg geld om van te leven......
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie was de belangrijkste opdrachtgever voor de kunsten in de middeleeuwen?
A
de adel
B
de kerk
C
de burgerij
D
de bestuurders

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bij een middeleeuws manuscript kom je wel eens een geschilderde illustratie tegen. Hoe heet dit?
A
Miniatuur
B
Logo
C
Graffiti
D
Initiaal

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bouwloods (1140-1500)
In de Bouwloods werken Steenhouwers, timmermannen, schilders en andere werklui onder leiding van een bouwmeetser samen aan de bouw van een gotische kathedraal. Deze middeleeuwse manier van werken, met samenwerking van de verschillende ambachten, wordt eeuwen later als een ideaal gezien. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De opkomst van de moderne kunstenaar
In de 19e eeuw begonnen kunstenaars zich te emanciperen van het gilde-systeem en gingen ze hun eigen weg. Dit leidde tot meer artistieke vrijheid en een explosie van nieuwe kunstvormen.

Slide 18 - Tekstslide

Geef een overzicht van de opkomst van de moderne kunstenaar en hoe deze zich losmaakte van het gilde-systeem.
Bauhaus
Bauhaus was een Duitse design- en architectuurschool die in 1919 werd opgericht. De school legde de nadruk op functionaliteit en minimalisme, en had invloed op vele kunstvormen.

Slide 19 - Tekstslide

Leg uit wat Bauhaus was en wat het betekende voor de kunstwereld.

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bauhaus: (1919 tot 1932)
 Kunstacademie in Duitsland

Doel = Alle vormen van kunst in de architectuur onderbrengen.
Een Gesamtkunstwerk

De naam Bauhaus was geïnspireerd op de Bauhütte (bouwloodsen) van middeleeuwse kathedraalbouwers. 

Binnen de nieuwe Bauhausarchitectuur werden structuur en decoratie één. 

Handvaardigheid (ambacht) is belangrijk: textiel, staal, glas, (gebogen hout, leer en kunststof.
Hiermee moest de creativiteit van het individu worden gevormd.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bauhaus (1919-1933)
Het Bauhaus ideaal is dat architectuur, schilderkunst en beeldhouwkunst samenwerken in één gebouw. (het bauhaus)
Volgens het leerling-gezel-meester wordt in het Bauhaus samengewerkt aan de bouwkunst van de toekomst.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Kathedraal symboliseert het onderwijs van bauhaus omdat.....
A
ze ambitie hadden als een hoge kathedraal
B
volgens het middeleeuwse principe -leerling-metgezel-meester
C
het staat voor schilderkunst-beeldhouwkunst-architectuur
D
het bouwen van een kathedraal door ambachtslieden werd gedaan

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bauhaus
Bauhaus was een Duitse design- en architectuurschool die in 1919 werd opgericht. De school legde de nadruk op functionaliteit en minimalisme, en had invloed op vele kunstvormen.

Slide 24 - Tekstslide

Leg uit wat Bauhaus was en wat het betekende voor de kunstwereld.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kunstenaars en gildes
Hoewel het gilde-systeem niet meer zo'n grote rol speelt in de hedendaagse kunstwereld, zijn er nog steeds gemeenschappen van kunstenaars die samenwerken en elkaar ondersteunen.

Slide 28 - Tekstslide

Leg uit dat hoewel het gilde-systeem niet meer zo'n grote rol speelt in de hedendaagse kunstwereld, er nog steeds gemeenschappen van kunstenaars zijn die samenwerken en elkaar ondersteunen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 29 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 30 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 31 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Rodin
Claudel

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies