H2 Kloosters in de middeleeuwen


Kloosters in de middeleeuwen
H2  
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les


Kloosters in de middeleeuwen
H2  

Slide 1 - Tekstslide

Geloof  in  middeleeuws Europa
Welke kerkvorm hoort bij welk geloof?

Slide 2 - Tekstslide

Geloof  in middeleeuws Europa
Islam
Rooms-katholiek
Grieks-Byzantijn-Orthodox

Slide 3 - Tekstslide

Kloosters in de middeleeuwen

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen:

1. Je leert over de middeleeuwse kloosterordes en hun rol in de ontwikkeling van de middeleeuwse kunst en cultuur.
Je kunt hun rol beschrijven met behulp van voorbeelden.
2. Je kunt de begrippen: abdij/benedictijn/cisterciënzer/ franciskaan/scriptorium/dormitorium/miniatuur/initiaal/ora et labora/celibaat/aflaat uitleggen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Belangrijkste kloosterordes in de middeleeuwen
Benedictijnen                      Cisterciënzers               Franciskanen

Slide 7 - Tekstslide

Kloosters
  •  De naam 'klooster'afgeleid van cloustrum (Latijn, ''omsloten plaats'), een plek waar de monniken in een besloten religieuze gemeenschap leven, werken en bidden. Er bestaan vrouwelijke en mannelijke kloosters. Hun hele leven is gewijd aan God en ze volgen de strenge regels van hun kloosteroorde (celibaat, gehoorzaamheid, enz.)
  • Volledig zelfvoorzienend (ziekenzorg, onderwijs, productie van eten...)
  •  Volledige toewijding v.d. monniken of nonnen aan het geloof
  •  Bron van kennis en welvaart
  •  Kunst en wetenschap komt tot bloei, 
  • altijd in dienst van de kerk en het geloof


Slide 8 - Tekstslide

Kloosters en monniken
verspreiding van geloof
                           kloosters en abdijen
                           monniken - vast ritme (bidden, werken)


Gebeden van geestelijken effectiever? 

Monniken laten zich betalen om te bidden en handelen in aflaten (aflaatbrieven): gelovigen doen er alles aan om God tevreden te stellen EN VERMINDERING VAN STRAF VOOR ZONDEN TE VERKRIJGEN. ZE schenken daarom veel geld aan kloosters EN DOEN PELGRIMSTOCHTEN.

De horigen die op het eigendom van kloosters werken moeten een  belasting aan kloosters betalen (een tiende) van hun inkomen.

Slide 9 - Tekstslide

Kloosterleven - bidden en werken 'ora et labora'
Lauden- ochtend gebed in een hedendaags klooster in Limbourg

Slide 10 - Tekstslide

Kloosterleven - bidden, werken en studeren
Dagindeling met de getijden (gebedsdiensten)
2.00 - opstaan
2.10 - 3.30 - nocturnes / metten (gebed / gezang)
3.30 - 5.00 - lezen en studeren (bijbel)
5.00 - 5.45 - lauden (gebed/gezang - moest voor het aanbreken van de dag eindigen)
5.45 - 8.15 - lezen en priem (gebed van het eerste uur) en een lichte maal
8.15 - 9.00 - terts (gebed van het derde uur)
12.00 - 14.00 - sext (gebed van het zesde uur) en middagmaal
14.00 - 15 00 - noon ( gebed van het negende uur)
14..30 - 15 15 - avondmaal in het refter (eetzaal)
15 .15 - 16.15 - lezen en privegebed
16.15 - 16.45 - vespers (gebed en gezang - voor zonsondergang) dan pauze, en dan completen ( gebed en gezang; tegen 6 uur)
19.00 - nachtrust in een gezamelijk dormitorium
voor 7 uur gaan de monniken slapen.











Slide 11 - Tekstslide

Een middeleeuws abdij is een bouwcomplex met de bid- en werkruimtes. Leg uit waarom het dormitorium, een slaapzaal, vlakbij een abdijkerk gebouwd werd? 

Slide 12 - Tekstslide

Miniatuurkunst
  • In  dienst van het geloof. 
  • In kloosters  werden boeken gekopieerd door monniken.
  • Boeken werden in SCRIPTORIA door monniken overgeschreven of gemaakt
  • Latijn is de internationale taal van de geleerden
  • Manuscripten- handgeschreven teksten voorzien van illustraties.
  • Miniatuur = kleine illustratie in manuscript.
  • Initiaal = beginletter, vaak versierd. 
  • Kloosters hebben eigen bibliotheken

Slide 13 - Tekstslide

Books of Kells- prachtig versierd
Wat bedoelen we met de term 'monnikenwerk'?

Slide 14 - Tekstslide

Benedictijnen
Benedictus van Nursia
Benedictus van Nursia (480-547)
Regels van Benedictijnen:
- nederigheid, kuisheid, soberheid en gehoorzaamheid
- 'ora et labora' (bid en werk)
Dagelijks leven middeleeuwse monnik:
bidden, werken, studeren ('ORA ET LABORA' )
Grootste en machtigste orde in Europa
Veel rijkdom in kloosters.
Rijk geworden door het verkoop van aflaten.

Slide 15 - Tekstslide

Benedictijnse kloosters- groot, zelfvoorzienend en rijk
plattegrond kloostercomplex van Sankt Gallen, Zwitserland
Benedictijns abdij  in Cluny (FR), eens het grootse, het rijkste en het meest luxe kloostercomplex in Europa.
Hierdoor worden de benedictijnen en ook hun bouwstijl  CLUNIACENZERS genoemd.

Slide 16 - Tekstslide

Cisterciënzers  
Orde van de cisterciënzers scheiden zich af van de Benedictijnen, gesticht door Bernardus van Clairvaux (1090-1153) . Hij zorgde voor de groeiende Mariacultus.
Alleen vroomheid en soberheid brengt de monniken dichter bij God, kloosters zijn sober, zonder versieringen
In de cisterciënzers kloosters zijn eenvoudig, zonder gebouwde toren,  hebben altijd een afgesloten vierkantig kloostertuin, waar de monniken kunnen wandelen en mediteren.
Het leven in het  cisterciënzerse klooster was  tegenovergestelde tot het leven van de benedictijnen. 




Cisterciënzers,  Sober abdij met een kloostertuin in Fontenay 12 eeuw, Frankrijk 
Bernardus van Clairveaux, 13 eeuw

Slide 17 - Tekstslide

 Franciscanen- bedeloorde


Orde franciscanen, gesticht door Franciscus van Assisi vestigde zich in steden, leefde van giften (bedelorde), hadden geen bezittingen,  vroom, baden en hielpen arme medemensen. Hun radicale en sociale preken waren door de pauzen bekritiseerd.
De franciscaanse  kloosters en kerken waren in steden gebouwd en vaak gefinancieerd door giften van de gildes (burgers)

Franciscus van Assisi, 13 eeuw
iFranciskaans abdijkerk in Kroatië, 13 e eeuw 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Vraag 1 (3p)

Leg uit waarom kloosters/abdijen in de middeleeuwen als de religieuze,  economische en culturele centra van Europa werden beschouwd. Geef een voorbeeld bij elke bewering .

Vraag 2 (4p)

In de crimifilm "De naam van de roos" (1986) zie je straks de hoofdpersonage William van Baskerville (een franciscaanse monnik) die samen met zijn jonge leerling een benedictijns klooster bezoekt om een moordzaak te onderzoeken. In het gesprek tussen de monniken volg je een botsing tussen twee visies op de wetenschap en het christelijke geloof. 
Leg uit: welke visie vertegenwoordigt de franciscaan en welke de benedictijn. Betrek hierbij je kennis van hoofdstuk 1.


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video