3.4 De functie f(x) = a(x – p)² + q


Hoofdstuk 3 Kwadratische problemen

3.4 De functie f(x) = a(x - p)2 + q 
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les


Hoofdstuk 3 Kwadratische problemen

3.4 De functie f(x) = a(x - p)2 + q 

Slide 1 - Tekstslide

Waar gaat de les over?
3.4 De functie f(x) = a(x - p)2 + q 
  • Theorie A: Verticaal en horizontaal verschuiven
  • Theorie B: De top van de grafiek van f(x) = a(x - p)2 + q 
  • Theorie C: Formule van de vorm  y = a(x - p)2 + q opstellen



Slide 2 - Tekstslide

a, p en q zijn parameters en het kunnen dus ook iedere andere willekeurige letter zijn....
                                                      
f(x)=a(xp)2+q

Slide 3 - Tekstslide

  • a kan ook 1 zijn, dan staat er niks (x1 blijft immers gelijk)
  • Als je de haakjes uitwerkt krijg je de standaard vorm van de parabool weer terug. 
  • Maar dat is zeker niet altijd de 'makkelijkste weg'
                                                                                  



f(x)=a(xp)2+q

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Belangrijk!

Slide 6 - Tekstslide

Verschuiving 3 omlaag.
y=3x4
A
y=3x43
B
y=3x4+3
C
y=3(x3)4
D
het goede antwoord staat er niet tussen

Slide 7 - Quizvraag

Verschuiving 3 omhoog.
y=3x4
A
y=3x43
B
y=3x4+3
C
y=3(x3)4
D
het goede antwoord staat er niet tussen

Slide 8 - Quizvraag

Functies verschuiven
De grafiek van f(x) wordt 4 naar boven verschoven en dan krijg je de grafiek van g(x)
Stel de functie g(x) op : 



f(x)=0,8x65
g(x)=0,8x61

Slide 9 - Tekstslide

Haakjesnotatie

De grafiek van f(x) wordt 4 naar beneden verschoven en dan krijg je de grafiek van g(x)
Stel de haakjesnotatie op: 



f(x)=0,8x65
g(x)=0,8x69

Slide 10 - Tekstslide


De grafiek van 
y=6x5
wordt 3 omlaag verschoven. Welke formule hoort bij de beeldgrafiek?
A
y=6(x3)5
B
y=6(x+3)5
C
y=6x5+3
D
y=6x53

Slide 11 - Quizvraag

De grafiek van f(x) wordt 4 naar links verschoven en dan krijg je de grafiek van g(x)
Stel de functie g(x) op: 



f(x)=0,8x65
g(x)=0,8(x+4)65

Slide 12 - Tekstslide

De grafiek van f(x) wordt 4 naar rechts verschoven en dan krijg je de grafiek van g(x)
Maak de functie g(x): 



f(x)=0,8x65
g(x)=0,8(x4)65

Slide 13 - Tekstslide


De grafiek van 
y=6x5
wordt 3 naar links verschoven. Welke formule hoort bij de beeldgrafiek?
A
y=6(x3)5
B
y=6(x+3)5
C
y=6x5+3
D
y=6x53

Slide 14 - Quizvraag


De grafiek van 
y=5x3+4
wordt 2 naar rechts en vervolgens 3 omhoog verschoven. Welke formule hoort bij de beeldgrafiek?
A
y=5(x2)3+7
B
y=5(x2)3+1
C
y=5(x+2)3+7
D
y=5(x+2)3+1

Slide 15 - Quizvraag


De grafiek van 
y=6x81
wordt 5 naar links en vervolgens 6 omhoog verschoven. Welke formule hoort bij de beeldgrafiek?
A
y=6(x5)8+5
B
=6(x5)87
C
y=6(x+5)87
D
y=6(x+5)8+5

Slide 16 - Quizvraag

Verschuiving 3 omhoog en 2 naar rechts.
y=3x4
A
y=3(x+2)43
B
y=3(x2)4+3
C
y=3(x3)4+2
D
het goede antwoord staat er niet tussen

Slide 17 - Quizvraag

Opdracht
Maak opdracht 43, 44 en 45

Slide 18 - Tekstslide

Top van de parabool
De top van de parabool is (p,q)

Ook nu geldt
  • Als a<0 dan is de grafiek een bergparabool
  • Als a>0 dan is de grafiek een dalparabool

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Belangrijk!

Slide 21 - Tekstslide

Tip!
Alle grafieken bij de familie van functies
hebben als top het punt (3,2). 
f(x)=a(x3)2+2

Slide 22 - Tekstslide


Wat zijn de coördinaten van de top van de parabool?
f(x)=2(x+1)23

Slide 23 - Open vraag



Is dit een dal- of een bergparabool?
f(x)=2(x+1)23
A
Dalparabool
B
Bergparabool

Slide 24 - Quizvraag

Opdracht
Maak opdracht 46, 49 en 50

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Belangrijk!

Slide 27 - Tekstslide

Opdracht
Maak opdracht 55, 56 en 57

Slide 28 - Tekstslide

Einde les

Slide 29 - Tekstslide