Leidinggeven

Tussentijdse meting
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Tussentijdse meting

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Formuleer een missie voor Fruit4You

Slide 3 - Open vraag

Formuleer een doel voor het tactische management

Slide 4 - Open vraag


Noem een ontwikkeling buiten het bedrijf die tot het maken van nieuw beleid kan leiden

Slide 5 - Open vraag


Het bedrijf gaat ook groenten importeren en er komt een nieuw beleid. Na de uitvoering ervan bekijkt het topmanagement welke gevolgen er zijn voor de bedrijfsdoelstellingen. Van welke fase uit de PDCA-cyclus is hier sprake?

Slide 6 - Open vraag

Leg de relatie tussen missie, visie en strategie uit.

Slide 7 - Open vraag

Welk niveau hoort niet in het rijtje thuis van niveaus waarop een bedrijf zijn doelen stelt.
A
organisatiedoelstellingen
B
afdelingsdoelstellingen
C
projectdoelstellingen
D
Ze horen er allemaal in thuis

Slide 8 - Quizvraag

Waarom moeten doelstellingen SMART worden geformuleerd?
A
Zodat ze voor iedereen duidelijk zijn
B
Zodat ze vast staan
C
Zodat ze maar op 1 manier opgevat kunnen worden,
D
Zowel A als C

Slide 9 - Quizvraag

Waar staat SMART voor?
A
Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tastbaar.
B
Specifiek, meetbaar, acceptabel, realiseerbaar en tijdgebonden.
C
Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden.
D
Specificiek, matig, acceptabel, realistisch en tijdgebonden.

Slide 10 - Quizvraag

Wat is geen reden om een beleid op te stellen?
A
Problemen veroorzaken
B
Problemen oplossen
C
Problemen verkleinen
D
Problemen voorkomen

Slide 11 - Quizvraag

Welke fasen doorloop je bij het opstellen van een beleid?
A
Voorbereiden/schrijven/ uitvoeren
B
Voorbereiden/schrijven/ uitvoeren/evalueren.
C
Voorbereiden/schrijven/ uitvoeren/annuleren
D
Bespreken/schrijven/ uitvoeren/evalueren.

Slide 12 - Quizvraag

Strategisch management
Tactisch management
Operationeel management
Zorgen voor de uitvoering, aansturen van medewerkers
Faciliteren van de uitvoering, middelen ter beschiking stellen en coördineren.
Ontwikkelen van een strategie, maken van beleid
Welke kernactiviteit hoort bij welk management niveau?

Slide 13 - Sleepvraag

Waar staat PDCA cyclus voor
A
Party Do Check Act
B
Plan Do Check Act
C
Plan Don't Check Act
D
Plan Do Check Actueel

Slide 14 - Quizvraag

Epsilon is een grote bouwmarktketen. De missie van Epsilon is om het voor iedereen mogelijk te maken zelfstandig hun klussen uit te voeren.
a. Formuleer een mogelijke visie en strategie bij deze missie

Slide 15 - Open vraag

b. Bedenk een afdelingsdoelstelling die bijdraagt aan jouw strategie.

Slide 16 - Open vraag

2. Maak de volgende doelen SMART:
a. Een leidinggevende wil dat zijn commercieel manager efficiënter gaat werken.

Slide 17 - Open vraag

2. Maak de volgende doelen SMART:
b. de tevredenheid van medewerkers moet toenemen.

Slide 18 - Open vraag

3. Shoes for ever is een keten van schonenwinkels. Door ontwikkelingen in de schoenentrends beslist Shoes for ever een andere richting in te slaan. Er moet ook een nieuw beleid komen.
a. Op welk management niveau moet dit beleid worden opgesteld?

Slide 19 - Open vraag

4. Peter is leidinggevende bij een autobedrijf. Hij wil dat zijn team efficiënter gaat werken. Daarvoor wil hij een nieuwe werkwijze doorvoeren.
a. Op welk managementniveau werkt Peter? Leg uit

Slide 20 - Open vraag