Proeftoets WW spelling NN 1 - 6 (1HAVO)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Proeftoets spelling

1HAVO

Nieuw Nederlands

hoofdstuk 1 t/m 6

(ploffen) De ballon.... straks uit elkaar.

(bereiden) Straks .... Meryam een heerlijke tomatensoep.

(hoesten) Bas .... veel toen hij verkouden was.

(beleven) Levi ..... een spannend avontuur toen hij op vakantie was.

(bedriegen) Vorig jaar .... de de boekhouder zijn baas.

Vul de juiste vorm in (onder elkaar):
Nog ..... (nagenieten) van het ijs zijn Vera en Nova in de tram .... (stappen).

Vul de juiste vorm in:
Luid (roepen).... kwamen Luuk en Luca de klas binnen.

Welke vorm heeft het woord?
De OPGEKNAPTE fiets ziet er een stuk beter uit.

1. bijvoeglijk naamwoord
2. onvoltooid deelwoord
3. voltooid deelwoord

Welke vorm heeft het woord?
De fiets heeft nog een hoop OPGELEVERD.

1. bijvoeglijk naamwoord
2. onvoltooid deelwoord
3. voltooid deelwoord

Welke vorm heeft het woord?
MOPPEREND bekeek meneer Tak het werk van Fedde.

1. bijvoeglijk naamwoord
2. onvoltooid deelwoord
3. voltooid deelwoord

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(breken) het ..... kopje

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(verroesten) het .... mes

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(bekladden) het ..... lokaal

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(vergroten) de ..... foto

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(verbreden) de ...... weg

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(wachten) de ..... docent

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(verliezen) de ...... sporter

Maak het juiste bijvoeglijk naamwoord:
(verliezen) de ..... portemonnee

Het HUILENDE meisje was in het park haar oma kwijtgeraakt.

Dit is een...

1. infinitief
2. bijvoeglijk naamwoord
3. pvtt
4. voltooid deelwoord

Het huilende meisje WAS in het park haar oma kwijtgeraakt.

Dit is een...

1. infinitief
2. voltooid deelwoord
3. pvvt
4. onvoltooid deelwoord

Het huilende meisje was in het park haar oma kwijtgeraakt.

Dit is een...

1. voltooid deelwoord
2. pvvt
3. infinitief
4. bijvoeglijk naamwoord

Sophie en Ruben HEBBEN zich in Spanje door de verkoper laten misleiden.

Dit is een...

1. pvtt
2. pvvt
3. onvoltooid deelwoord
4. voltooid deelwoord

Sophie en Ruben hebben zich in Spanje door de verkoper LATEN MISLEIDEN.

Dit is een...

1. pvtt
2. pvvt
3. voltooid deelwoord
4. infinitief

In welke tijd staat deze zin?
Jules is vanmorgen te vroeg naar school gekomen.

1. ott
2. ovt
3. vtt
4. vvt

In welke tijd staat deze zin?
Krijsend renden de leerlingen van 1Hb naar de aula.

1. ott
2. ovt
3. vtt
4. vvt