lever en nieren_basis

Welkom!!
Ben jij klaar voor deze les?
- werkboek + schrift..
- Jas en telefoon in jouw kluisje..
- kauwgom/snoep in de prullenbak...
MOOI, dan kunnen we beginnen!
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!!
Ben jij klaar voor deze les?
- werkboek + schrift..
- Jas en telefoon in jouw kluisje..
- kauwgom/snoep in de prullenbak...
MOOI, dan kunnen we beginnen!

Slide 1 - Tekstslide

lever en nieren

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Ik kan uitleggen welke organen afvalstoffen uit je bloed halen.
  2. Ik kan onderdelen van de lever benoemen.
  3. Ik kan 3 functies van de lever noemen.
  4. Ik kan onderdelen van het urinewegstelsel noemen.
  5. Ik kan de werking van de nieren uitleggen. 

Slide 3 - Tekstslide

Uitscheidingsorganen
Door verbranding en andere processen in het lichaam ontstaan afvalstoffen. 

De afvalstoffen komen in het bloed terecht.
Het bloed verandert daardoor de hele tijd van samenstelling.

Het lichaam wil het liefst de samenstelling van het bloed zoveel mogelijk gelijk (constant) houden. De uitscheidingsorganen helpen hierbij 

Slide 4 - Tekstslide

Welke taken heeft de lever.
1. Giftige stoffen uit het bloed halen en afbreken.

2. Afvalstoffen uit het bloed halen.

3. Gal maken.

Slide 5 - Tekstslide

Bouw van de lever
Doorbloeding van de lever:
Leverslagader --> zuurstof rijk bloed
Poortader --> zuurstof arm bloed
Leverader --> zuurstof arm bloed

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

1. Omzetten en afbreken van stoffen 
1. Giftige stoffen afbreken, zoals alcohol en medicijnen en omzetten in onschadelijke stoffen. 
2. Overtollige eiwitten afbreken, daarbij ontstaat ureum ==> nieren
3. 'Versleten' rode bloedcellen afbreken. IJzer uit de hemoglobine opslaan en de rest uit het lichaam verwijderen. 

Slide 8 - Tekstslide

  • Insuline zet glucose om in glycogeen
  • Glucagon zet glycogeen om in glucose.
  • Opslag glycogeen in spieren en lever.

Slide 9 - Tekstslide

De lever
Kies uit:
- Stimuleert vorming glycogeen
- Alvleesklier
- Lever
- Glucose
- Glycogeen
- Insuline


Slide 10 - Tekstslide

2. Het maken van stoffen 
1. De lever maakt gal.
2. De lever maakt cholesterol


Slide 11 - Tekstslide

Het opslaan van stoffen 
1. De lever slaat glucose op in de vorm van glycogeen.
2. De lever slaat vitaminen A en D op.
3. IJzer opslaan

Slide 12 - Tekstslide

Waar krijgt de lever bloed vandaan?
1. Leverslagader
Brengt zuurstofrijk bloed naar de lever. 

2. Poortader
De poortader, brengt zuurstofarm bloed, maar rijk aan voedingsstoffen naar de lever.

Slide 13 - Tekstslide

Urineweg
Je hebt twee nieren. Ze liggen aan de kant van je rug boven in je buikholte 

Urineweg:
• Nieren
• Urineleider
• Blaas
• Urinebuis

Slide 14 - Tekstslide

De nieren: 
Halen afvalstoffen uit je bloed

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
Aan de slag!

Maak opdracht 1 t/m 4 + 6.
Over 15 minuten bespreken we de opdrachten 
timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk en evaluatie
Weet jij nu welke taken de lever heeft?

HW. Leer de aantekeningen en oefen met deze LessonUp.
Maak opdracht 5 t/m 8 van 7.2 (af).

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Waarom zou de darm hier niet bij staan als uitscheidingsorgaan?

Slide 19 - Open vraag

Welke afvalstoffen komen vrij bij verbranding?

Slide 20 - Open vraag

Welk uitscheidingsorgaan zorgt ervoor dat koolstofdioxide ons lichaam kan verlaten?
A
Lever
B
Huid
C
Nieren
D
Longen

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de functie van gal?

Slide 22 - Open vraag

Waarom kan een te hoog cholesterol-gehalte gevaarlijk zijn?

Slide 23 - Open vraag

Welkom!!
Ben jij klaar voor deze les?
- werkboek + schrift..
- Jas en telefoon in jouw kluisje..
- kauwgom/snoep in de prullenbak...
MOOI, dan kunnen we beginnen!

Slide 24 - Tekstslide

Programma
  1. Welkom.
  2. Lesdoel.
  3. Herhalen lever+ huiswerk bespreken.
  4. Uitleg.
  5. Aan de slag.
  6. Afsluiting + Huiswerk.

Slide 25 - Tekstslide

Lesdoelen
Lesdoel:
  • Je kent de bouw van de nieren
  • Je kent de functie(s) van de nieren
  • Je kunt uitleggen hoe nieren werken.

Slide 26 - Tekstslide

Korte herhaling lever 

Slide 27 - Tekstslide

Drie beweringen over de lever zijn:
1 In de lever worden rode bloedcellen gemaakt.
2 In de lever wordt glycogeen gevormd.
3 In de lever wordt ureum gevormd.
Welke beweringen zijn juist?

A
1 en 2
B
1 en 3
C
2 en 3
D
1, 2 en 3

Slide 28 - Quizvraag


Drie bloedvaten zijn de leverader, de lever slagader en de poortader.
Waar is het bloed zuurstofrijk?
A
Alleen de leverslagader
B
In de leverader en in de poortader
C
In de leverslagader en in de poortader

Slide 29 - Quizvraag

Welke letter voert bloed uit de lever af? (leverader)
A
Q
B
R
C
S
D
Deze is niet getekend

Slide 30 - Quizvraag

De lever breekt rode bloedcellen af. Wat maakt de lever hiervan?
A
Gal
B
Galkleurstoffen
C
Ureum
D
Alle antwoorden zijn goed!

Slide 31 - Quizvraag

Wat gebeurt er in de lever?
De lever....
A
breekt eiwit, alcohol en rode bloedcelen af
B
Slaat glycogeen op
C
Maakt gal
D
A, B en C zijn juist

Slide 32 - Quizvraag

Nieren
1. Het lichaam heeft 2 nieren.
2. De nieren liggen aan de achterzijde in de buikholte.
3. 2 urineleiders verbinden de nieren met de urineblaas.

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Nieren
  • de binnenste laag van de nieren heet het nierbekken
  • hier wordt de urine opgevangen en afgevoerd
nierbekken

Slide 35 - Tekstslide

Hoe gaat de nier te werk?
1. Via de nierslagaders komt er bloed met afvalstoffen de nier binnen.
2. In de nierschors zitten miljoenen filtertjes, deze halen de afvalstoffen uit het bloed. 
3. Het niermerg bevat buisjes, die de afvalstoffen met water opvangen ==> = urine
4. De urine gaat via het nierbekken en de urineleiders naar de urineblaas. 

Slide 36 - Tekstslide

Wat filteren nieren uit het bloed?
1. Afbraakproducten van de lever. Wat was dat ook al weer?
2. Overtollige stoffen, dus stoffen waar je er teveel van hebt in het lichaam; bijvoorbeeld water, zouten en zelfs sommige vitaminen.
3. Overbodige stoffen, stoffen die je lichaam niet nodig heeft, zoals kleurstoffen. 

Slide 37 - Tekstslide

Aan de slag!
Aan de slag!

Maak opdracht 9 t/m 14
Over 10 minuten bespreken we opdracht 9 +10
timer
10:00

Slide 38 - Tekstslide

Huiswerk en evaluatie
Weet jij nu welke taken de nieren hebben?

HW. Leer de aantekeningen en oefen met deze LessonUp.
Maak opdracht 9 t/m 14 van 7.3 (af).
Maak de oefentoets gaswisseling (eindexamensite) af.

Slide 39 - Tekstslide

Hoeveel liter urine ontstaat er per dag in jouw nieren?
A
0.5 liter
B
1 liter
C
1.5 liter
D
2.0 liter

Slide 40 - Quizvraag

Slide 41 - Video

Vervoert de nierader bloed naar de nieren?
A
Ja
B
Nee

Slide 42 - Quizvraag


Is dit de linker nier
of de rechter nier?
A
Links
B
Rechts

Slide 43 - Quizvraag

De buitenste laag van de nier wordt ...................................... van de nier genoemd
A
het niermerg
B
de nierschors
C
het nierkapsel
D
het niervlies

Slide 44 - Quizvraag

De functie van de nieren is uitscheiding. Wat scheiden de nieren uit?
A
alleen overtollig water
B
overtollig water, glycogeen, afvalstoffen en zouten
C
schadelijke stoffen
D
overtollig water en zouten, afvalstoffen en schadelijke stoffen

Slide 45 - Quizvraag