Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
VW5 W19
VW5 W19
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
In deze les zitten
26 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
2 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
VW5 W19
Slide 1 - Tekstslide
Zeit zum Lesen (10 Min.)
Wir brauchen:
- Lesebuch
- Heft
- Kugelschreiber
- Na Klar Buch
Slide 2 - Tekstslide
Programm
Lesen (10 Min.)
Vokabeln K4 L3 besprechen (5 Min.)
Machen K4 L3 Vokabeln (10 Min.)
Präpositionen (20 Min.)
Ziele
Slide 3 - Tekstslide
1. Bij geografische begrippen zonder lidwoord gebruik je nach:
“Ich gehe nach Berlin, nach Deutschland”.
Let op: bij landennamen met een bijbehorend lidwoord gebruik je niet nach, maar een combinatie van
in
plus het lidwoord.
Voorbeeld: “Ik reis naar Nederland” vertaal je met: “Ich fahre in die Niederlande”. Maar daarnaast: “Ich gehe nach Holland”.
Slide 4 - Tekstslide
2. Ook bij windrichtingen gebruik je nach.
“Ich fahre nach Osten”, “nach Süden”.
Slide 5 - Tekstslide
Richting
3. Ook is het “nach links”, “nach rechts”, “nach oben”, “nach vorne”.
Slide 6 - Tekstslide
4. Bij een opgave van richting en doel gebruikt de Duitser het voorzetsel zu
Voorbeeld bij opgave van richting: “Ich fahre schnell zur Bank, zum Betrieb, zum Bahnhof”.
Voorbeeld bij een doel: “Ich gehe zu Bett, zur Arbeit, zum Essen”. (Zum is een samenvoeging van zu dem, zur is de samenvoeging van zu der).
Slide 7 - Tekstslide
5. Bij personen maakt het Duits gebruik van zu als equivalent van het Nederlandse naar.
Voorbeelden: “Ik ga naar mijn moeder/oom” vertaal je met: “Ich gehe zu meiner Mutter/zu meinem Onkel”.
Slide 8 - Tekstslide
6. Wanneer je in het Duits beschrijft dat je ergens naar binnen gaat, dan gebruik je het voorzetsel in.
“Ich gehe in das Zimmer (hinein)”. “Wir fahren ins (in das) Parkhaus” (ndl. garage).
Slide 9 - Tekstslide
7. “In” gebruik je ook om aan te geven dat je naar een cultureel evenement gaat.
“Sie gehen ins (in das) Theater”, “ich gehe ins (in das) Kino” (bioscoop).
Slide 10 - Tekstslide
8. Het gaan naar de zee, een rivier, een meer of het strand druk je in het Duits uit met het voorzetsel an.
“Ich fahre an die Ostsee, an den Rhein, an den Bodensee, an den Strand”.
Slide 11 - Tekstslide
9. Uitzondering: zu Hause sein betekent thuis zijn
nach Hause gehen is naar huis (toe) gaan.
Slide 12 - Tekstslide
Samensmeltingen
zu + dem = zum
zu + der = zur
in + das = ins
in + dem = im
auf + das = aufs
von + dem = vom
an + dem = am
an + das = ans
bei + dem = beim
Slide 13 - Tekstslide
Versuch mal!!
Notiere jeweils nur ein Wort: voorzetsel + lidwoord
Wir gehen _____ Kino (O).
____ Donnerstag (m) bin ich nicht da.
Ich war gestern _____ Arzt.
Wir gehen morgen _______ Ärztin.
Slide 14 - Tekstslide
ins = in + das
am = an + dem
beim = bei + dem
zur = zu + der
Notiere jeweils nur ein Wort
Wir gehen _____ Kino (O).
____ Donnerstag (m) bin ich nicht da.
Ich war gestern _____ Arzt.
Wir gehen morgen _______ Ärztin.
Slide 15 - Tekstslide
Programm
Was weißt du noch? (10 Min.)
Leestraining Tekst 10 (35 Min.)
Ziele
Slide 16 - Tekstslide
Was weißt du noch?
Wir fuhren am 15. April _______ Berlin!
Du fährst morgen ______ deiner Oma.
________ Berlin werden wir uns viele Sehenswürdigkeiten ansehen.
Wir werden auch _____ die Disko gehen.
________ * Strand der Nordsee gibt es viele Muscheln
Slide 17 - Tekstslide
timer
18:00
Tekst 10
Markiere auch die Signalwörter und :
Slide 18 - Tekstslide
VW5dutl1
Slide 19 - Tekstslide
VW5dutl2
Slide 20 - Tekstslide
Zeit zum Lesen (10 Min.)
Wir brauchen:
- Lesebuch
- Heft
- Kugelschreiber
- Na Klar Buch
Slide 21 - Tekstslide
Idioomtoets
Zuerst die Prüfung und dann lesen
timer
20:00
Slide 22 - Tekstslide
Programm
Prüfung/Lesen (20 Min.)
Jojo (5 Min.)
Prüfung besprechen (10 Min.)
Aussprache (10 Min.)
Ziele
Optimal für die Prüfungswoche vorbereitet sein
Slide 23 - Tekstslide
Zeit zum Lesen (10 Min.)
Wir brauchen:
- Lesebuch
- Heft
- Kugelschreiber
- Literatur Heft
Slide 24 - Tekstslide
Programm
Jojo (5 Min.)
Leestraining (40 Min.)
Ziele
B1
Ich kann die Hauptinhalte von Fernsehsendungen zu vertrauten Themen erfassen, wenn sie relativ langsam und klar präsentiert werden
Beherrsche ich den Imperativ
Slide 25 - Tekstslide
Nächstes Mal bei Deutsch...
10 Min. Lesen
Eine Folge Jojo
Prüfung besprechen
Slide 26 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
VW5 Woche 14
Maart 2023
- Les met
44 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Präposition naar übersetzen
April 2021
- Les met
36 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Week 6 V3
Februari 2021
- Les met
33 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Trede 4 in zu nach les 2 herhaling
April 2021
- Les met
12 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Grammatik: vertaling 'naar'
November 2024
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Uitleg zu, nach, in
Oktober 2018
- Les met
21 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Trede 4 in zu nach les 1
Januari 2021
- Les met
12 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les P2a 25.5.2021 voorz 3de nv
Mei 2021
- Les met
31 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2