Donderdag 21 november 2024

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Donderdag 21 november 2024

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regels in de klas 
* Ik reageer positief en luister naar de ander
* Ik steek mijn vinger op en wacht tot ik mag spreken
* Ik zit alleen aan mijn eigen spullen
* Ik zorg ervoor dat ik mijn spullen in orde heb
* Ik pak gelijk al mijn spullen en wacht op verdere instructie van de docent
* Ik blijf van een ander af
* Schelden = melden
* Ik let alleen op mijzelf en niet op anderen
* Ik leid niemand anders af

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
- Lezen
10 min
- Terugblik vorige les + boektoets bespreken
15 min
- Woordenschat
5 min
- Digitaal lezen
10 min
-Oefenen 
30 min
-Afsluiting
10 min

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stillezen
Je pakt je leesboek voor je en je gaat stillezen!





Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik vorige les boektoets
Boektoets 'Slecht'

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Boektoets Slecht
Afgelopen vrijdag 15 november boektoets gemaakt. 

Toets inzien + bespreken

Cijfers volgen zsm

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fictiedossier
Schooljaar 2024-2025

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fictiedossier
Periode 1 > boektoets 'Slecht'
Periode 2 > Verwerkingsopdrachten eigen leesboek
Periode 3 > Pitch boek bibliotheek 
Periode 4 > Verwerkingsopdrachten verhalenbundel

Totaal 4 beoordelingen 
Gemiddelde is jouw cijfer fictie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik vorige les spelling en grammatica
Voltooid deelwoord
Werkwoordelijk gezegde
Engelse werkwoorden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voltooid deelwoord?
A
Handeling moet nog beginnen
B
Handeling is gebeurd of gedaan
C
Handeling is nog bezig
D
Handeling is bijna voorbij

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Zoek de zin met het voltooid deelwoord.
A
Naomi heeft dat mooie schilderij zelf geschilderd.
B
Jean verft zijn huis.
C
Van Gogh schilderde veel in Frankrijk.
D
Zij vindt mij aardig.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Engelse werkwoorden

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervoegen Engelse werkwoorden

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe spel je Engelse werkwoorden?
A
Volgens de Nederlandse spellingsregels
B
Volgens de Engelse spellingsregels
C
Volgens aparte spellingsregels
D
Hangt af van het woord. Sommige spelling volgens Nederlandse regels, andere Engels.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Engelse werkwoorden
hoe schrijf je het volgende werkwoord in de hij-vorm, vt: lunchen
A
hij lunchte
B
hij lunchde
C
hij lunchtte
D
hij lunchdde

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een werkwoordelijk gezegde?
A
Het woord dat voorop komt wanneer je de zin vragend maakt.
B
Het woord dat verandert wanneer je de zin in een andere tijd zet.
C
Alle werkwoorden die in de zin staan.
D
Het antwoord op de vraag: wie of wat?

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het gezegde?
Het werkwoordelijk gezegde
Janneke
heeft
haar werk
goed
gedaan

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De activist 
Afhankelijk zijn van
Depressief
Onoverwinnelijk 
Het stereotype
De tiran
Iemand die actievoert voor verandering
Erdoor beslist of bepaald worden
In een zeer sombere stemming
Zo sterk dat het onmogelijk is om te verslaan
Vast beeld van iets of iemand dat niet helemaal klopt met de
werkelijkheid
Iemand die in z'n eentje en op een strenge manier regeert

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Ik weet wat leesdoelen, leesmanieren en de kenmerken van digitaal lezen zijn
  • Ik kan bepalen wanneer ik een hyperlink wel of niet moet volgen
  • Ik kan informatie vinden in digitale teksten door verschillende leesmanieren toe te passen
  • Ik kan zelf een digitale tekst ontwerpen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke leesmanieren ken jij?

Slide 22 - Woordweb

leesmanieren: oriënterend, globaal, zoeken, grondig en kritisch lezen.

Leesdoelen en leesmanieren
Leesmanier
Leesdoel
Aanpak
Verkennend lezen
Ongeveer weten waar de tekst over gaat. 
Voorkennis activeren zodat je een tekst beter begrijpt.
Bekijk inleiding, titel, tussenkopjes, afbeeldingen en slot. 
Intensief lezen
De tekst in zijn geheel begrijpen.
Lees de tekst van begin tot eind. 
Studerend lezen
Belangrijke informatie in een tekst onthouden.
Ga actief met de stof aan de slag, bijvoorbeeld door vragen te bedenken bij de tekst of een samenvatting te maken. 
Zoekend lezen
Informatie over een bepaald onderwerp of het antwoord op een vraag vinden.
Bedenk goede trefwoorden en scan de tekst op aanwezigheid van die trefwoorden. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het leesdoel bij de volgende situaties en welke leesmanier past erbij?
1. Je leest je geschiedenisboek, omdat je morgen voor dit vak een proefwerk hebt. 
2. Om een boek te kiezen voor de leeslijst, lees je enkele flapteksten. 
3. Je wilt weten wie toch die rappende blogger is over wie iedereen het heeft en gaat op internet informatie 
over hem lezen. 
timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het leesdoel bij de volgende situaties en welke leesmanier past erbij?
1. Je leest je geschiedenisboek, omdat je morgen voor dit vak een proefwerk hebt. > STUDEREND LEZEN
2. Om een boek te kiezen voor de leeslijst, lees je enkele flapteksten. > VERKENNEND LEZEN
3. Je wilt weten wie toch die rappende blogger is over wie iedereen het heeft en gaat op internet informatie 
over hem lezen. > ZOEKEND LEZEN

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Studerend lezen
Intensief lezen
Zoekend lezen
Verkennend lezen
Een tekst helemaal lezen om hem te begrijpen

Een tekst bekijken om een eerste indruk te krijgen

In een tekst zoeken naar het antwoord op een vraag

Een tekst lezen om de informatie te onthouden

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij ons valt iedere dag een krant op de mat.
A
Ja
B
Nee
C
Weet ik eigenlijk niet
D
Nee, we lezen digitaal

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Oefeningen
Ga aan de slag met onderstaande oefeningen:

Hoofdstuk 2 Paragraaf 2 > Digitaal lezen
Bladzijde 32 t/m 33
   Opdracht 4 t/m 6

Bladzijde 34 t/m 35
   Opdracht 11 t/m 15

KLAAR?
Opdracht 16 ( Schrijfopdracht ) 
Hoofdstuk 1 leren voor herkansing > vrijdag 22 november 
Oefenen met de grijze woorden op bladzijde 35

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende les >vrijdag 22 november
* Herkansen toets hoofdstuk 1
> bladzijde 13 + 17 leren

* Spelling en grammatica


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Ik weet wat leesdoelen, leesmanieren en de kenmerken van digitaal lezen zijn
Ik kan bepalen wanneer ik een hyperlink wel of niet moet volgen
Ik kan informatie vinden in digitale teksten door verschillende leesmanieren toe te passen

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Link

Deze slide heeft geen instructies