12A.1 Steekproeven

12A.1 Steekproeven
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

12A.1 Steekproeven

Slide 1 - Tekstslide

Steekproef
REPRESENTATIEF deel van de groep die je wilt onderzoeken

Slide 2 - Tekstslide

Maken steekproef
Welke grootte (afhankelijk van de foutkans en de waarschijnlijkheid)
Op welke manier samenstellen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Steekproeven
paragraaf 12.1

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Samenstelling steekproef
Om informatie te verzamelen uit een grote groep wordt meestal een kleinere groep uit deze grote groep ondervraagd/geinterviewd. Het is ondoenlijk om alle 17 miljoen Nederlanders naar hun mening te vragen over een onderwerp. Maar er kunnen ook andere redenen zijn om een steekproef te gebruiken.

Slide 7 - Tekstslide

Bedenk nog een reden waarom je een steekproef wilt uitvoeren.

Slide 8 - Open vraag

Redenen voor steekproef
Voorbeelden
  • Wanneer het product dat je wilt testen na de test niet meer bruikbaar is.
  • Wanneer je op korte termijn wilt weten wat de mening is van een grote groep mensen.
  • Wanneer een meting of onderzoek kostbaar is wil je dit op een beperkte groep testen.

Slide 9 - Tekstslide

Samenstelling steekproef
Het is belangrijk dat deze kleine groep een goede afspiegeling is van de grote groep. Zo'n kleine groep wordt een steekproef genoemd.
Het is niet makkelijk om een goede steekproef te maken.

Er zijn een aantal verschillende soorten steekproeven. 

Wanneer de steekproef op de juiste manier is samengesteld spreken we van een betrouwbare steekproef.

Slide 10 - Tekstslide

Bekijk vraag 1 in je boek.
Welke methode is juist?
A
Methode A
B
Methode B
C
Methode C
D
Methode D

Slide 11 - Quizvraag

Bekijk vraag 1 in je boek.
Geef een reden waarom methode A niet een juiste methode is.

Slide 12 - Open vraag

Bekijk vraag 1 in je boek.
Geef een reden waarom methode B niet een juiste methode is.

Slide 13 - Open vraag

Bekijk vraag 1 in je boek.
Geef een reden waarom methode C niet een juiste methode is.

Slide 14 - Open vraag

De steekproef
Totale populatie
Steekproef
Steekproef is een meting van een eigenschap van de totale populatie aan een deel van de populatie 

Slide 15 - Tekstslide

Steekproef en populatie proportie
Steekproef proportie- deel van de steekproef met een bepaalde eigenschap
Populatie proportie- deel van de populatie met een bepaalde eigenschap

Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld
Totale populatie 43 wc poppetjes
Steekproeflengte = 8

Slide 17 - Tekstslide

Steekproef
Hoe groot moet de steekproef zijn? Moet de steekproef 10% van de grote groep zijn of 5% of nog minder?
De grootte hangt af van een aantal factoren:
  • Hoe groot is de totale groep
  • Hoe groot mag de foutmarge zijn
  • Wat moet het betrouwbaarheidsniveau zijn
In dit hoofstuk gaan we daar niet verder op in; dit komt in de bovenbouw.

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht
Maak de opdrachten van paragraaf 12.1

Slide 19 - Tekstslide