Kea 1HV Toets H5

Toets 1 HV Hoofdstuk 5 


• Geef niet meer argumenten / verklaringen dan gevraagd. De extra argumenten / verklaringen tellen in de beoordeling niet mee.
• Formuleer zorgvuldig in goede Nederlandse zinnen.
• Schrijf geen onnodig lange antwoorden op met niet ter zake doende informatie.
• SUCCES met het maken van de repetitie

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Toets 1 HV Hoofdstuk 5 


• Geef niet meer argumenten / verklaringen dan gevraagd. De extra argumenten / verklaringen tellen in de beoordeling niet mee.
• Formuleer zorgvuldig in goede Nederlandse zinnen.
• Schrijf geen onnodig lange antwoorden op met niet ter zake doende informatie.
• SUCCES met het maken van de repetitie

Slide 1 - Tekstslide

Geef de betekenis van het begrip centralisatie

Slide 2 - Open vraag


Geef de betekenis van het begrip staatsvorming 

Slide 3 - Open vraag


Geef betekenis van het begrip Gotiek

Slide 4 - Open vraag


 Historici laten in het jaar 1000 een nieuw tijdvak beginnen. Schrijf de naam van dit tijdvak op.





Slide 5 - Open vraag


In je boek staat: ‘veel bleef hetzelfde als in het vorige tijdvak. Toch veranderde er ook veel’. Een van de dingen die veranderden was de landbouw. Schrijf vier veranderingen op die zich voordeden in de landbouw.

Slide 6 - Open vraag


Leg uit waarom de hogere landbouwopbrengsten zorgden voor een toename van de handel.

Doe het zo:  Hogere landbouwopbrengsten zorgden voor toename omdat ... 

Slide 7 - Open vraag


Schrijf twee oorzaken op waarom middeleeuwse steden vaak een hoog sterftecijfer kenden.

Slide 8 - Open vraag


a. Omdat de handel toenam, nam ook het gebruik van geld als betalingsmiddel sterk toe. Leg uit waarom er toch geen gilde van geldwisselaars was.
Doe het zo: Er was geen gilde van geldwisselaars omdat ... 

b. Waarom konden mensen wel geld bij Joden lenen?

Slide 9 - Open vraag


Leg uit waarom vorsten door de invoering van het leenstelsel steeds minder macht kregen.

Doe het zo: Vorsten kregen door het leenstelsel minder macht omdat ... 

Slide 10 - Open vraag


Schrijf op welke drie middelen vorsten gebruikten om hun verloren macht weer terug te krijgen.

Slide 11 - Open vraag


Bekijk de afbeelding.
In welke bouwstijl is deze kerk gebouwd? Onderbouw je mening met twee beeldelementen.

Slide 12 - Open vraag


In een middeleeuwse kerk zie je veel symbolen die verwijzen naar Christus. Geef twee voorbeelden van die symbolen.

Slide 13 - Open vraag


a. Bij haar opname in het klooster moest Anna andere kleren aantrekken. Waarom zal men dat gedaan hebben?
b. Dat men in de Middeleeuwen in een klooster ging, had te maken met een bepaalde dwaalleer in de kerk. Welke dwaalleer was dat?
c. Nonnen en monniken mochten niet trouwen. Toch wordt Anna ‘bruid’ genoemd. Van wie zal Anna dan de bruid geweest zijn?

Slide 14 - Open vraag


Floris V was een goed voorbeeld van de ontwikkeling die leenmannen doormaakten in de Middeleeuwen. Leg dit uit. Doe dat zo:
 
Leenmannen ontwikkelden zich in de Middeleeuwen steeds meer / minder tot zelfstandige ten opzichte van de  .... 
Floris V is daar een goed voorbeeld van omdat ... 

Slide 15 - Open vraag


De vorsten pasten centralisatiepolitiek toe.
a. Bedenk welk bedoeld gevolg dit had voor de vorsten.

b. Als je denkt aan de reactie van de adel en de steden zou centralisatiepolitiek ook een onbedoeld gevolg gehad kunnen hebben voor de vorsten. Bedenk welk gevolg dat was.

Slide 16 - Open vraag


Bekijk de afbeelding
a. Leg met behulp van twee argumenten uit dat Kampen een echte middeleeuwse stad is.

b. Kampen had stadsrechten. Hoe kun je dat op de afbeelding zien?

Slide 17 - Open vraag


‘Naar de lommerd gaan’ is een oude uitdrukking voor het gaan naar een bank waar je spullen in onderpand geeft voor een lening. Het woord ‘lommerd’ is afgeleid van Lombarden. 

Verklaar waarom men een bank die naam heeft gegeven.

Slide 18 - Open vraag

Einde Toets
- Klik linksonder op het kruisje
- Controleer of je alle vragen hebt gemaakt. 
- Lever je toets in. 

Slide 19 - Tekstslide