Les 4: Sociaal inlevingsvermogen in gedrag

Communicatie: Sociaal inlevingsvermogen in gedrag
Voorbereiding jouw communicatie zorgpad
Verdieping - opdrachten maken in zorgpad
Checking

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Communicatie: Sociaal inlevingsvermogen in gedrag
Voorbereiding jouw communicatie zorgpad
Verdieping - opdrachten maken in zorgpad
Checking

Slide 1 - Tekstslide

Hoe gaat het met je?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Learnbeat Communicatie in de zorg

Leerpad 2: Jij als zorgverlener: zelfkennis en ontwikkeling;
2.2 Jouw communicatie
Lees en maak alle bijbehorende theorie en opdrachten
6.4    Communiceren als professional --> beroepshouding

Slide 3 - Tekstslide

Jouw communicatie
Jouw manier van communiceren is afhankelijk van verschillende factoren. 

Om jezelf te ontwikkelen is het belangrijk dat je weet welke factoren invloed hebben op gedrag en communicatie. > inzicht + evnt. veranderingen.

Slide 4 - Tekstslide

Factoren
De volgende factoren komen aan bod:
  • Neurologische factoren
  • Psychologische factoren
  • Normen en waarden
  • Omgevingsfactoren
We bespreken ze kort > lees ze daarna zelf door!

Slide 5 - Tekstslide

Neurologische factoren
Jouw manier van communiceren wordt bepaald in de hersenen, hier zijn verschillende hersengebieden bij betrokken.
De volgende gaan we (kort) bespreken daarna zelf lezen!:
  • Gebied van Broca
  • Gebied van Wernicke
  • Samenwerking
  • Taal

Slide 6 - Tekstslide

Gebied van Broca
De Franse arts Paul Pierre Broca ontdekte 
een hersengebied dat verantwoordelijk 
is voor spraak. Aan de hand van de 
hersenen van een patiënt die alleen
''tan tan'' kon  zeggen.

Broca vond een beschadiging in een deel van de linker frontale hersenkwab. 

Slide 7 - Tekstslide

Gebied van Broca
Dit gebied zorgt voor de productie van 
taal. Het geeft signalen naar de rest
van je lichaam om te kunnen praten.
Ook heeft dit gebied veel invloed op 
grammatica.

Slide 8 - Tekstslide

Gebied van Wernicke
Communiceren bestaat niet alleen uit 
spreken. Je moet taal ook begrijpen. 
Het begrip van taal vindt plaats in een 
ander gebied in de hersenen: 
het gebied van Wernicke.

Slide 9 - Tekstslide

Gebied van Wernicke
De Duitse neuroloog Carl Wernicke 
beschreef voor het eerst een patiënt die 
wel kon praten, maar niet begreep wat hij 
zelf zei. Zo ontdekte hij het gebied van 
Wernicke.

Slide 10 - Tekstslide

Gebied van Wernicke
In dit gedeelte van het brein wordt het 
verband gelegd tussen klanken 
(van woorden en zinnen) en de betekenis 
die deze klanken hebben. Wanneer je het 
woord ‘schaap’ hoort of ziet, weet je dat 
het gaat om een dier met een witte wollige vacht dat in de wei staat.

Slide 11 - Tekstslide

Gebied van Wernicke
Het gebied van Wernicke is belangrijk bij 
het begrijpen en produceren van taal. Als 
je wilt spreken, moet  je bedenken welke 
klanken er bij jouw boodschap horen. 
Boodschap > klanken > betekenis

Slide 12 - Tekstslide

Samenwerking Broca + Wernicke
Klanken komen binnen via het oor. Deze 
klanken worden in het gebied van 
Wernicke omgezet in een betekenis. 
Vervolgens wil je iets terugzeggen. 
Daarvoor bedenk je in het gebied van Wernicke klanken. Dan wordt het gebied van Broca ingeschakeld om de klanken uit te spreken.

Slide 13 - Tekstslide

Nieuwe inzichten
Er zijn nog veel meer gebieden actief bij het gebruiken van taal.

Neem dit stukje informatie over nieuwe inzichten in zorgpad zo eens goed door!

Slide 14 - Tekstslide

Psychologische factoren
  • Emoties en associaties
  • Gewoonten en automatismen
  • kennis
  • Kunnen
  • Intentie
  • houding (en mening)
  • Persoonlijkheid en zelfbeeld

Slide 15 - Tekstslide

Normen en waarden
Hier hebben we het al uitvoerig over gehad, uiteraard spelen ook jouw normen en waarden en rol n jouw manier van communiceren.

Slide 16 - Tekstslide

Omgevingsfactoren
  • Fysieke omgeving
  • Sociale omgeving

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Belang van empathie
  • Begrijpen wat de client meemaakt en ondersteunen op emotioneel en praktisch vlak.
  • Creëren van een ondersteunende en betrokken zorgomgeving.
  • Inleven in de gevoelens, ervaringen en perspectieven van de cliënt.
  • Patiënt voelt zich gehoord en begrepen, kan ook het therapeutische proces bevorderen, de patiënttevredenheid verhogen en de kwaliteit van de zorg verbeteren.



Slide 19 - Tekstslide

Wat is een manier om empathie te tonen?
A
Luisteren naar de ander.
B
De gevoelens van de ander negeren.
C
De gevoelens van de ander beoordelen.
D
Invullen voor de ander hoe hij/zij zich voelt.

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van empathie tonen?
A
''Ik kan me niet voorstellen dat je hier boos om bent.''
B
“Je zou je niet zo moeten voelen.”
C
“Je moet gewoon blij zijn.”
D
''Ik begrijp hoe je je voelt.''

Slide 21 - Quizvraag

Wat is een essentieel aspect van empathie in de zorg?
A
Het minimaliseren van contact met patiënten.
B
Het negeren van de emotionele behoeften van de patiënt.
C
Het begrijpen en delen van de gevoelens van de patiënt.
D
De patiënt zielig vinden.

Slide 22 - Quizvraag

Situatie:
Stel je voor dat een verpleegkundige werkt op een afdeling voor terminaal zieke patiënten. Ze gaat de kamer van een patiënt binnen die erg ziek is en veel pijn lijdt. De patiënt is bang en angstig vanwege de ernst van zijn toestand en de onzekerheid over wat er zal gebeuren. 
Hoe kun je empathie tonen in deze situatie? Vul dat in op de volgende dia.

Slide 23 - Tekstslide

Hoe toon je empathie in deze situatie?

Slide 24 - Open vraag

Concrete voorbeelden:
  • Actief te luisteren naar de zorgen en angsten van de patiënt zonder te onderbreken.
  • Zich op ooghoogte van de patiënt te plaatsen om een gelijkwaardige en persoonlijke communicatie mogelijk te maken.
  • Troostende woorden te bieden en geruststellend te zijn, zoals "Ik begrijp dat dit een moeilijke tijd voor u is, en ik ben hier om u te ondersteunen."
  • Aan te bieden om familieleden of geliefden te laten weten dat de patiënt in goede handen is en dat ze welkom zijn om bij de patiënt te zijn als dat gewenst is.
  • De patiënt te blijven volgen en regelmatig te controleren op veranderingen in zijn toestand of behoeften.

Slide 25 - Tekstslide

Aan het werk!
Lees de informatie in learnbeat nog eens goed door en maak daarna de opdrachten. Dit kun je ook vinden in de planning van learnbeat!

Klaar? > ga verder met de checking in canvas

Alles moet voor de volgende les af zijn!

Slide 26 - Tekstslide