herhalen 5.1. + 5.2.
1 / 11
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Over de hersenen zeggen twee leerlingen het volgende.
Wesley: 'De hersenen zijn gevoelig voor prikkels.'
Tim: 'In de hersenen word je je van de waarneming bewust.'
Wie heeft gelijk?
Wesley: 'De hersenen zijn gevoelig voor prikkels.'
Tim: 'In de hersenen word je je van de waarneming bewust.'
Wie heeft gelijk?
A
Wesley
B
Tim
C
Wesley en Tim
D
Geen van beiden
Slide 2 - Quizvraag
Drukzintuigen liggen in de oren.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 3 - Quizvraag
Sem en Joris doen een practicum om de drempelwaarde te bepalen voor het waarnemen van zout in een oplossing, door de smaakzintuigcellen.
Ze gebruiken hiervoor vier verschillende zoutoplossingen.
Sem brengt met wattenstaafjes van elke oplossing enkele druppels op de tong van Joris.
Joris geeft van elke oplossing aan of die wel of niet zout smaakt.
Wat is bij dit practicum de adequate prikkel voor de smaakzintuigcellen in de tong van Joris?
Ze gebruiken hiervoor vier verschillende zoutoplossingen.
Sem brengt met wattenstaafjes van elke oplossing enkele druppels op de tong van Joris.
Joris geeft van elke oplossing aan of die wel of niet zout smaakt.
Wat is bij dit practicum de adequate prikkel voor de smaakzintuigcellen in de tong van Joris?
A
Het water van de oplossing
B
Het opgeloste zout
C
Het aanraken van de tong met het wattenstaafje.
Slide 4 - Quizvraag
Je pakt je koude fietsstuur vast.
Welke zintuigen reageren zodra je jouw koude fietsstuur vast pakt?
Welke zintuigen reageren zodra je jouw koude fietsstuur vast pakt?
A
drukzintuig + koudezintuig
B
koudezintuig + warmtezintuig
C
tastzintuig + koudezintuig
D
warmtezintuig + drukzintuig
Slide 5 - Quizvraag
In welke plaatsen in je lichaam komen pijnpunten voor?
A
in de huid
B
in de mond
C
in de oren
D
in alle organen
Slide 6 - Quizvraag
Je bent thuis. Je hoort muziek, ruikt het eten dat wordt gekookt, en ziet het zonlicht dat de woonkamer binnen schijnt.
Wat is de adequate prikkel voor de reukzintuigen?
Wat is de adequate prikkel voor de reukzintuigen?
A
geur van eten
B
muziek
C
zonlicht
D
de woonkamer
Slide 7 - Quizvraag
Iemand heeft snel last van vet haar.
Welke stof wordt bij deze persoon veel geproduceerd door de hoofdhuid?
Welke stof wordt bij deze persoon veel geproduceerd door de hoofdhuid?
Slide 8 - Open vraag
Tijdens inspanning bij hoge temperatuur verliest het lichaam veel vocht door zweten. De zweetklieren krijgen water en opgeloste stoffen aangevoerd door bloedvaatjes in de huid.
Hoe heet de laag van de huid waarin deze bloedvaatjes zich bevinden?
Hoe heet de laag van de huid waarin deze bloedvaatjes zich bevinden?
A
hoornlaag
B
kiemlaag
C
opperhuid
D
lederhuid
Slide 9 - Quizvraag
In welke van de genummerde lagen vinden de meeste celdelingen plaats?
Slide 10 - Open vraag
Eén smaakknopje in je tong kan vijf smaken onderscheiden.
A
Juist
B
Onjuist
