Les 13 1HB1 Persoonsvorm

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Les 13: Persoonsvorm                                                                                                                           Pl. Gr2 L1 1-2-4-5

Leg alvast klaar:  Boek NN + schrift en pen

                                  Lesdoel:  Ik kan de persoonsvorm in een zin vinden.

Een kameleon verandert als zijn omgeving verandert.

Kijk nog eens naar de zinnen.  Wanneer verandert het werkwoord van vorm?

video o.2 Pl

Werkwoordsvormen

1 Bekijk de zinnen over de video 'Wat als ...'.

a De man overdrijft nu een beetje.

b De man overdreef gisteren een beetje.

c De mannen overdrijven nu allebei.

Je ziet in deze zinnen drie verschillende vormen van het werkwoord overdrijven.

Leg uit wat het verschil is tussen deze drie vormen.

video o.2 Pl

             Conclusie 

De persoonsvorm is het werkwoord dat hoort bij de 'hoofdpersoon' uit de zin: het onderwerp. 

De persoonsvorm is eigenlijk het schakeltje tussen het onderwerp en de rest van de zin.

De FBI heeft documenten over de afpersing vrijgegeven.

Je kunt de persoonsvorm op twee manieren vinden:

1. Zet de zin in de andere tijd. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.
2. Verander het onderwerp van enkelvoud in meervoud (of andersom). Het werkwoord dat mee verandert, is de persoonsvorm.

    https://docent.blink.nl/theoriebox/persoonsvorm

Andere tijd

Zet de sprookjesachtige zinnen in een andere tijd. 

Markeer het woord dat verandert.

1. De prins kust Doornroosje wakker.

2. De geest komt uit de lamp.  

1. Enkelvoud - meervoud          2. Onderwerp - pv

1. Onze docente Engels geeft morgen onze werkstukken terug.

2. Bert en Yvonne keken naar drie afleveringen op Netflix.

             Aan de slag

200

$2  opdr. 2 - opdr. 3+4 (z4-5-6) - opdr. 5 + 6

Pl o.6 zitten / staan

             Lesdoel:  Ik kan de persoonsvorm in een zin vinden

Nakijken

      Terugblik en vooruitblik   

Terugblik  

Je hebt geleerd dat de persoonsvorm een veel voorkomende werkwoordsvorm is en dat je aan de persoonsvorm kunt zien in welke tijd de zin staat.

Vooruitblik

In een volgende les ga je aan de slag met volledige zinnen.