Literatuur uit de oudheid was de maatstaaf voor de eigen literatuur.
3 stadia
translatio
= vertalen
imitatio
= nadoen
aemulatio
= verbeteren
--> ontstaan nieuwe genres (2)
2
Slide 20 - Tekstslide
Aforisme
Een gek die zwijgen kan, gaat door voor een verstandig man.
Constantijn Huygens
Voorbeeld aemulatio: nieuwe genre!
3
Slide 21 - Tekstslide
Essay
Persoonlijke mening over een onderwerp (moralistisch).
Voorbeeld aemulatio: nieuwe genre!
4
Slide 22 - Tekstslide
0
Slide 23 - Video
2: estheticisme
Uitte zich in de regelgeving
Veel aandacht voor vorm
Veel beoefend genre --> het sonnet
5
Slide 24 - Tekstslide
Epigram / puntdicht
6
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Video
3: realisme
Geloofwaardigheid van de personages.
7
Slide 27 - Tekstslide
Taal
Hollandse dialect groeide uit tot de standaardtaal (±1700)
Grote invloed: De Statenbijbel (1637)
8
Slide 28 - Tekstslide
Aan de slag!
WB 11.1, Tussentoets §9-12
Alles al af van de vorige les? (WB 9, 10bcd, 10.2 )
Toets in toetsweek: hdst. 1 en 2 Dautzenberg (val. 3)
Slide 29 - Tekstslide
Dit lesuur
- Maak je de spellingsmeting OT1 in TiO-Spelt
- Waarom?
Bij toetsen (en dus ook bij je CE) is spelling een onderdeel. Fouten in de spelling leiden tot aftrek.
Dus: spellingsregels opfrissen (indien nodig) --> Bij lage score, maak je de toets over 6 weken opnieuw (en ga je dus écht aan de slag met je taaktijd)
Klaar? Werken aan de moderne Reinaert. (DL: 13-10-2023)