S1 Het persoonlijk referentiekader

S1 Het persoonlijk referentiekader
Deel II
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
GedragswetenschappenSecundair onderwijs

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

S1 Het persoonlijk referentiekader
Deel II

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide



Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Hoe heet dat proces?

Slide 9 - Open vraag

Welke 3 soorten bestaan er?

Slide 10 - Open vraag

Illustreer met 2 voorbeelden hoe dat proces je referentiekader kan beïnvloeden.

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Zoek nu zelf een concreet voorbeeld van de invloed van elk systeem op jouw referentiekader. (Microsysteem, exosysteem, mesosysteem, macrosysteem)

Slide 14 - Open vraag

Welk systeem beïnvloedt het referentiekader van het individu in deze situaties?

De sterke en warme relatie die Sfea met haar ouders heeft, zorgt ervoor dat ze ervan overtuigd is dat ze zo moet omgaan met anderen en dat genegenheid een belangrijke waarde is.

Slide 15 - Open vraag

Welk systeem beïnvloedt het referentiekader van het individu in deze situaties?
In sommige Afrikaanse culturen genieten dikke vrouwen veel meer aanzien. Vetkwabben zijn er een statussymbool. Extreme uitingen van die ‘big is beautiful’-trend zijn de fattening farms. Vrouwen vinden het daar normaal als ze enkele maanden voor hun huwelijk worden opgesloten in een hut om te worden vetgemest.

Slide 16 - Open vraag

Welk systeem beïnvloedt het referentiekader van het individu in deze situaties?
Als de ouders van Karim goed kunnen opschieten met zijn leerkrachten en elke keer naar het oudercontact gaan, kan dat ervoor zorgen dat Karim de waarde respect tot zijn referentiekader rekent.

Slide 17 - Open vraag

Welk systeem beïnvloedt het referentiekader van het individu in deze situaties?
Felix woont in een multiculturele wijk in het centrum van Brussel. Daardoor kent hij al veel bevolkingsgroepen in Brussel en heeft hij een open houding tegenover mensen met een andere huidskleur.

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hoeveel procent van de Belgische bevolking is moslim?

Slide 21 - Open vraag

Hoeveel procent was dat volgens de bevraagden?

Slide 22 - Open vraag

Welke algemene conclusie kun je trekken uit de resultaten van het onderzoek?

Slide 23 - Open vraag

In welk land wordt het aandeel van de moslimbevolking het hoogst ingeschat? Staaf je antwoord met cijfergegevens.

Slide 24 - Open vraag

Welk land overschat zijn moslimpopulatie in verhouding het meest? Kijk daarvoor naar de verhouding tussen het werkelijke percentage en het geschatte percentage.

Slide 25 - Open vraag

Waarom zou het aantal moslims worden overschat?

Slide 26 - Open vraag


Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

Wat is het verband tussen het referentiekader van Kim en Frank en de media.

Slide 30 - Open vraag

Toon aan dat er bij Kim ook individuele factoren een rol spelen voor haar referentiekader.

Slide 31 - Open vraag

Waarom is het gevaarlijk om informatie in te winnen op sociale media?

Slide 32 - Open vraag

Hoe kun je merken dat iets op Facebook fake news is?

Slide 33 - Open vraag

Wat is de redenering van sociale media-experte Nathalie Van Raemdonck?

Slide 34 - Open vraag