In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Lineaire verbanden en formules oplossen
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je de basisbegrippen van lineaire verbanden benoemen, haakjes wegwerken en formules met de bordjesmethode oplossen.
Slide 2 - Tekstslide
Introduceer de leerdoelen van de les en leg uit waar de les over gaat.
Wat weet jij al over lineaire verbanden en formules oplossen?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn lineaire verbanden?
Lineaire verbanden zijn verbanden tussen twee variabelen die in een rechte lijn lopen.
Slide 4 - Tekstslide
Leg uit wat lineaire verbanden zijn en geef een voorbeeld.
Basisbegrippen van lineaire verbanden
Bij lineaire verbanden heb je te maken met de begrippen hellingsgetal, startgetal en x- en y-coördinaten.
Slide 5 - Tekstslide
Leg de basisbegrippen van lineaire verbanden uit en geef voorbeelden.
Haakjes wegwerken
Om een formule op te lossen moet je eerst de haakjes wegwerken.
Slide 6 - Tekstslide
Leg uit hoe je haakjes wegwerkt en geef voorbeelden.
Formules oplossen met de bordjesmethode
De bordjesmethode is een handige manier om formules op te lossen.
Slide 7 - Tekstslide
Leg uit wat de bordjesmethode is en geef een voorbeeld.
Oefenen met lineaire verbanden
Laten we nu oefenen met het benoemen van lineaire verbanden en het oplossen van formules met de bordjesmethode.
Slide 8 - Tekstslide
Laat de leerlingen oefenen met het benoemen van lineaire verbanden en het oplossen van formules met de bordjesmethode.
Toepassingen van lineaire verbanden
Lineaire verbanden komen veel voor in de praktijk, bijvoorbeeld bij het berekenen van kosten of het voorspellen van groei.
Slide 9 - Tekstslide
Laat voorbeelden zien van toepassingen van lineaire verbanden en vraag de leerlingen om zelf voorbeelden te bedenken.
Samenvatting
Je hebt geleerd wat lineaire verbanden zijn, de basisbegrippen van lineaire verbanden, hoe je haakjes wegwerkt en formules oplost met de bordjesmethode.
Slide 10 - Tekstslide
Vat de les samen en maak de leerlingen enthousiast voor het volgende onderwerp.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.