H9.Voorkennis H9.1 Met de balans

Leerdoelen
9.Voorkennis
Ik kan het hellingsgetal en startgetal bepalen bij formules en een tabel
Ik kan een formule opstellen bij twee coordinaten
Ik kan een formule met haakjes ook zonder haakjes schrijven
Ik kan vergelijkingen oplossen m.b.v. de bordjesmethode

9.1 Lineair verband
Ik kan eenvoudige vergelijkingen oplossen m.b.v. de balansmethode.

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Leerdoelen
9.Voorkennis
Ik kan het hellingsgetal en startgetal bepalen bij formules en een tabel
Ik kan een formule opstellen bij twee coordinaten
Ik kan een formule met haakjes ook zonder haakjes schrijven
Ik kan vergelijkingen oplossen m.b.v. de bordjesmethode

9.1 Lineair verband
Ik kan eenvoudige vergelijkingen oplossen m.b.v. de balansmethode.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
9.2 Vergelijkingen oplossen
Ik kan vergelijkingen oplossen m.b.v. de balansmethode waarbij variabelen aan beide kanten staan.

9.3 Snijdende lijnen 
Ik kan de coordinaten van twee rechte lijnen berekenen door de bijbehorende vergelijking op te lossen.

9.4 Grafieken schetsen bij lineaire formules
Ik kan grafieken schetsen in een assenstelsel door gebruik te maken van het start- en hellingsgetal.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag Leerdoelen H9


9.1 Lineair verband
Ik kan eenvoudige vergelijkingen oplossen m.b.v. de balansmethode.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het startgetal (basisgetal) en
hellingsgetal (richtingscoëfficiënt)
bij deze formule?
y = 8 -4x

Slide 4 - Woordweb

startgetal 8
hellingsgetal (rc) = -4
timer
3:00
Wat is het startgetal en
hellingsgetal bij deze tabel?

Slide 5 - Woordweb

hellingsgetal 0 uren = € 40  omdat 
stap van  x   2   naar   3    =  1 uur    
stap van  y   80 naar 60   = € 20 
hellingsgetal =   20 : 1 = 20
y = 20 x + b

b:   x = 3 en y = 100
100 = 20 x 3 + b      
b = 40



hellingsgetal t
  • stap van x 2 naar 3 = 1 uur                    
  • stap van y 80 naar 60 = € 20                      hellingsgetal = 20 : 1 = 20
startgetal
       formule: y = 20 x + b                    b?
       vul bv de coördinaat  x = 3 en y = 100 in de formule
       100 = 20 x 3 + b                                   b = 40
     

x-as
0
1
2
3
4
y-as
40
60
80
100
120
  formule: y = 20x + 40

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bepaal de formule y = ax + b
met de coördinaten
A(0, 110) en B(5, 45).

Slide 7 - Woordweb

yverschil
Wat is het startgetal en basisgetal bij de volgende vergelijking?

4x - 50 = y

A
startgetal = 4 en hellingsgetal = 50
B
startgetal = -4 en hellingsgetal = 50
C
startgetal = 50 en hellingsgetal = -4
D
startgetal = -50 en hellingsgetal = 4

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

timer
1:00
Schrijf onderstaande
formule op zonder haakjes.
-2(4x + 10) = y

Slide 9 - Woordweb

-8x +-20 = y
Los de vergelijking hieronder op m.b.v. de balansmethode.
Maak je oplossing op papier en schrijf hier onder bijv. x = 10.

4x + 7x + 6 = 39


Slide 10 - Open vraag

11x + 6 = 39
        -6     -6  +

11x = 33
:11      :11
x    = 3
Oplossing balansmethode


11x + 6 = 39
               -6       -6  +
11x  = 33
  :11      :11
   x  = 3
4x + 7x + 6 = 39 


x = ????

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9.1 Met de balans

Leerdoelen
Ik kan een eenvoudige vergelijking m.b.v. de balansmethode.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

11

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:24
Wanneer is een
balans in evenwicht?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

00:48
Wat houdt het =-teken in?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

01:01
In de video haalt de meneer (vanaf nu Ernie) 1 kilo af van de rechterkant waardoor de balans uit evenwicht is.
Wat had hij moeten moeten om de balans in evenwicht te houden?
A
Links 1 kilo erbij
B
Links 1 kilo eraf
C
Link 2 kilo eraf
D
Links 2 kilo er bij

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

01:40
Bij deze situatie hoort de vergelijking hieronder.
2 zakken = 4.
Hoeveel weegt dus elk zak?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

02:56
Welke vergelijking past het beste bij deze situatie?
A
2 zakken + 1 = 7 kilo
B
2z + 1 kilo = 7 kilo
C
2z + 1 = 7
D
2 zakken + 1 kilo = 7 kilo

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

03:11
Wat heeft Ernie aan
BEIDE kanten moeten
doen om de balans in
evenwicht te houden?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

03:37
Wat komt er op de puntjes te staan?
Als 2 zakken gelijk is aan 6 kilo,
dan is de helft van zakken gelijk aan .... kilo.

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

05:30
Wat is de laatste stap na
het oplossen van een vergelijking?

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

07:04
Was Ernie ook op k = 8 uitgekomen
als hij met -6 aan beide was begonnen?
Leg uit waarom wel of niet.

Slide 22 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

08:32
Los nu onderstaande vergelijking op m.b.v. de balansmethode. Laat elke stap zien, maak een foto en lever in.

14b + 6 = 10b + 14

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

07:04
Hoe houdt Ernie de balans
tot het einde in evenwicht?

Slide 24 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Enquete Leerdoelen
Geef in de volgende slides aan hoe je er voor staat bij de afgelopen leerdoelen.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan het hellingsgetal en startgetal bepalen bij formules en een tabel
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan een formule opstellen bij twee coordinaten
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan een formule met haakjes ook zonder haakjes schrijven

😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan vergelijkingen oplossen m.b.v. de bordjesmethode

😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan eenvoudige vergelijkingen oplossen m.b.v. de balansmethode.

😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken in stilte
Nakijken 9.1 Met de balans
Huiswerk volgende les: H9.2 

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies