mavo 2 week 7 les 1

Programma
Lezen
S.O terug en bespreken
spelling
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma
Lezen
S.O terug en bespreken
spelling

Slide 1 - Tekstslide

Zo gebruik je HOOFDLETTERS
  • aan het begin van een zin: Het feest duurt tot tien uur.
  • als de zin met ’s begint, verschuift de hoofdletter: ’s Middags eet ik brood.
  • bij namen: Stan Mol, Turfstraat, Apeldoorn, SP, Ford, Kerstmis, Puma.
  • bij woorden die van namen zijn gemaakt: Oost-Europese, Chinese.

Slide 2 - Tekstslide

GEEN HOOFDLETTERS
Let op: 

Namen van dagen van de week (vrijdag), maanden (november), seizoenen (herfst) en windstreken (westen) 
krijgen GEEN hoofdletter.

Slide 3 - Tekstslide

De Kermis staat van Woensdag tot Zaterdag op het plein.
A
Hoofdletters staan allemaal goed
B
Niet alle hoofdletters staan goed
C
Er staat geen hoofdletter goed

Slide 4 - Quizvraag

Hoofdletters

Welke zin is juist?
A
's Morgens gaan wij met meneer De Boer naar Julianadorp.
B
's Morgens gaan wij met meneer De boer naar Julianadorp.
C
'S morgens gaan wij met meneer de Boer naar Julianadorp.

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer gebruik je géén hoofdletter?
A
Namen van winkels
B
Familienamen
C
Namen van maanden
D
Namen van musea

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer gebruik je géén hoofdletter?
A
Namen van feestdagen
B
Namen van jaargetijden
C
Namen van personen
D
Namen van bedrijven

Slide 7 - Quizvraag

Theorie: Komma's
- In een zin met twee persoonsvormen (werkwoorden) naast elkaar

- Na een naam of een uitroep aan het begin van de zin

- Voor verbindingswoorden: omdat, terwijl, zodat, nadat, als, toen, terwijl, want, voordat

Slide 8 - Tekstslide


Een komma staat vaak aan het einde van een zin.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

Als het pijn doet geef je maar een gil

Slide 10 - Open vraag

Schrijf over. Zet leestekens waar dat moet.

Ik blijf vandaag thuis omdat ik schoolziek ben

Slide 11 - Open vraag

Plaats in de volgende zin komma's:
Als je je huiswerk maakt kun je beter geen muziek aan hebben.

Slide 12 - Open vraag

Plaats in de volgende zin komma's:
Ik vind wiskunde leuk want we hebben een grappige leraar.

Slide 13 - Open vraag

Plaats in de volgende zin komma's:
Op tafel liggen mijn boeken mijn mobiele telefoon en mijn sleutels.

Slide 14 - Open vraag

aan het werk
Maak oefening 1 t/m 4 op blz. 58-59

Slide 15 - Tekstslide