Steden vroeger en nu leerjaar 1

Steden vroeger en
Steden vroeger en nu
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Steden vroeger en
Steden vroeger en nu

Slide 1 - Tekstslide

In een stad heb je een hogere mobiliteit dan in een dorp?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent een nederzetting?
A
Samenleving
B
Mensen die rondtrekken
C
Een plek waar mensen wonen

Slide 3 - Quizvraag

1
2
3
4
5
6
7
Huis
Straat
Buurt
Woonwijk
Stad
Agglomeratie
Stedelijk gebied

Slide 4 - Sleepvraag

Hoe noemen we het volgende: minimaal aantal klanten dat een bedrijf nodig heeft om te blijven bestaan (1 woord)

Slide 5 - Open vraag

Middelen waarmee iets of iemand zich kan verplaatsen
A
Vervoer
B
Mobiliteit
C
Infrastructuur

Slide 6 - Quizvraag

Mobiliteit
Infrastructuur
Het geheel aan (spoor)wegen, (lucht)havens, bruggen, kanalen en tunnels
De mogelijkheden om jezelf voort te bewegen

Slide 7 - Sleepvraag

Hoe heet dit trektuig rond de hals van de paarden? 
(in te vullen in de volgende slide) 

Slide 8 - Tekstslide

1 Woord

Slide 9 - Open vraag

Grond geschikt maken voor landbouw
A
Drieslagstelsel
B
Ontginnen

Slide 10 - Quizvraag

Samenwerkingsverbond tussen verschillende steden voor handel
A
Hanze
B
Gilde

Slide 11 - Quizvraag

Een vereniging van ambachtslieden met hetzelfde beroep (1 woord)

Slide 12 - Open vraag

De laatste proef die een gezel moest afleggen om bij een gilde te mogen (1 woord)

Slide 13 - Open vraag

Wanneer een land vanuit één plaats wordt geregeerd
A
Democratie
B
Centralisatie
C
Socialisatie

Slide 14 - Quizvraag

Oorlog tussen Frankrijk en Engeland van 1337 tot 1453, die is gewonnen door de Fransen (2 woorden)

Slide 15 - Open vraag

Urbanisatie
Suburbanisatie
Van een dorp naar een stad verhuizen
Van een stad naar een dorp verhuizen

Slide 16 - Sleepvraag

Sanering
Renovatie
Stadsvernieuwing
Vernieuwen van gebouwen
Slopen van gebouwen en nieuwe plaatsen
Renovatie en sanering samen

Slide 17 - Sleepvraag

Wat jou jezelf maakt, wie je bent (1 woord)

Slide 18 - Open vraag