Vorige week: persoonsvorm en onderwerp
Een persoonsvorm vind je op twee manieren:1. Vraagproef
Maak een vraagzin van de zin. Het werkwoord dat voorin de zin staat, is de persoonsvorm.
2. Tijdproef
Zet de zin in een andere tijd. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.
Het onderwerp vind je door de vraag:
Wie (of wat) + persoonsvorm