Opdracht 1 | Jagers en verzamelaars

M&M M1
Tijdvak 1 Jagers en boeren | Opdracht 1 Jagers en verzamelaars
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

M&M M1
Tijdvak 1 Jagers en boeren | Opdracht 1 Jagers en verzamelaars

Slide 1 - Tekstslide

De leerdoelen van deze les zijn:
1. de levenswijze van de jagers-verzamelaars beschrijven.

2. uitleggen wat de steentijd betekent.

3. uitleggen wat nomaden zijn.

4. uitleggen waarom de mens over ging van nomaden bestaan naar een vaste woonplaats.

5. verklaren waarom vuur een grote verandering was in het leven van de jagers-verzamelaars.

6. uitleggen welke vier voordelen vuur gaf.

7. uitleggen welke basisbehoefte een mens nodig heeft.

Slide 2 - Tekstslide

Rond 20.000 voor Christus leefde er jagers en verzamelaars in Europa. Deze tijd noem je de prehistorie. Ze jaagden op dieren om te kunnen overleven. Een rendier was een goede vangst, want dan had je bijna alles om te overleven: je basisbehoeften. Het vlees kon je eten, van de huid kon je kleding en tentdoek maken, de botten kon je gebruiken als tentstok, naald of speerpunt. Maar de mensen gingen niet alleen op jacht. Ze verzamelden ook vruchten, noten en paddestoelen. Ze heten daarom jager-verzamelaars.
De jagers-verzamelaars verhuisden vaak. Ze trokken achter de dieren aan waarop ze jaagden. Mensen die geen vast woonplaats hebben, noem je nomaden.


Slide 3 - Tekstslide

1. Hoe noemt men de tijd voordat de mensen konden schrijven?

Slide 4 - Open vraag

2. Wat wordt bedoeld met de steentijd?

Slide 5 - Open vraag

3. Wat was de belangrijkste reden voor de jagers-verzamelaars om als nomaden te leven?

Slide 6 - Open vraag

5. De jagers en verzamelaars hebben geen geschreven bronnen achtergelaten. Leg uit hoe het kan dat we toch wat over hun leven weten.

Slide 7 - Open vraag

6. Wat voor dier is afgebeeld in bron 1?

Slide 8 - Open vraag

7. Als je goed kijkt, zie je ook wapens afgebeeld. Wat voor wapens zijn dat?

Slide 9 - Open vraag

8. Waarom gingen de mannen in groepen jagen?

Slide 10 - Open vraag

Wat hebben wij het gemakkelijk: we steken een lucifer aan en er is vuur! De eerste mensen hadden geen idee hoe ze vuur moesten maken. Zij waren afhankelijk van vuur dat spontaan ontstond, door bijvoorbeeld bliksem. Waarschijnlijk haalden de mensen dan gloeiende kooltjes uit het vuur om in hun kampvuur te maken. Als dat vuur doofde, moesten de mensen wachten tot ze opnieuw vuur vonden.

Zonder vuur was het leven moeilijk. Vuur verzekerde de mensen van warmte en licht, het hield de wilde dieren op afstand en het kon gebruikt worden om vlees te braden. Ook speelde het vuur een belangrijke rol bij de jacht: speerpunten die in het vuur gehouden werden, waren harder en scherper.

Ongeveer 500.000 jaar geleden ontdekten mensen hoe ze zelf vuur konden maken. Die ontdekking veranderde het leven van de mensen. Ze werden minder afhankelijk van de natuur.

Slide 11 - Tekstslide

9. Welke vier voordelen zijn er voor het gebruik van vuur?

Slide 12 - Open vraag

10. Hoe kwamen de mensen aan vuur?

Slide 13 - Open vraag

11. Op welke manier veranderde het leven van de mens na het ontdekken van vuur?

Slide 14 - Open vraag

12. Kan je deze verandering een revolutie noemen? Leg uit waarom wel of niet.

Slide 15 - Open vraag

13. Beantwoord per onderdeel hoe de jagers en verzamelaars eraan komen:
1. Kleding
2. Eten
3. Woning
Hoe kom jij eraan?

Slide 16 - Open vraag

Terwijl in Europa een ijstijd heerste, was het in grote delen van het Midden-Oosten aangenaam om te wonen. Het klimaat was koeler en er viel meer neerslag dan tegenwoordig. De mensen hadden genoeg te eten, want er groeiden veel wilde granen.

Rond 10.000 v.Chr. werd het klimaat echter warmer en droger, waardoor de granen minder goed wilden groeien. Om toch te kunnen overleven, moesten de mensen zch aan het veranderde klimaat aanpassen. Ze leerde in het land van Mesopetamië geleidelijk dat het loswoelen van grond, het zaaien van graan en het bevloeien van het graan met water meer graan opleverde. Ook leerden ze hoe ze de granen moesten bewaren. Dit noemen wij akkerbouw.

Slide 17 - Tekstslide

14. Leg uit wat de oorzaak is van de overgang van jagen naar landbouw.

Slide 18 - Open vraag

15. Een gevolg van die overgang was dat mensen op een vaste plek gingen wonen. Leg uit waarom een vaste woonplaats noodzakelijk is voor landbouw.

Slide 19 - Open vraag

16. Noem twee voordelen aan het wonen op een vaste plek.

Slide 20 - Open vraag

17. Noem twee nadelen aan het wonen op een vaste plek.

Slide 21 - Open vraag

18. Hoort het soort eten bij jagers-verzamelaars e/nof boeren?
1. Noten
2. Brood
3. Vis
4. Kaas
5. Melk
6. Rundvlees

Slide 22 - Open vraag

19. Sleep de juiste woorden naar de juiste plek in de tekst.

Het houden van dieren
Bij het boerenbedrijf hoort ook het houden van _______ .
De eerste dieren die door mensen werden gehouden waren de wolf, schapen, geiten en _______ .
Het houden van dieren had veel voordelen. Er was voedsel binnen handbereik in de vorm van vlees en melk. _______ werd een belangrijke grondstof voor _______ en dieren konden nuttig werk verzetten.
Vanaf ± 4000 v. Chr. was het dankzij het wiel en de _______ mogelijk om met runderen grote stukken grond om te ploegen.
De opbrengsten werden daardoor groter. Meer en beter voedsel had tot gevolg dat de _______ toenam.
Kleding
Varkens
Bevolking
Wol
Dieren
Ploeg

Slide 23 - Sleepvraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 1: hoe leefden de jagers-verzamelaars, wat was de rolverdeling?

Slide 24 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 2: wat betekent de steentijd?

Slide 25 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 3: wat zijn nomaden?

Slide 26 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 4: waardoor gingen nomaden van rondreizen naar een vaste woonplaats?

Slide 27 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 5: waarom was vuur zo'n belangrijke verandering voor jagers-verzamelaars?

Slide 28 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 6: welke voordelen heeft vuur?

Slide 29 - Open vraag

Leerdoelen check.
Leerdoel 7: wat zijn basisbehoeften? En welke heeft de mens nodig?

Slide 30 - Open vraag

Leerdoelen check ingevuld?
Ga samen met je talking partner elkaars antwoorden controleren en verbeter elkaar.

Slide 31 - Tekstslide