Renaissance 2

Wie/wat waren rederijkers?
A
Een rederijker is bezig met redelijk gedrag.
B
De rederijkers waren een groep mannen van burgerlijke en adellijke komaf die elkaar eigen werk voorlazen.
1 / 34
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Wie/wat waren rederijkers?
A
Een rederijker is bezig met redelijk gedrag.
B
De rederijkers waren een groep mannen van burgerlijke en adellijke komaf die elkaar eigen werk voorlazen.

Slide 1 - Quizvraag

Welke levensbeschouwing hadden de rederijkers?
A
Idealisme
B
Humanisme
C
Estheticisme
D
Christendom

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je over de renaissance
(uit de vorige les)?

Slide 4 - Woordweb

Vorige les
wedergeboorte
carpe diem
reformatie: Luther en Calvijn
toneel: translatio, imitatio, aemulatio
homo universalis
sonnet
Wilhelmus

Slide 5 - Tekstslide

Renaissance
Revolutie in de Nederlandse literatuur
Wilhelmus
Rederijkersliteratuur
Pieter Corneliszoon Hooft
Joost van den Vondel
Gysbreght van Aemstel 
Maria Tesselschade Roemers(dochter) Visscher
Lachen is gezond


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Tussen Middeleeuwen en Renaissance: de Rederijkers

- rederijkerskamers (gildes voor burgers)
- vooral gedichten en toneelstukken
- nadruk op technisch vakmanschap 
- veel aandacht voor retorica 

Slide 8 - Tekstslide

Welke levensbeschouwing hadden de rederijkers?
A
Idealisme
B
Humanisme
C
Estheticisme
D
Christendom

Slide 9 - Quizvraag

De rederijkers
  • Eind van de middeleeuwen;
  • ontwikkeling van de rederijkerskamers : georganiseerde verenigingen van schrijvers;
  • markeren de overgang naar de renaissance;
  • zijn ook onderdeel uit van die Renaissance.

Slide 10 - Tekstslide

Rederijkers
  • Literaire elite van midden 15e eeuw tot na 1600;
  • beoefenen literatuur in verenigingsverband;
  • waren officiële organisatoren van stedelijke festiviteiten;
  • schrijven dichtwedstrijden uit (de landjuwelen);
  • maken onderscheid tussen ‘vroede, amoreuze en het sotte’;
  • vanaf 1500 groeit bij hen de aanzien voor het lied;
  • spelen met taal.

Slide 11 - Tekstslide

Kenmerken Rederijkersgedichten
* Veel aandacht voor vormgeving en rijm (eindrijm, kettingrijm en dubbelrijm);
* Vorm en inhoud in harmonie door herhaling van versregels en rijmklanken.
*Verschillende dichtvormen o.a.:


Slide 12 - Tekstslide

Rederijkersgedicht
  • vaste dichtvorm, bestaande uit vier of meer strofen, een stokregel en een prince-strofe.
  • Stokregel: (een) vaste en de strofe afsluitende regel in het rederijkersrefrein
  • Prince-strofe: afsluitende strofe waarin de prince, het hoofd van de rederijkerskamer, aangesproken wordt; als variant ook gericht tot andere personen, bijvoorbeeld de geliefde (princesse).

Slide 13 - Tekstslide

Drie soorten gedichten (refreinen)
in 't vroede (in ernst)
in 't amoureuze (in de liefde)
in 't sotte (voor de grap of om te spotten, vaak met een "schuine" bijbedoeling).


Deze indeling zien we ook terug bij Bredero

Slide 14 - Tekstslide

Dus de Rederijkers:
  • zijn literaire (amateur)kunstenaars; zij wilden hun kunst technisch zo perfect mogelijk maken. 
  • bewijzen de gemeenschap diensten, vooral met gelegenheidsverzen. 
  • organiseren zich in kamers die onderling wedstrijden houden: de landjuwelen. 

Slide 15 - Tekstslide

Brug tussen middeleeuwen en renaissance
De rederijkers sloegen een brug tussen de middeleeuwen en de renaissance. Dit deden ze op drie manieren: 
  • Ze zich laten inspireren door klassieke voorgangers. 
  • Eerbied voor kunst en literatuur zorgen voor nieuwe kunstopvattingen. 
  • Ze maken nieuwe denkbeelden (bijvoorbeeld die van Erasmus) bekend onder het volk. 

Slide 16 - Tekstslide

Overgang Renaissance
Rederijkerspoëzie verdwijnt;
Er ontstaat een nieuwe cultuurbeweging: de renaissance


Slide 17 - Tekstslide

Rederijkers schreven toneelstukken om ...
A
te vermaken
B
te moralisren
C
te vermaken en te moraliseren
D
hun brood te verdienen

Slide 18 - Quizvraag

Een gedicht in 't vroede is een gedicht
A
in ernst
B
in de liefde
C
voor de grap

Slide 19 - Quizvraag

Renaissance
Revolutie in de Nederlandse literatuur
Wilhelmus
Rederijkersliteratuur
Pieter Corneliszoon Hooft
Joost van den Vondel
Gysbreght van Aemstel 
Maria Tesselschade Roemers(dochter) Visscher
Lachen is gezond


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Renaissance
Revolutie in de Nederlandse literatuur
Wilhelmus
Rederijkersliteratuur
Pieter Corneliszoon Hooft
Joost van den Vondel
Gysbreght van Aemstel 
Maria Tesselschade Roemers(dochter) Visscher
Lachen is gezond


Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

P.C.Hooft was drost van ...
A
Loevestein
B
het Muiderslot
C
De Haar
D
Doornburg

Slide 24 - Quizvraag

P.C. Hooft was samen met .... lid van dezelfde rederijkerskamer
A
Vondel
B
Bredero
C
Huijgens
D
Revius

Slide 25 - Quizvraag

Hoe wordt Joost van den Vondel ook wel genoemd?
A
De keizer der dichters
B
Vriend Vondel
C
De Palamedes van de eeuw
D
De prins der poëten

Slide 26 - Quizvraag

Vondel was ...
A
een kousenhandelaar
B
lid van de rederijkerskamer
C
Rooms-katholiek
D
een lauwerkrans waard

Slide 27 - Quizvraag

middeleeuwen
renaissance
memento mori
carpe diem
theocentrisch
antropocentrisch
estheticisme
inhoud/
boodschap
individualisme
collectivisme (groep)
ridderlijk
burgerlijk

Slide 28 - Sleepvraag

Renaissance betekent letterlijk:
(1 woord)

Slide 29 - Open vraag

Wat de mens presteerde, werd niet langer gezien als een gave van God, maar als iets wat uit hemzelf voortkwam
A
Antropocentrisme
B
Empirisme
C
Humanisme
D
Individualisme

Slide 30 - Quizvraag


A
Luther
B
Calvijn
C
Erasmus
D
Da Vinci

Slide 31 - Quizvraag

In de Renaissance kwam er steeds meer aandacht voor taalkunde en geschiedschrijving.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quizvraag

De Tachtigjarige oorlog was van
A
1548 - 1628
B
1568 - 1648
C
1588 - 1668
D
1608-1688

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Video