Het debat: zie ook blz. 150
1. Opzetbeurt: een spreker legt welke stelling ze hebben en waarom ze voor zijn.
2. Opzetbeurt tegenstander: een spreker legt uit waarom ze tegen zijn.
3. Time-out (2 min.): beide teams overleggen over de verweerbeurt.
4. De twee verweerbeurten: de tweede spreker herhaalt de argumenten van het andere team eerst en weerlegt dan de argumenten.
5. Time-out: de teams overleggen over de slotbeurt.
6. De twee slotbeurten: een van beide sprekers krijgt de kans om de jury te overtuigen. De sprekers herhalen het standpunt van hun team en mogen reageren op alles wat er tot nu toe is gezegd (geen nieuwe arg.)