Paragraaf 9 - Het Nederlandse landschap ingericht

Paragraaf 9
Doelen:
Weet je...
- Dat Nederland bestaat uit een hoog en een laag deel.
- Welke verschillen er zijn tussen Hoog en Laag Nederland.
- Welke grondsoorten er in Nederland voorkomen.
- Welke rol de heide vroeger had.
- Waar in Nederland de gebieden zijn bedijkt.

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 9
Doelen:
Weet je...
- Dat Nederland bestaat uit een hoog en een laag deel.
- Welke verschillen er zijn tussen Hoog en Laag Nederland.
- Welke grondsoorten er in Nederland voorkomen.
- Welke rol de heide vroeger had.
- Waar in Nederland de gebieden zijn bedijkt.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

In welk deel gingen de eerste mensen zich vestigen?
A
Hoog Nederland
B
Laag Nederland

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Zijn terpen of dijken ouder?

Slide 6 - Open vraag

Welk gebied (A of B) ligt hoger ten opzichte van de zeespiegel?
A
Gebied A
B
Gebied B

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Het antwoord vul je zo in op de volgende slide

Slide 14 - Tekstslide

Hoe kun je uit de kaart opmaken dat het om een gebied in Hoog Nederland gaat?

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Welk probleem hadden deze zandgronden echter wel?

Slide 17 - Open vraag

Huiswerk
Bekijk de video op de volgende slide (20 min) over het stuwwallengebied en het dekzandgebied. Dit zijn twee gebieden in Hoog Nederland.  
Maak aantekeningen in je schrift. Dit is ook het huiswerk voor de eerstvolgende les.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video