Chapitre 5 2 VWO B & C

Chapitre 5 2 VWO B & C



Paleis de Versailles
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 65 min

Onderdelen in deze les

Chapitre 5 2 VWO B & C



Paleis de Versailles

Slide 1 - Tekstslide

Dossier Santé
Chapitre 5

Slide 2 - Tekstslide

le temps, la date, l'heure
Quel temps fait-il?
Quelle est la date?
Quelle heure est-il?

Slide 3 - Tekstslide

Les objectifs
Ik kan enkele lichaamsdelen benoemen in het Frans.
Ik ken enkele werkwoorden die met bewegen te maken hebben.
Ik kan een tekst over gezondheid begrijpen.
Ik kan zeggen dat ik koorts en pijn heb. 
Ik weet wat ik moet doen voor het filmproject. 

Slide 4 - Tekstslide

Les devoirs
Faites: exercice 1 t/m 7

Slide 5 - Tekstslide

pied
gauche
tête
yeux
droite
bras
jambe
main

Slide 6 - Sleepvraag

tourner
respirer
sauter
lever
toucher
bouger
Opstaan, omhoog doen
draaien
bewegen
aanraken
springen
ademhalen 

Slide 7 - Sleepvraag

Au travail!
écouter exercice 9b
écouter exercice 12a

9 à 12





Slide 8 - Tekstslide

A
A1: Ça va?

A2: Qu'est-ce que tu as?


A3: Tu vas voir le docteur?

A4: repose-toi bien!


B
B1: Non, je pense que je suis malade
B2: J'ai 39/40 de fièvre et j'ai mal (verzin zelf waar je pijn hebt)
B3: Non, je reste au lit. Oui, j'ai rendez-vous à ... heures.
B4: Merci
timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

voorzetsels
à + le --> au                          J'ai mal au bras (le bras)
à + la --> à la                        J'ai mal à la jambe (la jambe)
à + l' --> à l'                           J'ai mal à l'oreille (l'oreille)
à + les --> aux                     J'ai mal aux genoux (les genoux)

Slide 10 - Tekstslide

Mini Taalplaza
Filmproject

Slide 11 - Tekstslide

Tu es en bonne santé?
Je suis en mauvaise santé - Je suis en bonne santé
0100

Slide 12 - Poll

Est-ce que tu manges bien?

Non, je mange beaucoup de bonbons et de sucre.
Oui, je mange beaucoup de légumes et de fruits. 
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Tu fais du sport? Tu t’entraînes souvent?
Non, je ne fais pas de sport.
Ça va. Je m'entraîne une fois par semaine.
Oui. Je m'entraîne deux ou trois fois par semaine
Pour sûr! Je m’entraîne presque tous les jours!
C'est quoi le sport?

Slide 14 - Poll

Slide 15 - Tekstslide

Qu'est-ce que tu fais comme sport?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Tout compris?
Ik kan enkele lichaamsdelen benoemen in het Frans.
Ik ken enkele werkwoorden die met bewegen te maken hebben.
Ik kan een tekst over gezondheid begrijpen.
Ik weet wat ik moet doen voor het filmproject. 

Slide 19 - Tekstslide

Les devoirs
Faites: exercice 9 t/m 12 Chapitre 5
Apprenez: vocabulaire B 

Slide 20 - Tekstslide