4.2 Zenuwcellen

Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Laptop pakken en opstarten
Binas pakken

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Laptop pakken en opstarten
Binas pakken

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan
  • uitleggen wat zenuwcellen zijn en wat hun functie is
  • uitleggen wat steuncellen zijn en wat hun functie is
  • uitleggen wat de vorm te maken heeft met de functie

Slide 2 - Tekstslide

Anatomie
Centraal:
Ruggemerg en Hersenen
schakelcellen

Perifeer:
sensorische en motorische neuronen.


Slide 3 - Tekstslide

een zenuwcel/ neuron
  • cellichaam met kern
  • dendrieten - impuls naar cellichaam toe
  • axon met eindboompje - impuls van cellichaam af
  • myeline schede (cellen van Schwann die zich om de uitloper wikkelen) - elektrische isolatie
  • sprongsgewijze geleiding

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

De myelineschede bij een neuron wordt gevormd door cellen van Schwann. Over de functie van deze cellen van Schwann worden twee beweringen gedaan.
1. Door de aanwezigheid van cellen van Schwann verplaatsen de impulsen zich sneller over de zenuwceluitloper dan zonder aanwezigheid van deze cellen.
2. Via cellen van Schwann kunnen impulsen worden overgedragen op andere zenuwcellen.

Welke van deze beweringen is of welke zijn juist?
A
1
B
2
C
beide juist
D
beide onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Uit welke soort cellen bestaan je hersenen voornamelijk?
A
Sensorische zenuwcellen
B
Motorische zenuwcellen
C
Schakelcellen

Slide 10 - Quizvraag

Welke deel van een neuron geleidt impulsen van het cellichaam af?
A
het celmembraan
B
meylineschede
C
axon
D
dendriet

Slide 11 - Quizvraag


A
Dit is een motorische zenuwcel; impulsen lopen van 4 naar 5
B
Dit is een motorische zenuwcel; impulsen lopen van 5 naar 4
C
Dit is een sensorische zenuwcel; impulsen lopen van 4 naar 5
D
Dit is een sensorische zenuwcel; impulsen lopen van 5 naar 4

Slide 12 - Quizvraag


Slide 13 - Open vraag

Steuncellen
zenuwweefsel bestaat uit +/- evenveel zenuwcellen als steuncellen
- zenuwcellen ontvangen, geleiden en geven impulsen door
- steuncellen vervoeren geen impulsen maar hun taak is onderhoud en bescherming

  • astrocyten (onderhoud binnen CZS)
  • micro glyocyten (bescherming binnen CZS)
  • cellen van schwann (impulsgeleiding bij perifeer ZS bij één neuron)
  • oligodendrocyten (impulsgeleiding binnen CZS bij +- 50 neuronen)

Slide 14 - Tekstslide

micro glyocyt
astrocyt
neuron
oligodendrocyt

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen cellen van Schwann en oligodendrocyten?

Slide 16 - Open vraag

Geef antwoord op deze vraag in de volgende slide

Slide 17 - Tekstslide

Welke cellen vertonen deze verstoorde werking?
A
motorische neuronen
B
schakelneuronen
C
sensorische neuronen

Slide 18 - Quizvraag

Je stapt onder de douche. Je voelt dat het water nog heel koud is en springt gelijk weer uit de douche.

Benoem de stappen die plaatsvinden in je lichaam vanaf het moment dat je het water voelt tot aan het moment dat je wegspringt. Gebruik de termen prikkel, receptor, impuls, sensorische zenuwcel en motorische zenuwcel

Slide 19 - Open vraag

Rond 300 voor Christus bestond in Alexandrië een plaats aan de Middellandse Zee, een bloeiend wetenschappelijk centrum. Bekende geleerden uit deze zogenaamde Alexandrijnse school zijn Herophilus en Erasistratus. Zij bestudeerden onder andere de bouw en werking van het menselijk lichaam.
Herophilus onderzocht hersenen en zenuwen. Hij zag dat sommige beschadigingen van zenuwen leidden tot verlamming, andere tot gevoelloosheid. Tegenwoordig maken we onderscheid tussen sensorische en motorische zenuwcellen en schakelcellen.
Welke van deze typen zenuwcellen komen voor in de zenuwen die Herophilus heeft gezien?
A
alleen motorische zenuwcellen en schakelcellen
B
alleen motorische zenuwcellen en sensorische zenuwcellen
C
alleen schakelcellen en sensorische zenuwcellen
D
motorische zenuwcellen, schakelcellen en sensorische zenuwcellen

Slide 20 - Quizvraag

Een impuls wordt overgedragen van cel op cel. Welke cellen kunnen dit zijn?

I - motorische zenuwcel op spiercel
II - schakelcel op schakelcel
III - motorische zenuwcel op schakelcel
IV - schakelcel op sensorische zenuwcel
A
I en II
B
II en III
C
III en IV
D
I en IV

Slide 21 - Quizvraag

Aan het werk
- Neem de tabel over en vul deze verder in
- Gebruik hiervoor deze Lesson Up + de theorie van 4.2 van 10vb







Eerder klaar? Maak de opdrachten van 4.2 (behalve opdracht 1)
timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide