Examentraining basis start vwo
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
In welk celorganel wordt ATP gemaakt?
A
Golgi-apparaat
B
Mitochrondrie
C
Ribosoom
D
Lysosoom
Slide 3 - Quizvraag
In welk celorganel worden eiwitten gemaakt?
A
Golgi-apparaat
B
Mitochondrie
C
Ribosoom
D
Lysosoom
Slide 4 - Quizvraag
In welk celorganel vindt transcriptie plaats?
A
Golgi-apparaat
B
Mitochondrie
C
Ribosoom
D
Lysosoom
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Welke groep heeft geen celwand?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Dieren
D
Planten
Slide 7 - Quizvraag
Welke groep heeft een kern (eukaryoot)?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Dieren
D
Planten
Slide 8 - Quizvraag
Welke groep heeft ribosomen?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Dieren
D
Planten
Slide 9 - Quizvraag
Bij welke groep wordt mRNA niet gespliced?
A
Bacteriën
B
Schimmels
C
Dieren
D
Planten
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
De verplaatsing van opgeloste stof van een plaats met een hoge concentratie opgeloste stof naar een plaats met een lage concentratie opgeloste stof.
A
Diffusie
B
Osmose
C
Actief transport
D
Iets anders
Slide 12 - Quizvraag
De verplaatsing van een gas van een plaats waar dit gas in hoge mate aanwezig is naar een plaats waar dit gas niet aanwezig is
A
Diffusie
B
Osmose
C
Actief transport
D
Iets ander
Slide 13 - Quizvraag
Plantencellen staan rechtop door turgor. Turgor ontstaat doordat de vloeistof in de celwand … is ten opzichte van het cytoplasma.
A
Hypertoon
B
Hypotoon
C
Isotoon
Slide 14 - Quizvraag
Delila doet zout op een slak. Het zout lost op in het vocht op de huid van de slak. De zoute oplossing die ontstaat is …. en zuigt de slak leeg zodat hij verschrompelt.
A
Hypertoon
B
Hypotoon
C
Isotoon
Slide 15 - Quizvraag
Een haarvat is over de hele lengte ... aan de weefselvloeistof eromheen. Omdat de bloeddruk in het begin hoog is, is de waterpotentiaal hier toch ... dan die van de weefselvloeistof.
A
hypertoon - hoger
B
hypertoon - lager
C
hypotoon - hoger
D
hypotoon - lager
