Challenge Les 5

Stroomschema's geschiedenis
Frank Gilberth introduceerde in 1921 stroomdiagram’s, die in het begin “proces stroomdiagram” werden genoemd. Allan H. Mogensen wordt gecrediteerd met het trainen van zakenmensen in het gebruik van stroomdiagram’s

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
LogistiekMBOStudiejaar 1,3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Stroomschema's geschiedenis
Frank Gilberth introduceerde in 1921 stroomdiagram’s, die in het begin “proces stroomdiagram” werden genoemd. Allan H. Mogensen wordt gecrediteerd met het trainen van zakenmensen in het gebruik van stroomdiagram’s

Slide 1 - Tekstslide

Stroomschema's geschiedenis
Frank Gilberth was een aanhanger van Taylor / Taylorisme

* Taylorisme = een stroming binnen de managementtheorie die het aansturen van bedrijfsprocessen rond de werkvloer op een wetenschappelijke wijze vorm wilde geven
* Taylor wilde door nauwkeurige arbeidsstudies prestatieverbeteringen bereiken. 

Waarom deze foto? 
Waarom geven we deze les bij het maken van stroomschema's?

Slide 2 - Tekstslide

Stroomschema's geschiedenis
* Hij streefde ernaar objectieve productienormen vast te stellen, aan de hand waarvan men prestaties kon beoordelen. 

* Hij zag loon als belangrijkste motiverende factor.

Slide 3 - Tekstslide

Stroomschema's geschiedenis
* Aanhangers van deze stroming menen dat arbeid puur analytisch benaderd zou moeten worden. 

* Beslissingen zouden niet meer op basis van vuistregels of traditie genomen moeten worden, maar uitsluitend op rationele gronden. 

* Centraal staat hierbij het meten van prestaties. 

Slide 4 - Tekstslide

Stroomschema's geschiedenis
* In de pure vorm heeft wetenschappelijke bedrijfsvoering in de praktijk inmiddels aan belang ingeboet. 

* Desalniettemin worden veel inzichten die binnen de wetenschappelijke bedrijfsvoeringstroming tot ontwikkeling kwamen ook tegenwoordig nog gebruikt.

Waarom deze foto?

Slide 5 - Tekstslide

Betekenis symbolen

Slide 6 - Tekstslide

Betekenis symbolen
Meest voorkomende symbolen



Rechthoek = proces/taak/operatie = vaak een werkwoord (orderpicken of verzenden, verzendgereed maken)

Ruit = beslissing =  een antwoord is hier ja of nee
Pijl
Geeft aan welke richting de "flow" opgaat

Slide 7 - Tekstslide

Luister en beantwoord daarna de vragen

Slide 8 - Tekstslide

Welke symbolen zijn er en wat betekenen ze?

Slide 9 - Open vraag

Wat werd er bedoeld met "swimlane"?

Slide 10 - Open vraag

Macro-niveau / managementniveau
Hoe gedetailleerder je een proces gaat "mappen" dan ga je van een macro-niveau naar een micro-niveau. Macro-niveau wordt ook wel managementniveau genoemd

Slide 11 - Tekstslide

Herzie jouw flowchart per groepje
Ga naar aanleiding van deze les aan de slag met de flowchart die je vorige week hebt opgesteld.

Pas deze aan, bespreek per groep wat je kan aanpassen en eventueel kan weglaten als je dit op macro-niveau doet. 

Maak daarnaast een 2e flowchart van een ander bedrijf.

Slide 12 - Tekstslide