§7 Persoonsvorm-TT

Bon dia! 


We beginnen met een Blooket over hoofdletters en leestekens! 

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?

Na deze les weet je hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd kunt spellen en kun je de pv-tt correct spellen als je/jij achter de pv staat



1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Bon dia! 


We beginnen met een Blooket over hoofdletters en leestekens! 

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?

Na deze les weet je hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd kunt spellen en kun je de pv-tt correct spellen als je/jij achter de pv staat



Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

§7 Persoonsvorm-TT
Een werkwoord heeft verschillende vormen. Een daarvan is de persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)
Bij de spelling van de persoonsvorm tegenwoordige tijd ga je uit van de ik-vorm.






Slide 3 - Tekstslide

§7 Persoonsvorm-TT
Je vindt de ik-vorm door van het hele werkwoord de laatste twee letters (en) weg te laten. Bijvoorbeeld: fietsen → fiets; gooien → gooi.

Soms moet je een letter toevoegen of weglaten:
– laden → laad; boffen → bof.
Bovendien verandert er soms een v in een f of een z in een s:
– beloven → beloof; reizen → reis.

Slide 4 - Tekstslide

§7 Persoonsvorm-TT
Zo schrijf je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd

Staat er ik voor of achter de persoonsvorm? Schrijf de ik-vorm:
– ik laad, laad ik; ik bof, bof ik.
Staat er jij achter de persoonsvorm of je waarvan je jij kunt maken? Schrijf de ik-vorm:
laad jij/je; bof jij/je. Maar: Laadt je (jouw) vader de aanhangwagen?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Vul van de werkwoorden de ik-vorm in de tegenwoordige tijd in.
1 bakken=
2 bereiden=
3 blazen=
4 durven=
5 duwen= 
ik-vorm=
bak
bereid
blaas
durf
duw

Slide 12 - Tekstslide


Zie achterin je boek Handig (met de groene rand) het schema op 
blz. 278

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?


Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag

Maken: blz 238-239 opdrachten 1,2,3,4

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

§7 Persoonsvorm-TT

Slide 18 - Tekstslide

§7 Persoonsvorm-TT

Slide 19 - Tekstslide