KT2 les 3 DA2 verbandmateriaal hechten en verdoven

KT2 les 3 DA2 verbandmateriaal hechten en verdoven
KT2
DA2
Les 3
2024-2025
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

KT2 les 3 DA2 verbandmateriaal hechten en verdoven
KT2
DA2
Les 3
2024-2025

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programma
Welkom + Osiris
Vragen n.a.v. vorige les
Materialen verbandleer
Verdoven
Hechten
Afsluiten + huiswerk 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materialen verbandleer
Wanneer gebruik je wat?
Vervolg in les 5
Voor nu:

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materiaal voor wondverzorging 
Wondbedekkers
Materiaal om te verbinden en te fixeren 
Opdracht IBO --> vragen materiaal? mailen ibosma@deltion.nl

Slide 4 - Tekstslide

Wondbedekkers, verbind en fixatiemateriaal wordt middels opdracht in IBO ingezet. Bij vragen/onduidelijkheden van deze opdracht kan de student zijn/haar vraag mailen naar de theorie docent. 
Verdoven 
Plaatselijke verdoving
Aisthesis = gevoel
Anaesthesie:
- Algeheel (narcose)
- Lokaal (plaatselijk: oppervlakte: bevriezing, spray,druppels, tampon, injectie, zalf
- Wanneer verdoof je?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verdoven
Fieldblock
Oberst anesthesie
Zoek op in je boek (medilect)

Wat is het? wat zijn de verschillen?

Slide 7 - Tekstslide

1. Veldblokkade (infiltratie anaesthesie) : Langs wondrand, spuitend terugtrekken.
2. Oberst-anaesthesie: wortel van vinger of teen aangeprikt (+pijnlijk) elastiek of bandje om toevoer tijdelijk te stoppen.

Oppervlakte Anesthesie

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lokale anesthesie per injectie
Veldblokkade (fieldblock) = infiltratie-anesthesie – onderhuidsbindweefsel wordt geïnfiltreerd met lidocaïne
  • weinig prikplaatsen nodig
  •  veel toegepast
  •  mogelijk bij de meeste huidoppervlakken

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oberst anesthesie
  • toegepast bij vingers/tenen
  • aan de basis van de vinger of teen
  • rubber bandje tegen bloedtoevoer

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lidocaïne met of zonder adrenaline
  • Lidocaïne 1% of 2% met adrenaline (epinefrine) --> verkramping bloedvaten waardoor het minder bloedt. MAAR dit mag niet bij: gebieden met enkel toevoerende bloedvaten zoals vingers, tenen, penis, neuspunt, oorlel, tepel -->  doorbloeding kan in gevaar komen!
  • Inwerktijd is 5 minuten, werkt circa 2 uur
  • Andere contra-indicaties zijn: hartproblemen (tachycardie, hypertensie) en schildklier die te snel werkt. 
 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lidocaïne met of zonder adrenaline (2)
Lidocaïne zonder adrenaline
  • Inwerktijd is 5 minuten, werkingsduur 1 uur.
  • Moet op kamertemperatuur zijn
  • Arts bepaalt de dosering en samenstelling van verdovingsvloeistof



Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hechten 
Niet altijd verdoven

Opdracht in duo's:
Wat zijn de manieren van de verschillende vormen van hechten?

Slide 19 - Tekstslide

wondlijm
hechtstrips
hechtdraad
staplers/nietjes
HAT

Hechten van een wond antwoorden
Wat zijn de 3 manieren om een wond te sluiten?
Wondlijm – steristrips – hechten. Wat zijn voor de voor- en nadelen?
(HAT = hair apposition techniek) of met kleine klemmetjes of knopen.

Staplers: laten zien
Hechtdraad: atraumatisch hechtmateriaal: draad is glad en verkleefd met naald.
Dun is 6-0, dik is 2-0 Gezicht 5, schouderbladen 3-0 etc.
Dunne draad altijd beter?
Hechten: staat goed beschreven in boek.> volgorde!
Afdekken met indifferent gaas (onbehandeld) of folie, of hydrocolloïd, afhankelijk van het exsudaat.
Verbandwissel:
Steristrips: 5 – 10 dagen
Douchen na 24 uur
Opdracht voor vandaag in het document:
1. Welke methoden om te hechten zijn er?
2. Beschrijf in je eigen woorden wat deze methoden inhouden en hoe ze worden toegepast.
Hechtdraad: atraumatisch hechtmateriaal: draad is glad en verkleefd met naald.
Dun is 6-0, dik is 2-0 Gezicht 5, schouderbladen 3-0 etc.
Dunne draad altijd beter?
Hechten: staat goed beschreven in boek.> volgorde!
Afdekken met indifferent gaas (onbehandeld) of folie, of hydrocolloïd, afhankelijk van het exsudaat.
Verbandwissel:
Steristrips: 5 – 10 dagen
Douchen na 24 uur

Opdracht wondsluiting
Maak overzicht van de verschillende vormen van wondsluiten. Vermeld hierbij wat het inhoudt en hoe lang het ongeveer duurt voor de wond weer gesloten is. Gebruik hierbij je MTH boek
  • Wondlijm
  • Hechtstrips (steristrips)
  • HAT Hair apposition technique
  • Hechtdraad
  • Staplers / nietjes

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wondsluiting
  • Wondlijm: geen spanning, weinig bloeden vaak in combi met hechtstrips, snel, geen verdoving, goede uitleg, hechtstrips, overtollig verwijderen binnen 15 sec, vaak na 60 sec. los laten
  • Hechtstrips (steristrips): niet teveel spanning, huid moet droog, schoon vetvrij zijn, vaak in combi met lijm
  • HAT Hair apposition technique: wondranden worden naar elkaar toegetrokken door 5 haren en deze ronddraaien (zie figuur 6.4) daarop druppel lijm


Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wondsluiting (2)
  • Hechtdraad: verdoving ja/nee, wel/niet oplosbaar, dun= 6-0, dik = 2-0. Zie MTH boek H 6.2.6
  • Staplers / nietjes: duur en vaak in 2e lijn

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht Friedreichse periode
Zoek uit wat de Friedreichseperiode inhoudt. Waarom is dit zo belangrijk?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Friedreichse periode
  • Hoe eerder hoe beter, het liefst binnen 12 uur
  • Sluit traumatische wonden bij voorkeur binnen 12 uur, mits een zorgvuldig wondtoilet is verricht en er geen verwijsindicatie bestaat. De strikte termijn van 6 uur is losgelaten, aangezien de duur van de wond niet lijkt samen te hangen met een verhoogd infectierisico. 
  • Sluit bijtwonden niet, tenzij het risico op infectie laag wordt ingeschat, het cosmetisch van belang is, de wond binnen 8 uur kan worden gesloten en er geen verwijsindicatie bestaat. Overweeg in dat geval sluiting na het verrichten van een zorgvuldig wondtoilet. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Richtlijn NHG
https://richtlijnen.nhg.org/behandelrichtlijnen/traumatische-wonden-en-bijtwonden#volledige-tekst

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiten + huiswerk
  • Vragen?
  • Opdrachten inleveren 
  • Lezen Hoofdstuk 6.1 (Wondzorg algemeen) 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies