Bekijk de zin: Deze rugzak vind ik veel handiger dan dat koffertje.
In deze zin zijn Deze en dat aanwijzende voornaamwoorden.
Slide 9 - Tekstslide
Aanwijzend voornaamwoord
Een aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw) wijst meestal een mens, een dier of een ding aan: deze jongen, dat varken, die jurk. Dit zijn de aanwijzende voornaamwoorden:
Een aanwijzend voornaamwoord kan voor een zelfstandig naamwoord staan, maar het kan ook alleen staan. In dat geval kun je het zelfstandig naamwoord er soms achter denken:
Joran kreeg een horloge voor zijn verjaardag en hij vond dat (horloge) het mooiste cadeau.
Slide 11 - Tekstslide
Aanwijzend voornaamwoord
Een aanwijzend voornaamwoord kan ook terugwijzen naar een hele zin:
Mijn broer draait altijd keiharde muziek op zijn kamer. Ik vind dat (mijn broer altijd keiharde muziek op zijn kamer draait) erg storend.
Slide 12 - Tekstslide
Vragend voornaamwoord
In deze zinnen zijn Welke en Wat vragende voornaamwoorden. Er zijn er vier: wie, wat, welk(e), wat voor (een). Een vragend voornaamwoord (vr.vnw) staat aan het begin van een vraag of aan het begin van een zin die gemaakt is van een vraag.
Slide 13 - Tekstslide
Vragend voornaamwoord
Wie gaat er mee naar de film? Boy vraagt aan zijn vrienden wie er meegaat naar de film.
Wat heb je vandaag gedaan? Rex informeert bij Roos wat zij vandaag gedaan heeft.
Slide 14 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 15 - Link
Toets werkwoordspelling (c7) en grammatica (c5)
*Op donderdag 23 november 2023 toets.
*Wat moet je kennen en kunnen voor de toets?
Je leert de theorie (groene gedeelte boek/ oogje online) en je kunt oefenen.
Slide 16 - Tekstslide
Toets 23.11.2023
Spelling werkwoorden (cursus 7) bk +kgt:
$9 herhaling lj 1
$10 Voltooid deelwoord, bk: blz. 230
$11 Werkwoordalarm, bk: blz. 232
Slide 17 - Tekstslide
Toets 23.11.2023
Spelling werkwoorden (cursus 7) th:
$9 herhaling lj 1
$10 Engelse werkwoorden, blz. 230
$11 Voltooid deelwoord, blz. 242
$11 Werkwoordalarm, blz. 244
$12 Persoonsvorm in samengestelde zinnen, blz. 246