21-22 / H8

Goederenstroom en voorraadbeheer
Klas 1hvsb
Schooljaar 2021-2022
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goederenstroom en voorraadbeheer
Klas 1hvsb
Schooljaar 2021-2022
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen H8 / we gaan van dit hoofdstuk in deze les voornamelijk de bijbehorende examentermen behandelen:

  • Je moet weten wat optimale bestelgrootte
      is
  • Je moet de knelpunten van voorraad-
      beheer
    kennen




Slide 4 - Tekstslide

8.1 Informatiesystemen
  • Klanten en ondernemers kunnen overal gegevens vandaan halen
  • Klanten vooral via internet
  • Ondernemers gebruiken daarvoor, naast internet, hun informatiesysteem

Slide 5 - Tekstslide

Behoefte aan informatie
  • Als ondernemer wil je graag diverse informatie weten zoals:
                - Welke artikelen zijn er op voorraad?
                - Is er niet te veel derving?
                - Welke klantwensen zijn er?
  • Daarvoor maak je gebruik van informatiesystemen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Online informatie
  • De clicks van bezoekers in de webwinkel leveren
      veel informatie op.
  • Kijkt een klant alleen naar de informatie, recensies en
      prijzen van producten of bestelt hij ook daadwerkelijk?

  • Er kan veel informatie uit de clicks van mogelijke klanten
      worden gehaald, maar in dit vak gaat het vooral om de
      gevolgen van de voorraad. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Optimale bestelgrootte (par. 8.2)
  • Als winkelier heb je te maken met voorraadkosten en met bestelkosten
  • Voorraadkosten: je maakt kosten om je voorraad aan te houden (rente, ruimte, risico)
  • Bestelkosten: je maakt kosten om je voorraad te bestellen
  • Deze kosten samen noem je de totale kosten

Slide 10 - Tekstslide

Optimale bestelgrootte
De hoeveelheid artikelen die je per keer bestelt waarbij de optelsom van de voorraadkosten en de bestelkosten zo laag mogelijk is

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Berekenen optimale bestelgrootte - geen examenstof
  • In par. 8.2 staat de formule van Camp uitgelegd
  • Met deze formule kun je de optimale bestelgrootte berekenen
  • Jullie hoeven deze formule echter niet te kennen voor jullie examen!

Slide 13 - Tekstslide

Voor de optimale bestelgrootte kijk je naar twee soorten kosten? Welke kosten zijn dat?

Slide 14 - Open vraag

Uitwerking vraag
De voorraadkosten en de bestelkosten.
Die moeten bij elkaar opgeteld zo laag mogelijk zijn.
En bij welke hoeveelheid producten bestellen is dat?

Slide 15 - Tekstslide

Geautomatiseerde voorraadadministratie (par. 8.3)

Slide 16 - Tekstslide

Winkels houden hun voorraadadministratie
  bij met geautomatiseerde systemen
  (bijvoorbeeld scankassa's)
Bij- en afboeken gebeurt digitaal (bijv. digitale pakbonnen waarbij de voorraad na het scannen direct wordt bijgeboekt)

Slide 17 - Tekstslide

Waarom goed voorraadbeheer?
  • Je kunt dan aan de vraag van de klant voldoen, geen nee-verkoop
  • Je hebt goederen dan niet te lang op voorraad (kunnen dan bijv. niet bederven of raken niet uit de mode)
  • Je hebt niet te veel goederen op voorraad (waardoor een deel misschien niet wordt verkocht)
  • Artikel in de aanbieding --> genoeg extra voorraad om aan extra vraag te voldoen

Slide 18 - Tekstslide

Belangrijkste punten bij voorraadbeheer
  • Bij voorraadbeheer moet je rekening houden met een aantal belangrijke punten
  • Een overzicht van deze punten zien we op de volgende dia en we gaan daarna dieper in op
      elk punt

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Welke gegevens zijn belangrijk bij het bepalen van de juiste bestelprocedure?
A
bestelfrequentie van een artikel
B
bestelgrootte van een artikel
C
omzetsnelheid en levertijd van een artikel
D
hoeveel winst je maakt op een artikel

Slide 21 - Quizvraag

Grootte van de voorraad
Bij het bestellen moet je rekening houden met:
  • Maximale voorraad: bijv. afhankelijk van schapruimte
  • Minimale voorraad: geen nee-verkoop
  • Levertijd van een artikel
  • Rekening houden met onverwachte pieken in de vraag naar een artikel

Slide 22 - Tekstslide

Wat is het verband tussen leveringsfrequentie en voorraad?
A
Hoe lager de leveringsfrequentie hoe lager de voorraad
B
Hoe hoger de leveringsfrequentie hoe hoger de voorraad
C
Hoe lager de leveringsfrequentie hoe hoger de voorraad en andersom

Slide 23 - Quizvraag

Bij welk soort artikelen zal de leveringsfrequentie hoog zijn?

Slide 24 - Open vraag

Antwoord
Hoge leveringsfrequentie bij dagverse artikelen

Slide 25 - Tekstslide

Hoe noem je de voorraad die je aanhoudt om een onverwachte piek in de vraag naar het artikel op te vangen?
A
maximale voorraad
B
veiligheidsvoorraad
C
minimale voorraad
D
extra voorraad

Slide 26 - Quizvraag

Bestel- en voorraadkosten
Factoren die van invloed zijn op de bestelfrequentie (hoe vaak je bestelt):
  • leveringsfrequentie (hoe vaak kan er geleverd worden)
     - in bijv. supermarkten wordt een aantal keren per week geleverd
     - in andere branches bijv. maar één keer per week of nog minder vaak
  • omzetsnelheid (hoe vaak wordt de gemiddelde voorraad per periode verkocht)
  • kosten van de opslag (voorraadkosten)
  • bestelkosten

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag
  • Maken uit je boek de opdrachten van H8
  • Klaar met H8? Dan kun je nog aan de slag met de andere opdrachten  uit
      het boek die je nog niet hebt gemaakt

Slide 28 - Tekstslide