H5 en H6 Werken voor de overheid en Geld voor de overheid

H5 en H6 Werken voor de overheid en Geld voor de overheid
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

H5 en H6 Werken voor de overheid en Geld voor de overheid

Slide 1 - Tekstslide

Wat is GEEN collectieve voorziening?
A
Wegen
B
Musea
C
Bioscoop
D
Speeltuintje

Slide 2 - Quizvraag

Wie zorgt er voor: het bevaarbaar houden van grote rivieren
A
Het Rijk
B
De Provincie
C
De Gemeente

Slide 3 - Quizvraag

Wie zorgt er voor: de weg van Roosendaal naar Bergen op Zoom
A
Het Rijk
B
De Provincie
C
De Gemeente

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de particulieren sector?
A
Sector gericht op particulieren
B
Sector gericht op de overheid
C
Sector betaald door de overheid
D
Sector die winst moet maken

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de rijksbegroting
A
Uitgaven voor het komende jaar
B
Inkomen en uitgaven voor het komende jaar
C
Uitgaven van het afgelopen jaar
D
Inkomen en uitgaven van het afgelopen jaar

Slide 6 - Quizvraag

Miljoenennota is ...
A
een ander woord voor de rijksbegroting
B
een ander woord voor de troonreden
C
een samenvatting van de rijksbegroting
D
een overzicht van alle staatsschulden

Slide 7 - Quizvraag

Vanaf welke leeftijd heb je recht op een bijstandsuitkering
A
16 jaar
B
18 jaar
C
21 jaar
D
23 jaar

Slide 8 - Quizvraag

Inactieven zijn mensen die geen werk hebben.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Loonheffing bestaat uit loonbelasting en premies werknemersverzekeringen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Consumentenprijs is een ander woord voor verkoopprijs excl. btw
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer is rijden op diesel voordeliger?
A
Als je veel km rijdt
B
Als je erg hard rijdt
C
Als je weinig rijdt
D
Als je een oude auto hebt

Slide 12 - Quizvraag

Welk van de volgende onderdelen is een inkomstenbron voor de gemeente
A
Motorrijtuigenbelasting
B
Loonbelasting
C
Onroerendzaakbelasting
D
Hondenbelasting

Slide 13 - Quizvraag

Bij de inkomstenbelasting is het volgende beginsel van toepassing
A
Gelijkheidbeginsel
B
Profijtbeginsel
C
Draagkrachtbeginsel
D
Continuiteitsbeginsel

Slide 14 - Quizvraag

Wanneer er tol wordt geheven bij een tunnel is het volgende beginsel van toepassing
A
Gelijkheidbeginsel
B
Profijtbeginsel
C
Draagkrachtbeginsel
D
Continuiteitsbeginsel

Slide 15 - Quizvraag

Welk salaris spreek je met je baas af?
A
Brutoloon
B
Nettoloon
C
Loonbelasting

Slide 16 - Quizvraag

Welke heffingskorting heeft iedereen?
A
Algemene heffingskorting
B
Arbeidskorting
C
Inkomensafhankelijke combinatiekorting
D
Ouderenkorting

Slide 17 - Quizvraag

Inkomensafhankelijke combinatiekorting krijg je wanneer je in loondienst bent
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Het geld wat de gemeente krijgt van het Rijk noemen we gemeentefonds
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Accijnzen zijn een percentage van de verkoopprijs?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Als je na de WW uitkering nog geen werk hebt dan heb je recht op ....
A
AOW
B
WIA
C
Bijstandsuitkering
D
ANW

Slide 21 - Quizvraag