H4 - thema 6 - gedrag BS4 - les 2

Thema 6 Waarneming 
en gedrag

BS4 Vorming van gedrag
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Thema 6 Waarneming 
en gedrag

BS4 Vorming van gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen BS4
Na deze BS kun je:
  • toelichten dat gedrag deels erfelijk is bepaald. 
  • beschrijven dat er een dynamische relatie is tussen een organisme en zijn omgeving. 

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen van BS4
erfelijke eigenschappen = aangeboren
aangeleerde eigenschappen = ervaring
motivatie = drang
periodieke invloeden -> vb. hormoonschommelingen
voortplantingsprikkel
biologische klok
sleutelprikkel
supernormale prikkel

Slide 3 - Tekstslide

gedrag
wordt beïnvloed door: 
erfelijke (aangeboren) eigenschappen 
aangeleerde (ervaring) eigenschappen

Slide 4 - Tekstslide

vorming van gedrag
prikkels zijn de waarnemingen

Slide 5 - Tekstslide

vorming van gedrag
motivatie is de drang een bepaald gedragsysteem uit te voeren: 
honger - voeding
veiligheid - vluchten

Slide 6 - Tekstslide

vorming van gedrag
anatomie / fysieke toestand: 
  • lichaamstemperatuur
  • vochtbalans 
  • pH / zuurgraad van je bloed
  • hoeveelheid zuurstof in je bloed

Slide 7 - Tekstslide

vorming van gedrag
erfelijk:
  • baby zuigreflex: drinken
  • vogel: happen naar moeder
  • gapen, 
  • huilen
  • lachen

Slide 8 - Tekstslide

vorming van gedrag
aangeleerd
  • hond die netjes aan de riem blijft lopen
  • sociaal wenselijk "dank je wel"

Slide 9 - Tekstslide

vorming van gedrag
nieuw gedrag:
  • omgeving veranderd, 
  • andere wensen
  • iemand met een maagverkleining zal zijn eetgedrag moeten aanpassen

Slide 10 - Tekstslide

vorming van gedrag
gedragsysteem:
  • handelingen met gemeenschappelijk doel (kan uit meerdere subsystemen bestaan
  • - vb balts

Slide 11 - Tekstslide

vorming van gedrag
effect 
= uiting van het gedrag

terugkoppeling:
  • nieuwe waarnemingen als reactie op het gedrag

Slide 12 - Tekstslide

Voedingsgedrag
voedingsgedrag wordt bepaald door:
  • gevoel van honger
  • glucose niveau in je bloed
  • zin in iets lekkers

Slide 13 - Tekstslide

voedingsgedrag
smakelijk?? 
wanneer zou je het toch eten?? 

Slide 14 - Tekstslide

periodieke invloeden
prikkels die regelmatig terugkomen met verschillende prikkelsterktes in het interne of externe milieu

vb. dag/nacht ritme, hormonen

Slide 15 - Tekstslide

dag en nacht ritme
kleine kinderen - puberteit - adolescenten - senior

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

sleutelprikkel
supernormale prikkel

Slide 18 - Tekstslide

Sleutelprikkel
Sleutelprikkel: prikkel die altijd hetzelfde gedrag tot gevolg heeft

De respons op  een sleutelprikkel is aangeboren


Slide 19 - Tekstslide

Supranormale prikkels
Supranormale prikkels: versterkte sleutelprikkel 
Leidt tot een sterkere respons

Overdreven eigenschappen = gebruik maken van supranormale prikkels

Slide 20 - Tekstslide

Supranormale prikkels
Supranormale prikkels: versterkte sleutelprikkel 
Leidt tot een sterkere respons

Overdreven eigenschappen = gebruik maken van supranormale prikkels

Slide 21 - Tekstslide

filmpje sleutelprikkels
supernormale prikkels

bekijk:
wat valt je op? 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

een sleutel prikkel... 1
een supernormale prikkel ... 2
A
1. leidt tot altijd tot dezelfde reactie 2.geeft een versterkte reactie
B
1. geeft een versterkte reactie 2. leidt tot altijd tot dezelfde reactie

Slide 26 - Quizvraag

adaptatie
gewenning 
waardoor de reactie van een prikkel afneemt

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

sleutelprikkels bij mensen
ook wij worden beïnvloed door kleuren, geuren en vormen

Slide 29 - Tekstslide

sleutelprikkels bij mensen
ook wij worden beïnvloed door kleuren, geuren en vormen

Slide 30 - Tekstslide

hoe worden we beïnvloed door reclame makers: 


Waar spelen ze op in??

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Wat is een prikkel?
A
Een signaal dat een zenuwcel doorgeeft
B
Een invloed uit het milieu waar een organisme op reageert
C
Een ander woord voor een impuls
D
Externe signalen zoals licht en geluid

Slide 33 - Quizvraag

Adaptatie is het aanpassen van de prikkeldrempel aan een aanhoudende prikkelsterkte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 34 - Quizvraag

Wat bedoelen we in de biologie met gedrag?
A
Alles dat een dier doet
B
Alle waarneembare activiteiten van mensen en dieren
C
Dingen die mensen en dieren doen met een specifiek doel
D
Communicatie tussen dieren en mensen

Slide 35 - Quizvraag

Is de balts van deze vlinders een voorbeeld van een gedragssysteem of gedragsketen?
A
Gedragssysteem
B
Gedragsketen
C
Beiden
D
Geen van beiden

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Video

huiswerk opdrachten: 
maak opdracht 30 t/m 37

Slide 38 - Tekstslide