Bas 3 Variatie in genotypen

bas 3
Variatie in genotypen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

bas 3
Variatie in genotypen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Even herhalen (5 min.)
Huiswerk nakijken werkboek (5 min.)
Uitleg basisstof 5.3 (10 min.)
Huiswerk maken (20 min)
Serie aflevering 3 kijken (10 minuten)

Slide 2 - Tekstslide

Hoe noemen we alle (zichtbare en onzichtbare) eigenschappen van een organisme?
A
Fenotype
B
Genotype

Slide 3 - Quizvraag

Bevatten alle lichaamscellen een celkern?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel chromosomenparen heeft een mens?

Slide 5 - Open vraag

Het genotype van iemand ontstaat
A
bij de geboorte
B
bij de bevruchting
C
tijdens het leven
D
in de eicel

Slide 6 - Quizvraag

Hoeveel chromosomen hebben wij?
A
22
B
23
C
44
D
46

Slide 7 - Quizvraag

Hoe veel chromosomen heb jij van de vader gekregen?
A
1
B
2
C
23
D
46

Slide 8 - Quizvraag

In tekening 1 van afbeelding 1 is een jong van een Maleise tapir getekend. In tekening 2 is hetzelfde dier twee jaar later getekend.

Het jonge dier heeft hetzelfde fenotype als het volwassen dier.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quizvraag

In tekening 1 van afbeelding 1 is een jong van een Maleise tapir getekend. In tekening 2 is hetzelfde dier twee jaar later getekend.

Het jonge dier heeft hetzelfde genotype als het volwassen dier.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Bacteriën planten zich meestal niet geslachtelijk voort, maar door deling.
Bacteriën die uit één ouder ontstaan door deling, hebben hetzelfde genotype.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Werkboek nakijken
blz 116/ 117

Slide 12 - Tekstslide

Blz. 116, opdracht 2

Slide 13 - Tekstslide

Blz. 117, opdracht 4

Slide 14 - Tekstslide

leerdoelen
-Je kunt omschrijven hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen ontstaat. 
- Je kunt omschrijven wat een mutatie is.


Slide 15 - Tekstslide

Gelijke en 
ongelijke genen

Slide 16 - Tekstslide

Hoe ziet dat uit?

Slide 17 - Tekstslide

DNA-verwantschapstest
Hiermee kun je onderzoeken 
wie de vader of moeder is



1 gen komt van de moeder
1 gen komt van de vader

Slide 18 - Tekstslide

Geslachtelijke voortplanting  
Hierdoor hebben broers en zussen verschillende genotypen
Welk gen terechtkomt in een geslachtscel, hangt af van het toeval.
 Variatie in genotype

Slide 19 - Tekstslide

Variatie in genotype
- Daardoor ontstaat bij geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen. 

- En dus verschillen in fenotype

Slide 20 - Tekstslide

Mutatie
- Foutje/ beschadiging celdeling
- Plotselinge verandering: mutatie  (gemuteerd
 = veranderd)

Organisme waar je mutatie ziet is een mutant. 
Bv albino (geen pigment)        

Door mutatie ontstaat variatie in genotypen

Slide 21 - Tekstslide

Stoffen die een mutatie kunnen veroorzaken worden mutageen genoemd
Foutjes in de celdeling door mutagene invloeden
Door straling en
chemische stoffen

Slide 22 - Tekstslide

Kanker
Mutaties in de genen die de celdeling regelen, daardoor deelt de cel zich vaak en ontstaat er een gezwel (tumor). We spreken van kanker als de cellen zich snel delen.

Slide 23 - Tekstslide

Uitzaaiing (metastase)
Via het bloed komen kankercellen uit het gezwel op andere plaatsen in het lichaam terecht.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Aan het (huis) werk

Lees blz. 122 t/m 124
Maak basisstof 5.3 opdracht 1,2,3, 5, 9, 10

Slide 26 - Tekstslide

https://www.youtube.com/watch?v=wHILuLILLCY  

Slide 27 - Tekstslide