Quiz woorden
1 / 13
Lesduur is: 10 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wie is een modeontwerper?
A
Iemand die nieuwe mode bedenkt, zoals kleding of schoenen.
B
Iemand die kleding in een winkel verkoopt.
C
Iemand die foto's maakt van modeshows.
Slide 2 - Quizvraag
Wat is een modegril?
A
Iets dat heel even in de mode is en daarna snel verdwijnt.
B
Een winkel waar je kleding koopt.
C
Een manier om oude kleding weer hip te maken.
Slide 3 - Quizvraag
Wat betekent "innerlijk"?
A
Hoe je eruitziet aan de buitenkant.
B
Hoe je denkt en voelt aan de binnenkant.
C
De manier waarop je kleding combineert.
Slide 4 - Quizvraag
Wat betekent "uiterlijk"?
A
De buitenkant van een gebouw.
B
Hoe je eruitziet aan de buitenkant.
C
De stijl van je gedrag.
Slide 5 - Quizvraag
Wat betekent "heersen"?
A
Veel voorkomen.
B
Ziek worden.
C
Nieuwe kleding ontwerpen.
Slide 6 - Quizvraag
Wat betekent "insnoeren"?
A
Sierlijke kleding dragen.
B
Mode uit de jaren zestig dragen.
C
Strak aantrekken, zoals een korset met touwtjes.
Slide 7 - Quizvraag
Wat betekent "overstag gaan"?
A
Een korset dragen.
B
Van mening veranderen.
C
Een modegril volgen.
Slide 8 - Quizvraag
Wat betekent "de stijl"?
A
De manier waarop iemand zich gedraagt of kleedt.
B
Een kledingstuk uit de jaren zestig.
C
Het versieren van kleding met patronen.
Slide 9 - Quizvraag
Wat betekent "de jaren zestig"?
A
Kleding die bij oudere mensen past.
B
De nieuwste modetrends.
C
Kleding uit de periode tussen 1960 en 1970.
Slide 10 - Quizvraag
Wat betekent "zwierig"?
A
Strak en simpel.
B
Een stijl uit de jaren zestig.
C
Sierlijk
Slide 11 - Quizvraag
Wat betekent "bijbehorend"?
A
Iets wat erbij hoort, zoals een riem bij een broek.
B
Kleding die losjes valt.
C
Mode die vroeger in was.
Slide 12 - Quizvraag
Wat is een korset?
A
Een modern kledingstuk voor feestjes.
B
Oud, strak dameskledingstuk dat het lichaam in model houdt.
C
Een soort schoenen uit de jaren zestig.
