9.1 Koolstofkringloop en klimaat

H16 Systeem aarde en de mens
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

H16 Systeem aarde en de mens

Slide 1 - Tekstslide

Voorkennis
a. Welk proces geven de pijlen a weer?
b. Welk proces geeft pijl b weer?
c. Wat is het belang van reducenten (3) in de koolstofkringloop?
d. Welke van de genummerde organismen maakt of maken deel uit van zowel de koolstofkringloop als de stikstofkringloop?

Slide 2 - Tekstslide

16.1 Koolstofkringloop en klimaat

Slide 3 - Tekstslide

Wat doe jij om het broeikaseffect te beperken?

Slide 4 - Open vraag

Leerdoelen 9.1
Je leert wat het belang is van koolstof voor het leven, welke koolstofstromen er zijn en hoe veranderingen daarin het klimaat beïnvloeden. 

Begrippen:
Fossiele brandstoffen, sinks, kalkgesteenten, biomassa, langzame- en snelle koolstofkringloop, (versterkt) broeikaseffect, methaanbacteriën, nitraat. 

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht
In de volgende dia's wordt de koolstofkringloop opgebouwd. Geef bij de pijlen die erbij komen aan wat er gebeurt.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Koolstof voorraden (Sinks)
Fossiele brandstoffen
Permafrost gebieden
Bodem van de oceaan
Kalkgesteenten

Biomassa

Langzame koolstofkringloop


Snelle koolstofkringloop

Slide 15 - Tekstslide

CO2 en broeikaseffect
Het versneld vrijmaken van CO2 uit de langzame koolstof kringloop verhoogt het CO2 gehalte in de atmosfeer.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Broeikasgassen
  • CO2
  • Methaan
  • Ozon
  • N2O (lachgas)
  • Waterdamp
Hoe groter de hoeveelheid broeikasgassen hoe groter het broeikaseffect -> versterkt broeikaseffect.
Lees blz 13 + 14

Slide 18 - Tekstslide

Broeikasgassen
Het vermogen van de gassen om bij te dragen aan het broekaseffect wordt uitgedrukt in GWP (Global Warming Potential). 
GWP van CO2 is gesteld op 1, de GWP van methaan is 25, die van ozon is 1000, die van N2O is 265

Slide 19 - Tekstslide

Methaan en broeikaseffect
Methaan (CH4) komt vrij bij de veeteelt (koeien *), landbouw, verbranden fossiele brandstoffen, afvalstortplaatsen (anaerobe afbraak), ontdooien permafrost, moerasgas.

(*) Eén Nederlandse koe stoot gemiddeld ongeveer evenveel methaan uit als de CO2 van een gemiddelde personenauto, die 15.000 km per jaar rijdt.

Slide 20 - Tekstslide

Lachgas en broeikaseffect
Lachgas (N2O) komt vrij door bacteriewerking in de oceanen en door uitspoeling van nitraat.

Slide 21 - Tekstslide

Opdrachten
Maak 9.1

Slide 22 - Tekstslide