Begrijpelijk formuleren

Formuleren en stijl
Begrijpelijk formuleren
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Formuleren en stijl
Begrijpelijk formuleren

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je (nog) over begrijpelijk formuleren (paragraaf 11)?

Slide 2 - Woordweb

Begrijpelijk formuleren
1. Zinslengte
2. Kern bij elkaar
3. Tangconstructie
4. Lijdende vorm
5. Lastige woorden
6. Naamwoordstijl

Slide 3 - Tekstslide

Zinslengte
Met voegwoorden en bijzinnen kun je oneindig veel informatie aan elkaar rijgen.
Lange zinnen zijn niet meteen fout, maar het gevaar is dat de schrijver of de lezer ‘de weg kwijtraakt’.
Voor de meeste mensen geldt dat een zinslengte van 10 tot 15 woorden goed te volgen is.
Als een zin niet te lang is, komt je informatie duidelijker over.
Laat dus overbodige informatie weg!

Slide 4 - Tekstslide

Kern bij elkaar
De kern van een zin wordt gevormd door het onderwerp en het gezegde.
Als je leest, zoek je onbewust naar die kern om de zin te begrijpen.
Let er dus bij het schrijven op, dat je het onderwerp en het gezegde niet te ver uit elkaar plaatst.
De kern van de zin staat bij voorkeur vooraan:
De hond loopt met het baasje mee.
Het meisje gooit de bal naar haar vriendin.

Slide 5 - Tekstslide

Tangconstructie 
Zinnen bevatten een tangconstructie als woorden die grammaticaal bij elkaar horen, van elkaar gescheiden worden door andere woorden. 
Een tangconstructie wordt overspannen als de twee grijpers van de tang te ver uit elkaar staan, dus als er teveel informatie tussen woorden of zinsdelen staan die bij elkaar horen.

Slide 6 - Tekstslide

Lijdende vorm 
Elke tekst bevat actieve en passieve zinnen. (De passieve zinnen heten ook wel lijdende zinnen.) De actieve zin heet zo omdat het onderwerp van de zin ook degene is die handelt.

In de lijdende vorm staat niet de handelende persoon centraal, maar bijvoorbeeld de persoon die iets ondergaat, het voorwerp waarover het gaat of het resultaat van een handeling. Het lijdend voorwerp uit de actieve zin is het onderwerp in de lijdende zin.

Slide 7 - Tekstslide

Lastige woorden
Maak je samenstellingen niet te lang. Een woord van maximaal drie samenstellingen is meestal nog wel te begrijpen, maar maak ze niet langer.
Let ook op de betekenis voor woorden en zoek, bij moeilijke woorden, naar een synoniem. 

Slide 8 - Tekstslide

Naamwoordstijl 
Als je de naamwoordstijl gebruikt, dan bevatten je teksten zelfstandige naamwoorden die zijn afgeleid van werkwoorden.

Bijvoorbeeld: 
Het terugsturen van de documenten dient voor 1 januari te geschieden.

Slide 9 - Tekstslide

Welke fout zit er in de zin: Volgend jaar zal er een uitbreiding van de fabriek plaatsvinden.

A
Tangconstructie
B
Naamwoordstijl
C
Lijdende vorm
D
Kern bij elkaar

Slide 10 - Quizvraag

Verbeter de zin: Volgend jaar zal er een uitbreiding van de fabriek plaatsvinden.

Slide 11 - Open vraag

Naamwoordstijl
Fout: Volgend jaar zal er een uitbreiding van de fabriek plaatsvinden.

Goed: De fabriek zal volgend jaar worden uitgebreid.

Zijn er zelfstandig naamwoorden die een werkwoord zijn? Pas die dan aan!

Slide 12 - Tekstslide

Welke fout zit in er de zin: De niet aan het RIVM verbonden, bekende viroloog Ab Osterhaus is een expert op het gebied van ziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens.
A
Tangconstructie
B
Naamwoordstijl
C
Lijdende vorm
D
Kern bij elkaar

Slide 13 - Quizvraag

Verbeter de zin: De niet aan het RIVM verbonden, bekende viroloog Ab Osterhaus is een expert op het gebied van ziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens.

Slide 14 - Open vraag

Tangconstructie
De niet aan het RIVM verbonden, bekende viroloog Ab Osterhaus is een expert op het gebied van ziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens.

De bekende viroloog Ab Osterhaus is een expert op het gebied van ziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens.


Slide 15 - Tekstslide

Welke fout zit er in de zin: Hanno werd nog net op tijd gered door de reddingsbrigade.
A
Tangconstructie
B
Naamwoordstijl
C
Lijdende vorm
D
Kern bij elkaar

Slide 16 - Quizvraag

Verbeter de zin: Hanno werd nog net op tijd gered door de reddingsbrigade.

Slide 17 - Open vraag

Lijdende vorm
Fout: Hanno werd nog net op tijd gered door de reddingsbrigade.

Goed: De reddingsbrigade redt Hanno nog net op tijd.

Maak actieve zinnen! 

Slide 18 - Tekstslide

Welke fout zit er in de zin: Een taaltraining waarbij je leert hoe je klantgerichte e-mails schrijft, is onderdeel van het inwerkprogramma.
A
Tangconstructie
B
Naamwoordstijl
C
Lijdende vorm
D
Kern bij elkaar

Slide 19 - Quizvraag

Verbeter de zin: Een taaltraining waarbij je leert hoe je klantgerichte e-mails schrijft, is onderdeel van het inwerkprogramma.

Slide 20 - Open vraag

Tangconstructie
Fout: Een taaltraining waarbij je leert hoe je klantgerichte e-mails schrijft, is onderdeel van het inwerkprogramma.

Goed: Een taaltraining is onderdeel van het inwerkprogramma. Tijdens deze training leer je hoe je klantgerichte e-mails schrijft.

Slide 21 - Tekstslide

Welke fout zit er in de zin: Aan studenten die een semester in het buitenland willen studeren en hun studie nominaal willen laten verlopen wordt een nieuwe vrijroosterregeling aangeboden.
A
Tangconstructie
B
Naamwoordstijl
C
Lijdende vorm
D
Kern bij elkaar

Slide 22 - Quizvraag

Verbeter de zin: Aan studenten die een semester in het buitenland willen studeren en hun studie nominaal willen laten verlopen wordt een nieuwe vrijroosterregeling aangeboden.

Slide 23 - Open vraag

Kern bij elkaar
Je weet pas aan het einde van de zin waar het over gaat. Als het onderwerp, vrijroosterregeling vooraan staat, is de zin beter leesbaar.

Er wordt een nieuwe vrijroosterregeling aangeboden aan studenten die een semester in het buitenland willen studeren en hun studie nominaal willen laten verlopen.


Slide 24 - Tekstslide

Welke fout zit er in de zin: Morgen wordt de naam van de winnaar bekendgemaakt door de minister.
A
Tangconstructie
B
Naamwoordstijl
C
Lijdende vorm
D
Kern bij elkaar

Slide 25 - Quizvraag

Verbeter de zin: Morgen wordt de naam van de winnaar bekendgemaakt door de minister.

Slide 26 - Open vraag

Lijdende vorm 
Fout: Morgen wordt de naam van de winnaar bekendgemaakt door de minister.

Goed: De minister maakt morgen de naam van de winnaar bekend.

Slide 27 - Tekstslide

Toetsvoorbereiding
Zorg ervoor dat je de theorie goed kent, zodat je weet welke formuleerfouten er zijn. 

Kijk goed naar de zin en wat er fout aan kan zijn. Wat is het in ieder geval niet? Streep dat voor jezelf weg. 

Verbeter de zin op de juiste manier. Ook al weet je niet welke fout er in de zin zit, de zin juist verbeteren levert ook punten op!

Slide 28 - Tekstslide