taal, spelling en formuleren.

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Begrijpelijk formuleren

  • Zinslengte
  • Kern bij elkaar
  • Tangconstructies
  • Lijdende vorm
  • Lastige woorden
  • Naamwoordstijl

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Herschrijf de volgende zin. OPKNIPPEN volgens de regels.
Na een drukke schooldag met al zes, zeven, acht lessen erop zitten, worden leerlingen meestal al een beetje vervelend en hebben ze geen zin meer.



Slide 14 - Open vraag

Zinslengte

Een drukke schooldag heeft vaak wel zes, zeven, acht lessen. Aan het eind van zo’n dag worden leerlingen meestal al een beetje vervelend. Ze hebben dan namelijk geen zin meer.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Maak de volgende zin actief!
De cadeautjes worden door de kerstman uitgedeeld aan de kinderen.

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Tangconstructie
Tang - grijpers.... dat zijn de woorden die bij elkaar horen.
De tang kan verschillende uiteinden hebben:
  • lidwoord (de) en een zelfstandig naamwoord (viroloog): ‘de overigens niet aan het RIVM verbonden viroloog’
  • persoonsvorm (kan) en de rest van het gezegde (benoemen): ‘De raad kan voor een wethouder die voor langere tijd met verlof gaat, een vervanger benoemen.’

Slide 23 - Tekstslide

Tangconstructie
  • onderwerp (het aantal inbraken) en persoonsvorm (is): ‘Het aantal inbraken, dat tijdens de lockdown sterk daalde doordat iedereen thuiswerkte, is daarna weer gaan stijgen.’

Slide 24 - Tekstslide

Tangconstructie
Het voordeel van de (korte) tangconstructie is dat die extra informatie geeft, maar tegelijkertijd terloops is, bondig en onopvallend. Een bijzin krijgt algauw meer nadruk: ‘De columniste Rubinstein, die in 1990 overleed, formuleerde scherp.’

Slide 25 - Tekstslide

Tangconstructie
  • Bedenk wat je belangrijkste boodschap is en laat overbodige informatie weg.
  • Zet bij elkaar wat bij elkaar hoort en hak een lange zin eventueel in tweeën

Slide 26 - Tekstslide

Herschrijf: De niet aan het RIVM verbonden, bekende viroloog Ab Osterhaus is een expert op het gebied van ziekten die overdraagbaar zijn van dier op mens.

Slide 27 - Open vraag

Herschrijf: De raad kan voor een wethouder die voor langere tijd met verlof gaat, een vervanger benoemen.

Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Geef de verschillen aan op woordniveau

Slide 34 - Open vraag

Geef de verschillen aan op zinsniveau

Slide 35 - Open vraag

Wat kunnen de consequenties zijn als de eerste, juridische tekst wordt omgezet in Jip-en-Janneke-taal

Slide 36 - Open vraag

Is de website erin geslaagd om de wettekst goed te "vertalen"?
A
ja
B
nee
C
een beetje

Slide 37 - Quizvraag