Herhalen H3 grammatica

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 2

Vandaag:

Rückblick:

Kapitel 2

Ziele:

Ik ken de grammatica van H3

Aufgaben:

-

Kontrolle:

Samen de les afsluiten.

Uiterlijk 17u;

Inleveren portfolio: toevoegen opdracht 59

via de ELO. Uitleg vind je daar ook nog een keer. 

Toetsing:

1. Donderdag 11 februari: luistertoets H3 

(leren woordjes les 3+6)

2. Maandag 15 februari: SO grammatica H3

(leren alle grammatica H3)

Grammatica A: 

Het persoonlijk voornaamwoord (blz. 58) 

Persoonlijk voornaamwoord:

ich

du 

er/sie/es

wir

ihr

sie

Sie

Grammatica A: 

Het persoonlijk voornaamwoord (blz. 58) 

Persoonlijk voornaamwoord: vervangen

mannelijke woorden --> er

vrouwelijke woorden --> sie

Onzijdige woorden --> es

meervoud --> sie

Voorbeeld: 

Piet wohnt in Madrid

Vervangen: er wohnt in Madrid

Voorbeeld: 

Lisa wohnt in Madrid

Vervangen: sie wohnt in Madrid

Voorbeeld: 

Das Buch ist alt.

Vervangen: es ist alt. 

Voorbeeld: 

Tom und Lisa sind in Amsterdam.

Vervangen: sie sind in Amsterdam 

Vervang het zelfstandig naamwoord:
Eine Frau steht da.

1. er
2. sie
3. es

Vervang het zelfstandig naamwoord:
Ich lese ein Buch.

1. er
2. sie
3. es

Regel: rangtelwoorden Duits

* Tot en met 19 zet je -te achter het uitgeschreven getal, 

      bijv.: vierte

* Vanaf 20 zet je -ste achter het uitgeschreven getal,

      bijv.: einundzwanzigste

* Uitzonderingen:

      erste        siebte

      dritte       achte

Hoe vertaal je:
vijfde

1. fünfste
2. funfste
3. funfte
4. fünfte

Hoe vertaal je:
dertigste

1. dreißigste
2. dreizigte
3. dreizigste
4. dreißigte

Hoe vertaal je:
zestiende

1. sechszehnte
2. sechzehnte
3. sechszehnste
4. sechzehnste

Let op: aanvulling

Nederlands = De derde speler is aan de beurt.

(je zet een -e achter het getal)

Duits = De 3. speler is aan de beurt.

(je zet een punt ipv een -e)

Voorbeeld:

Der 2. Spieler (der zweite Spieler)

Wat is een bezittelijk voornaamwoord in deze zin?
Ihre Tante ist 32 Jahre alt.

1. Ihre
2. Tante
3. 23 Jahre
4. alt

Bezittelijk voornaamwoord:

Regels: 

1. Vertaal het bez. vnw

2. Kijk welk woord achter het bez. vnw staat.

3. Is het mannelijk/onzijdig? 

--> bez. vnw blijft gelijk.

4. Is het vrouwelijk/meervoud?

--> bez. vnw +e

mijn	mein(e)
jouw	dein(e)
zijn	sein(e)
haar	ihr(e)
onze	unser(e)
jullie	euer(e)
hun	ihr(e)
uw	Ihr(e)

Bezittelijk voornaamwoord:

Regels: 

1. Vertaal het bez. vnw

2. Kijk welk woord achter het bez. vnw staat.

3. Is het mannelijk/onzijdig? 

--> bez. vnw blijft gelijk.

4. Is het vrouwelijk/meervoud?

--> bez. vnw +e

(jouw) Opa ist alt.

Bezittelijk voornaamwoord:

Regels: 

1. Vertaal het bez. vnw

2. Kijk welk woord achter het bez. vnw staat.

3. Is het mannelijk/onzijdig? 

--> bez. vnw blijft gelijk.

4. Is het vrouwelijk/meervoud?

--> bez. vnw +e

(onze) Lehrerinnen sind nett.

Bezittelijk voornaamwoord:

Katrin ist (onze) Tochter 

mijn	mein(e)
jouw	dein(e)
zijn	sein(e)
haar	ihr(e)
onze	unser(e)
jullie	euer(e)
hun	ihr(e)
uw	Ihr(e)

Was ist ...............(jouw) Name (m)?

1. sein
2. seine
3. dein
4. deine

...............(mijn) Hobby (o) ist Handball.

1. Meine
2. Mein
3. Deine
4. Dein

Dit ken ik WEL/NIET van de grammatica H3