paragraaf 5 Nederland, land zonder echt grote stad

1 / 20
volgende
Slide 1: Video
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Fietsen door de stad
Voor ons een heel normaal beeld, voor toeristen daarentegen gek!
Het geeft goed weer hoe 'groot' onze steden eigenlijk zijn. 
instap

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
Hoe ontwikkelen Nederlandse steden zich?
We kijken naar Groningen.
wat gaan we doen

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen hoe Nederlandse steden groeien van stad, agglomeratie, stadsgewest en stedelijk netwerk.
- Je weet welke vier steden behoren tot de Randstad

Slide 4 - Tekstslide

bruikbaar voor PO

Slide 5 - Tekstslide

Vroeger waren steden relatief klein en vaak goed afgebakend d.m.v. bijvoorbeeld een stadsmuur en gracht.
-

Slide 6 - Tekstslide

  • Vanaf 1900 groeien de steden heel erg snel.
    Fabrieken openen in de stad, wat veel werk oplevert.  

  • Mensen verhuizen naar arbeiderswijken.
    Deze wijken werden speciaal gebouwd voor werknemers van die fabriek. 
  • De groei van de stad noemen wij urbanisatie

  • Er kwamen steeds meer wijken bij. 
  • De stad werd zo groot dat de dorpen eromheen aan vastgroeiden. Dit heet een agglomeratie.
-

Slide 7 - Tekstslide

  • De uitbreiding van Groningen gaat door. Hier zie je met kleuren de nieuwe wijken aangegeven in het jaar 1932.

  • Bekijk de volgende video maar eens over de ontwikkeling van Groningen
-

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Noteer ze, je kunt ze hierna invullen in de Lesson-Up.
timer
1:30

Slide 10 - Tekstslide

Met welke dorpen vormt Groningen een agglomeratie?

Slide 11 - Open vraag

  • Vanaf 1960 gaan arbeiders meer geld verdienen.

  • Ze kunnen een auto kopen en een huis met een tuin net buiten de stad. 

  • Ze vertrekken uit de drukte van de stad, dit heet suburbanisatie.

  • Voor werk gaan de arbeiders vaak nog naar de stad, zo blijft er contact tussen de stad en de dorpen er omheen. Dit gebied heet een stadsgewest.

Slide 12 - Tekstslide

  • Je ziet pijlen tussen Groningen en plaatsen als Zuidhorn, Winsum en Ten Boer.

  • Vanuit deze dorpen reizen veel mensen elke dag op en neer naar hun werk.

  • We noemen die mensen forenzen. 

Slide 13 - Tekstslide

timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

  • In gebieden waar veel stadsgewesten bij elkaar liggen, gaan steden samenwerken. Ook de stadsgewesten groeien hier steeds meer naar elkaar toe. 

  • Er ontstaat zo één groot stedelijk gebied van meerdere stadsgewesten.

  • Kijk maar eens naar het plaatje in het kader.

  • Een voorbeeld hiervan is de Randstad.

Slide 15 - Tekstslide

Welke vier steden vormen samen de Randstad?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video

Bekijk maar eens hoe de steden in de Randstad samen een stedelijk netwerk vormen.

Slide 18 - Tekstslide

Welke vraag wil je nog stellen na deze uitleg?

Slide 19 - Open vraag

Wat te doen?
- aan de slag met het werkboek en de opgegeven opdrachten uit de taak
-verder met het PO

Slide 20 - Tekstslide