Mevrouw Meijerink verdient €1995,- bruto per maand. De loonbelasting bedraagt €145,50 en de sociale premies €35,20. Bereken haar nettoloon.
timer
2:00
A
€1815,-
B
€2175,70
C
€1814,30
D
€1849,50
Slide 8 - Quizvraag
Het nettoloon van de heer Roeberts is €2995,- De loonbelasting bedraagt €184,50 en de sociale premies €95,95. Bereken het brutoloon van de heer Roeberts.
timer
2:00
A
€2714,55
B
€3275,45
C
€2810,50
D
€3275,50
Slide 9 - Quizvraag
Ondernemingsvormen
ZZP (Zelfstandige zonder personeel)
Eenmanszaak
VOF (Vennootschap Onder Firma
BV en NV
Slide 10 - Tekstslide
timer
2:30
Eenmanszaak
VOF
BV en NV
ZZP
Eén eigenaar
De eigenaren heten firmanten
De directeur is een werknemer
Niet aansprakelijk met privévermogen
Bedrijf is eigendom van aandeelhouders.
Geen personeel
Slide 11 - Sleepvraag
Productiesectoren
Primaire sector - Landbouwsector
Secundaire sector - Industriesector
Tertiaire sector - Commerciële dienstverlening
Quartaire sector - Niet commerciële dienstverlening
Slide 12 - Tekstslide
timer
1:30
Tertiaire sector
Quartaire sector
Primaire sector
Secundaire sector
Slide 13 - Sleepvraag
Vraag naar arbeid
De vraag naar arbeid is het totaal aantal beschikbare banen: de al bezette banen plus de nog niet bezette banen (de vacatures).
De vraag naar arbeid komt van de bedrijven en van de overheid.
We noemen de vraag naar arbeid ook wel de
werkgelegenheid.
Slide 14 - Tekstslide
Aanbod van arbeid
Het aanbod van arbeid noem je ook wel de:
Beroepsbevolking:
Dat is iedereen van 15 tot de pensioenleeftijd die werkt of werkloos is.
Slide 15 - Tekstslide
Formele en informele sector
Formele sector
- "wit" werk in ruil voor geld / natura.
Informele sector
- "grijze" onbetaalde werk (vrijwilligerswerk, werk in eigen huis)
- "zwarte" betaalde en onbetaalde werk (betaalt geen belastingen).
Slide 16 - Tekstslide
Jij helpt je moeder met het eten koken, stofzuigen en afwassen. Dit is een voorbeeld van...
timer
0:30
A
Werk in de informele sector
B
Werk in de formele sector
C
Wit werk
D
Zwart werk
Slide 17 - Quizvraag
Soorten werkloosheid
1. Conjuncturele werkloosheid.
2. Structurele werkloosheid.
3. Seizoenwerkloosheid.
4. Frictiewerkloosheid.
Slide 18 - Tekstslide
Wanneer het werk wordt overgenomen door een machine is dit ...
timer
0:30
A
structurele werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
frictie werkloosheid
D
regionale werkloosheid
Slide 19 - Quizvraag
Van welk soort werkloosheid is sprake? "Tijdens perioden van crisis"
timer
0:30
A
Regionale werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Seizoenswerkloosheid
D
Conjuncturele werkloosheid
Slide 20 - Quizvraag
Van welk soort werkloosheid is sprake? "Als mensen net van school komen of net ontslagen zijn"....
timer
0:30
A
Structurele werkloosheid
B
Conjuncturele werkloosheid
C
Frictiewerkloosheid
D
Regionale werkloosheid
Slide 21 - Quizvraag
Van welk soort werkloosheid is sprake? "In Overijssel is meer werkloosheid dan gemiddeld in het land".......
timer
0:30
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Frictiewerkloosheid
C
Seizoenswerkloosheid
D
Regionale werkloosheid
Slide 22 - Quizvraag
Wat is een juiste volledige omschrijving van het UWV Werkbedrijf?
timer
0:30
A
Het UWV werkbedrijf adviseert bedrijven.
B
Het UWV Werkbedrijf verstrekt uitkeringen.
C
Het UWV Werkbedrijf helpt mensen bij het vinden van een baan. Als het niet lukt om een baan te vinden kan men een uitkering aanvragen .
D
Het UWV werkbedrijf neemt mensen in dienst die zelf geen werk kunnen vinden.