Herhalingsles hoofdletters

Welkom bij de les Hoofdletters
Je loopt in drie stappen door de theorie over hoofdlettergebruik:
1. Begin van de zin
2. Officiële namen
3. Namen van personen
Na elk stukje theorie volgen er enkele oefenvragen waarmee je kan testen of je alles hebt begrepen.  
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom bij de les Hoofdletters
Je loopt in drie stappen door de theorie over hoofdlettergebruik:
1. Begin van de zin
2. Officiële namen
3. Namen van personen
Na elk stukje theorie volgen er enkele oefenvragen waarmee je kan testen of je alles hebt begrepen.  

Slide 1 - Tekstslide

Begin van de zin
Aan het begin van iedere nieuwe zin schrijf je altijd een hoofdletter. Maar er zijn natuurlijk uitzonderingen: 
1. Als het eerste woord van de zin een apostrof + 1 letter is (bijvoorbeeld 's, 'k, 't) schrijf je de hoofdletter pas bij het volgende woord.
2. Als je eerste teken geen woord is, maar een cijfer of teken (bijvoorbeeld 65, @,#). Je gebruikt dan geen hoofdletter meer.

Slide 2 - Tekstslide

In welke zin is het hoofdlettergebruik correct?
A
'S Avonds werk ik als teamleider in een winkel.
B
's avonds werk ik als teamleider in een winkel.
C
's Avonds werk ik als teamleider in een winkel.
D
'S avonds werk ik als teamleider in een winkel.

Slide 3 - Quizvraag

In welke zin is het hoofdlettergebruik correct?
A
100 jaar geleden emigreerde mijn familie naar dit land.
B
100 Jaar geleden emigreerde mijn familie naar dit land.

Slide 4 - Quizvraag

Officiële namen
Namen van bedrijven schrijf je met hoofdletters, net zoals namen van merken, aardrijkskundige plaatsen, talen, volken, feestdagen en historische gebeurtenissen.

Slide 5 - Tekstslide

Hier zie je van alles een voorbeeld:
Namen van bedrijven: Shell, Albert Heijn
Namen van merken: HP, Windows, Apple
Aardrijkskundige plaatsen: Syrië, Texelse wol, de Eiffeltoren
Talen: Spaans, Turks, de Engelse taal
Volken: Marokkaans, Nederlanders
Feestdagen: Kerst, Pasen, Suikerfeest
Historische gebeurtenissen: de Tweede Wereldoorlog, de Golfoorlog

Slide 6 - Tekstslide

Je schrijft géén hoofdletter bij:
Samenstellingen met feestdagen: paasei, kerstkransen
Seizoenen, maanden en dagen: zomer, november, vrijdag
Functiebenamingen en titels: minister-president, mr., dr. 
Periodes (dus geen gebeurtenissen of dagen): ramadan
en een hele belangrijke: 
Schoolsoorten: po, vo, mbo, vmbo, havo, vwo
die schrijf je dus met kleine letters

Slide 7 - Tekstslide

In welke zin klopt het hoofdlettergebruik?
A
Na pasen ben ik van de havo naar het mbo gegaan.
B
Na Pasen ben ik van de Havo naar het Mbo gegaan.
C
Na Pasen ben ik van de HAVO naar het MBO gegaan.
D
Na Pasen ben ik van de havo naar het mbo gegaan.

Slide 8 - Quizvraag

In welke zin klopt het hoofdlettergebruik?
A
Ik ben turks en nederlands, maar beheers ook de engelse taal volledig.
B
Ik ben Turks en Nederlands, maar beheers ook de Engelse taal volledig.
C
Ik ben Turks en Nederlands, maar beheers ook de engelse taal volledig.
D
Ik ben turks en nederlands, maar beheers ook de Engelse taal volledig.

Slide 9 - Quizvraag

Namen van personen
Je schrijft altijd voor- en achternamen met een hoofdletter, behalve bij Nederlandse tussenvoegsels als van, der, de. Die schrijf je met een kleine letter: het is dus Naomi van der Meer. 
Bij niet-Nederlandse namen schrijf je meestal wel het tussenvoegsel met een hoofdletter: Amine El Bouazzi, Ewan McGregor, Rico Da Silva.

Slide 10 - Tekstslide

Let op!
Na het gebruik van meneer/mevrouw + achternaam schrijf je wel altijd het eerste woord met een hoofdletter. Het is dus: Martijn van der Ven, maar: meneer Van der Ven. Let hierop in de aanhef van je formele mail:
Beste meneer Van der Ven
(voor 'meneer' gebruik je kleine letters, dat staat niet voor aan de zin).

Slide 11 - Tekstslide

Bij welke namen zijn de hoofdletters goed geschreven?
A
Bilal El Amrani, Marek van der Jagt, Sonia Da Silva
B
Bilal el Amrani, Marek van der Jagt, Sonia da Silva
C
Bilal El Amrani, Marek Van Der Jagt, Sonia Da Silva

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de aanhef met correct hoofdlettergebruik?
A
Geachte mevrouw de Vries,
B
Geachte Mevrouw De Vries,
C
Geachte Mevrouw de Vries
D
Geachte mevrouw De Vries

Slide 13 - Quizvraag

Einde
Had je de meeste vragen goed? Blader rustig terug door de slides van deze les om de uitleg weer even erbij te pakken, als je iets niet meer weet. Wanneer je de theorie begrepen hebt mag je gaan beginnen aan de schrijfopdracht in Teams: formele mail.

Slide 14 - Tekstslide