2.1 Brede rivieren & 2.2 op de klompen in het water

Grote rivieren in Lage landen
1 / 26
volgende
Slide 1: Woordweb
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5,6

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Grote rivieren in Lage landen

Slide 1 - Woordweb

Theorie
Leefomgeving - Water:
1. De Lage Landen bij de zee (kustbescherming)
2. Grote rivieren in de Lage Landen (rivieren en wateroverlast)

Leefomgeving - Stedelijke gebieden:
3. Leefbaarheid in stedelijke gebieden (Nederlandse steden)
4. De Randstad: toekomstige topregio? (Randstad)

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 2.1 
Je kent de kenmerkende eigenschappen van de Rijn en de Maas en hun stroomgebied

Je kunt uitleggen hoe die eigenschappen de waterafvoer beïnvloeden

Je weet welke gevolgen ruimtelijke aanpassingen in de rivieren hebben gehad voor de waterafvoer en bevaarbaarheid. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat voor rivieren zijn de Maas en de Rijn?
A
Rijn : Regenrivier Maas : Gemengde rivier
B
Rijn: Gletsjerrivier Maas: Gemengde rivier
C
Rijn : Gletsjerrivier Maas: Regenrivier
D
Rijn : Gemengde rivier Maas : Regenrivier

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Video

Stroomgebieden van Nederlandse rivieren

Slide 6 - Tekstslide

De grens tussen de stroomgebieden van twee rivieren heet
A
regiem
B
delta
C
waterscheiding
D
stroomstelsel

Slide 7 - Quizvraag

Een stroomstelsel bestaat uit drie delen, die samen het lengteprofiel vormen
Bovenloop
Middenloop
Benedenloop

Slide 8 - Tekstslide

Dwarsprofiel bedijkte rivier

Slide 9 - Tekstslide

Debiet en Regiem
  • Debiet is de hoeveelheid water die op een bepaald punt door de rivier stroomt

  • De schommelingen in de waterafvoer noem je het regiem.

Slide 10 - Tekstslide

Vertragingstijd

Regenval 

Water in de rivier.

Invloed op de piekafvoer.

Slide 11 - Tekstslide

Het geheel van hoofdstroom en zijtakken noem je het ........ van een rivier.
A
regiem
B
stroomgebied
C
verval
D
stroomstelsel

Slide 12 - Quizvraag

Stroomgebied van de Rijn

Slide 13 - Tekstslide

Bron
Bendenloop
Bovenloop
Monding 
Middenloop

Slide 14 - Sleepvraag

Vertragingstijd en verstening
Verstening vertragingstijd

Slide 15 - Tekstslide

Vertragingstijd dus geen piekafvoer



afhankelijk van:
  1. vegetatie
  2. ondergrond
  3. invloed van de mens

Slide 16 - Tekstslide

Verstedelijking
Verstening/verharding = groter oppervlakte straten, wegen en bebouwing.

-> kortere vertragingstijd en piekafvoer 

Slide 17 - Tekstslide

Welke van de volgende ingrepen in het landschap verkorten de vertragingstijd?
A
Het aanleggen van snelwegen
B
Het verharden van tuinen
C
Het ontbossen van een natuurgebied
D
Het verhogen van dijken

Slide 18 - Quizvraag

Zomerdijk
Winterdijk
Uiterwaarde
Zomerbed
Kribben
Binnendijks

Slide 19 - Sleepvraag

Leerdoelen 2.1 
Je kent de kenmerkende eigenschappen van de Rijn en de Maas en hun stroomgebied

Je kunt uitleggen hoe die eigenschappen de waterafvoer beïnvloeden

Je weet welke gevolgen ruimtelijke aanpassingen in de rivieren hebben gehad voor de waterafvoer en bevaarbaarheid. 

Slide 20 - Tekstslide

Verbind de juiste begrippen met de juiste afbeelding
Lengteprofiel
Middenloop
Benedenloop
Dwarsprofiel

Slide 21 - Sleepvraag

Verbindt de begrippen met de omschrijving
Dwarsdoorsnede van een rivier op een bepaalde plek.
Het gedeelte van een rivier dicht bij de monding.
Het gedeelte van een rivier tussen de bovenloop en de benedenloop.
Het verval van een rivier, gemeten in meters per kilometer.
Het hoogteverschil tussen twee punten langs een rivier.
Doorsnede in de lengterichting van de rivier.
Gebied dat zijn water afvoert via één hoofdrivier met zijn zijrivieren.
Het stelsel van de hoofdrivier en zijn zijrivieren.
De grens tussen twee stroomgebieden.
lengteprofiel
verval

verhang

middenloop

benedenloop

dwarsprofiel


Stroomgebied
Stroomstelsel
Waterscheiding

Slide 22 - Sleepvraag

Leerdoelen 2.2 
  •  Je kunt beschrijven welke omstandigheden de waterafvoer van een rivier bepalen. 
  • Je kunt voorspellen door welke factoren de waterafvoer van onze rivieren zal veranderen.
  • Je kunt gevolgen van de grotere extremen in de waterafvoer van de rivier beschrijven en verklaren. 

Slide 23 - Tekstslide

Begrippen:
-debiet
-regiem
Maas=regenrivier
Rijn=gemengde rivier
Invloed hiervan op regiem?

Slide 24 - Tekstslide

Amersfoort aan zee wordt regelmatig gebruikt om de toekomst van Nederland te beschrijven.
Waarom?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide